When the Lamb broke the fourth seal, I heard the voice of the fourth living creature saying, “Come." I looked, and behold, an ashen horse; and he who sat on it had the name Death; and Hades was following with him. Authority was given to them over a fourth of the earth, to kill with sword and with famine and with pestilence and by the wild beasts of the earth.Name: Aiden Davis
Allias: Death
Gender: male
Looks like: 26 years old
Birth place: somewhere
Faceclaim: Stephen James
Height: 186cm
Built: muscular
Hair color: brown
Eye color: green
Tattoos: all over his body
Piercings: tragus, lobe, conch, nostril ring and nipple
Scars: multiple
Distinguishing features: scarring, displaced knee disc and shoulderblade
Character: calm / down to earth / vicious / impatient / pessimistic
Likes: chaos / silence / begging for mercy / loyalty
Dislikes: attention / disobedience / mercy
MutationDeath /
fotoHij is de personificatie van 'de dood' met Hades aan zijn zijde om de slachtoffers te ontvangen die door Death werden vernietigd. De opdracht aan hem gegeven was om op aarde te oordelen met vier onderdelen: zwaard, hongersnood, pestilentie en de dood.
Death bestaat sinds het begin der tijden en is zo oud dat hij zich niet kan herinneren wie ouder is: hij of de aarde zelf. Binnen de vier horsemen is Death het oudste en krachtigste lid die vaak wordt omschreven als een oude bron van immense kracht. Enkel Death heeft de mogelijkheid om de andere ruiters op te roepen al moeten deze wel bereid zijn om te luisteren of opgeroepen te worden. Bij ongehoorzaamheid heeft Death de keuze om meer en meer veeleisend te zijn wat gevolgen met zich mee kan brengen voor de persoon die hem negeert. De zeis van Death is het enige bekende artefact dat de horsemen, zelfs Death, kan doden.
Despair, het bleke paard is het dier dat hem toebehoort. Dit paard is nooit aanwezig maar kan opgeroepen worden wanneer Death hem nodig heeft om hem te transporteren of voor andere zaken. Despair is over het algemeen onzichtbaar behalve voor de horsemen en wanneer Death anders beveelt. Dit betekend dat hij zelf kan beslissen wie Despair wel of niet te zien krijgt. Het paard is een zeer koppig wezen en ondanks het feit dat Death hem kan oproepen kan niets hem verplichten ook werkelijk te doen wat van hem gevraagd wordt.
Hierboven wordt reeds vermeld dat Hades ten alle tijden aan Death zijn zijde is, dit is om de overgang van zielen makkelijker te doen verlopen. Hades heeft permanent de vorm van een raaf aangenomen omdat zijn menselijke vorm de angstaanjagend is voor mensen. Enkel de horsemen en enkele zeer ongelukkige zielen hebben zijn menselijke vorm reeds gezien, Hades is namelijk in staat om te shiften tussen beide vormen maar verkiest de raaf omdat hij zich zo veel vrijer voelt. De vogel bevindt zich altijd in de buurt van Death, hij kan op zijn schouder aanwezig zijn maar kan ook in een boom iets verderop zitten. Hades is net als Death in staat de aanwezigheid van de andere horsemen op te vangen maar kan hen niet oproepen noch met hen communiceren. Daarnaast vergaard het dier informatie over hun omgeving, hieronder valt ook het oppikken van de aanwezigheid van zwakkere zielen die zich rondom hen bevinden. Belangrijke informatie wordt door hem doorgespeeld naar Death.
Naast zijn twee compagnons is Death ook in het bezit van een zeis. Ondanks het feit dat deze steevast onderdeel is van hem, is deze niet altijd aanwezig. De zeis kan opgeroepen worden wanneer hij deze nodig zou hebben. Het wapen is in staat om zowel menselijke als dierlijke wezens hun leven te beëindigen maar het is ook het enige in staat om een einde te maken aan het leven van een horseman, zelfs Death. Eenmaal in de handen van een ander persoon of een horseman blijft de zeis zichtbaar en is Death dus niet in staat om deze terug te doen verdwijnen, dit maakt hem kwetsbaar aangezien hij niet meer in staat is zichzelf te beschermen. Het is echter niet zo dat eender welke persoon zielen en lichamen kan beginnen scheiden. Menselijke wezens kunnen enkel de horsemen van hun leven beroven en de horsemen zelf kunnen niets doen met de zeis daar het enkel effect heeft in de handen van zijn rechtmatige eigenaar.
Wat de zeis precies doet is het doorsnijden van de rode draad die de ziel, persoonlijkheid en herinneringen verbinden aan het lichaam. Wanneer deze doorgesneden wordt valt de kraal, die alle bovenstaande gegevens omvat, van de draad en dit is wat door Hades wordt overgebracht. Het scheiden van de ziel en het lichaam kan ook gebeuren zonder de tussenkomst van de zeis. Hierbij gebruikt Death zijn hand en dit veroorzaakt het afsterven van de rode draad waardoor het kraaltje alsnog het lichaam verlaat.
