life is like me:
way too short for bad vibes
Hij stond op zijn tenen, zijn schaatsen wat weifelend verschillende keren opnieuw positionerend in de sneeuw om de balans te zoeken. Zijn handen klemden zich om de houten rand van het stalletje, zodat hij er nét overheen kon gluren. Het buikje dat er wel degelijk zat schuurde langs het hout, iedere keer dat hij een hopsje moest maken als hij weer iets wegzakte in de sneeuw. Een nietig chubby figuur in een gewatteerde navy winterjas en een rode sjaal. Bepaald niet opvallend, totdat je misschien zijn gezicht zag en tot de verrassende conclusie kwam dat het geen kind was. Hij leek er een beetje verloren bij te staan, maar de sombere uitdrukking die op dit moment goed met zijn houding aan zou sluiten was helemaal nergens te bekennen. Integendeel: er speelde een nieuwsgierige twinkeling in zijn bruine ogen. Eentje die sterk deed denken aan een hond die keurig ging zitten en je met grote smachtende ogen afwachtend aankeek als hij zag dat je iets te versnaperen had.
Want.Verlekkerd volgde zijn blik de volgende scheut van de diepbruine drank die vanuit een kan in bekers gutste. Bijna als in slowmotion, als een aanlokkelijk reclamespotje waarin het geadverteerd werd.
Sundberg's Specials, met liefde gemaakt van de lekkerste cacao - of iets in die trant. De stoom die in zijn gezicht sloeg. De toef slagroom die vrolijk de mok in spiraleerde. Maar vooral,
voornamelijk het blonde Zwitserse meisje dat haar klanten over de hete pannetjes hun mokken aanreikte, het witte bolletje van haar kerstmuts daarbij over haar schouder gedrapeerd, en vriendelijk glimlachend, met van die leuke kuiltjes in haar wangen waar hij lichtelijk vlinders van in zijn buik kreeg. Heel kittig. Warme chocolademelk was
the best! Het was geen echte winter als er geen sneeuw of coco was. Het - het leek hem
the best, in ieder geval. Maar wat voor een ander een romige drank was om mee op te warmen op een koude winteravond in een zachte sofa, was voor Horace als een suicide tequila shot. Zijn inner doggo zou het niet kunnen handlen. Het was nu eenmaal zo dat zijn aard die van een hond was en bleef, en daar viel niets aan te veranderen. Zoveel theobromine zat er niet in chocolademelk - het was vooral melk met wat poeder - maar het kwam wel degelijk in de vorm van een zware allergie in zijn geval. Ze zouden hem, bij extreem wijze van spreken, met de
Trauma Hubschrauber op kunnen halen. Nadat hij eerst als een of andere dronken bonobo half epileptische pogingen had gedaan om met zijn wanten koortsachtig in zijn jaszakken te graaien, en tot de realisatie te komen dat zijn EpiPen
® - zijn beste buddy door dik en dun en allerlei culinaire snuisterijen - nog ergens thuis in een nachtkastje lag weggemoffeld. Dan kwam hij hoogstwaarschijnlijk terecht op de eerste hulp. Of liever gezegd, op een in een steriel weggestoken behandeltafeltje bij Mrs. Malone's Tierheim.
De volgende mokken werden gedrieën naast elkaar gezet en in elegante scheutjes beschonken met de warme chocolademelk, recht voor zijn neus. Afgeleid van haar taak, (en waarschijnlijk doordat ze zijn vrij ongemakkelijke stare in de laatste vijf minuten inmiddels vast wel gevoeld had) sloeg het coco-meisje haar ogen op en gaf hem weer die oogverblindende tandpasta-wangenkuiltjes-oeh-aah-much-Spaß-bowchickawowow-glimlach.
Waarop hij vanzelfsprekend niet anders kon reageren dan maar een beetje dromerig aan zijn baardje te plukken, om de zekere reden dat er in de eerder genoemde laatste vijf minuten ook al de hele tijd een schaapachtige lach van oor tot oor op zijn pretbek had gestaan. Zo vond hij het helemaal niet erg om in het rijtje voor het stalletje aan te moeten sluiten.
'Mach schon!' klonk iemand opeens ongeduldig achter hem in die rare Zwitsertaal, de betovering verbrekend. Oh - juist ja, alrighto. Hij hield de boel wel heel erg op, ja.
'Danki shaun,' bedankte hij verlegen, de drie mokken zo langzaam mogelijk van de toonbank nemend, sneakitysneak.
'Ti je e bukur,' plakte hij er snel met een lichte rode tint op zijn wangen achteraan - want dat durfde hij niet in zijn verknipte Duits hoor. Daarna spurtte hij ervandoor. Of, voor zover dat ging met zijn bombastische snelheid. Uiteindelijk zal hij hier tegen het einde van de avond toch nog wel weer even terugkomen, om een portie te halen van die leuk uitziende Zimtsterne voor Lorelei en Katie. Een XXL Family-bag op z'n minst, als ze die hebben. Onhandig tjakte hij zijn schaatsen in de sneeuw, zich met de hete kopjes tegen zijn borst gedrukt een terugweg banend tussen de meute door naar de schaatsbaan.
En.. daar bleef hij wat verstrooid staan. Waar waren
Krang, Mr. Ogg en
Globfather? De coco is hier, guys, drie stuks? Gedurende zijn tijd in het nieuwe Sundberg nu had hij het nog vrij lang volgehouden om niet in elkaar te worden geslagen, naakt de dameskleedkamers in te worden gebonjourd of zijn schooltas in de vlaggenmast te zien hangen - en eigenlijk hield hij dat liever ook zo. Op z'n tijd dronk hij dus wel eens een biertje met de drie gasten van zijn college, zoveel mogelijk kansen nemend om opgenomen te worden in een groepje. Ze konden hem echter missen als kiespijn. Zelfs hun namen kende hij niet echt. Volgens zelf-opbeurende Horace-logica had hij ze dus maar vernoemd naar de meest belachelijke villains in
Teenage Mutant Ninja Turtles-geschiedenis. Even voelde hij de drang om daadwerkelijk die drie namen over de schaatsbaan te tetteren, maar dat had alleen maar tot gevolg dat iedereen hem een nog raarder klein mannetje zou vinden.
Trillerig op zijn benen schuifelde (schaatsen viel het niet bepaald te noemen) hij een stukje verder de baan op. Hun kenmerkende ouwe sokken-geur kon hij ook al niet oppikken. Net toen hij zich bedacht dat dat vast moest komen doordat er hier verwarrend veel geursporen door elkaar liepen, schreeuwde iemand plotseling knijtehard
'BROEKLAWINE!' in zijn oor. Een ruk aan zijn riem volgde, een slungelige arm als de schep van een graafmachine die hij herkende als een lichaamsdeel van
Krang dumpte een handvol sneeuw in zijn broek.
Holy fucking Frosty, dat was
KOUD.'B-bij je moeder als ik met haar k-klaar ben!' klappertandde hij het grut briesend in het Albanees na, want dat Balkan-gebrabbel verstond toch geen hond -
no pun intended. Totaal gedesoriënteerd wist Horace even niet meer wat links of rechts was, waar hij in zijn houding alsof hij wijdbeens op een brede paardenrug zat naartoe slingerde, en ook niet dat hij midden op de baan terecht kwam van fanatieke schaatsers die samen als één grote menselijke slacentrifuge om het ronde middenpleintje heencirkelden. Een gigantische botsing was onontkoombaar. Hij was wat gezet en zwaar voor zijn lengte en niet omver te krijgen, maar op ijs was dat toch een heel ander verhaal. Tesamen met de mokken choco 3x maakte hij een flinke smak tegen het ijs, en zo te horen gold dat ook voor zijn tegenligger. De baan werd voor misschien wel 5% gekleurd door een bruin splashfest, uit de hoeveelheid die in de wirwar van chaos en zijn heel paniekerende interpretatie uit de drie mokken spetterde. Shit shit
shiiiit.