Naast het beëindigen van een leven kan Death het leven van mensen bekijken door slechts een simpele aanraking. Het is een manier om het leven van de persoon in kwestie te beoordelen en kan gebruikt worden om mensen voor hun dood gerust te stellen. Deze gave wordt enkel gebruikt om zijn praktijken te ondersteunen, niet om in andermans verleden te neuzen.
History
Death heeft een verschrikkelijk uitgebreide geschiedenis waarin veel dingen die zijn gebeurt die hem hebben gemaakt tot de persoon die hij is vandaag. Toch zijn er enkele momenten die ondanks de lange tijdsperiode hem nog steeds blijven volgen.
28 oktober 1916. De Eerste Wereldoorlog was uitgebroken. Iedereen leefde in armoede en rouwde om de familieleden die waren gestorven tijdens de wrede gevechten op de slagvelden. Met een diepe brom kwam zijn lichaam in beweging onder de dikke lakens. Gerammel in de ruimte die ze de keuken noemde trok zijn aandacht. Vluchtig sprong hij uit het gammele bed en liep richting de kleine kamer in het oude huis. Een vrouw zat op de grond ineengedoken met enkele potten rondom haar. Uitstekende botten raakte de betonnen vloer. Vluchtig baande hij zich een weg naar haar toe en knielde hij haar neer. Ze forceerde haar lippen tot een vage glimlach om hem duidelijk te maken dat het allemaal wel ging. Het was een leugen, dat zag hij ook. Zijn brede armen omsloten haar lichaam. Haar ribben leunde op de bovenkant terwijl hij haar omhoog hees. Hij keek haar in haar ingevallen ogen en streek een pluk haar terug achter haar oor. Zijn lippen raakte het uitstekende jukbeen in haar gezicht. Ze omhelsde hem, maar hij leek zijn armen om een skelet heen te slagen zonder enig leven. Ondanks dat iets zijn keel leek dicht te knijpen probeerde hij optimistisch te blijven. Hij liet haar los, kon haar toestand niet langer aanvoelen. Voorzichtig nam hij de potten en pannen van de grond en plaatste ze op de tafel. Met zijn voet schoof hij een metalen emmer iets verder opzij zodat de plaatsen waar het binnen regende nu allebei werden opgevangen.
In de ruimte naast de keuken was een zacht geschrei te horen. Hij legde zijn hand op de benige schouder van zijn vrouw om haar te zeggen dat hij wel zou gaan. Met grote passen liep hij het kleine kamertje met het babybedje binnen. Hun zoontje was slecht enkele maanden oud. Het was zo prachtig, zo klein, maar ook zo hulpeloos. Dezelfde ogen als die van zijn vrouw, maar veel levendiger, keken hem recht aan. Het gehuil veranderde in een zacht gegiechel. Teder nam hij het kindje op en trok het tegen aan waarna hij zacht een kus op zijn voorhoofd drukte. Een hevig hoest deed hem naar de deuropening kijken en hij sloot pijnlijk zijn ogen.
De klok tikte hevig door en de pijn in zijn maag werd steeds groter. Het kindje lag vredig te slapen in de sofa die zich in de kleine woonkamer bevond. Hij had nog geen idee hoe de wereld ineen zat en het liefst van al wou John dat het voor altijd zo zou blijven, ook al wist hij dat dat onrealistisch was. Langzaam en zo stil mogelijk wandelde hij de slaapkamer binnen en zag zijn vrouw rillend in bed liggen. Zonder enig vet rond haar botten voelde alles veel killer aan. Hij kantelde zijn hoofd en ging op de rand van het bed zitten. Zijn hand legde hij op haar zij. ” John?” vroeg ze hem op een schraperige en piepende toon. Ze ging elke dag verder achteruit. "Help me," smeekte ze bijna onhoorbaar. Zijn hart brak bij het horen van haar woorden en een dikke traan rolde over zijn wang naar beneden. Nooit eerder had hij zoveel van een vrouw gehouden en hij had een naar gevoel dat hij het gevoel nooit meer terug ging krijgen. Hij had het al veel te lang uitgesteld, dat besefte hij zelf ook. De pijn was bijna ondragelijk geworden voor allebei. Ze forceerde nog een liefdevolle glimlach. John sloot zijn ogen en liet teder zijn vinger over haar wang glijden terwijl een zoute traan op haar huid openspatte. Haar laatste adem rolde over lippen wanneer hij zijn laatste zoen op haar wang drukte en zijn voorhoofd even tegen het hare liet liggen.
Hij deed een poging de krop in zijn keel door te slikken voor hij naar zijn zoon wandelde. Zijn armen omsloten het kleine lichaam van de lichaam, wat ervoor zorgde hij rustig wakker werd. De tranen lagen nog in zijn ogen wanneer hij zijn lippen op het voorhoofd van het kindje drukte. Hij nam zijn lakentje van de tafel en wikkelde hem er voorzichtig in. Na eens diep adem te halen open hij de deur en keek nog voor een laatste keer door het huis. Kort liet hij zijn blik op het levenloze van de jonge dame rusten voor hij de deur achter zich dichttrok. In de stortregen wandelde hij de straten door tot bij kennissen van hen. Ze kenden de mensen, maar niet goed genoeg om ze echt vrienden te noemen. Met trillende handen klopte hij tweemaal op de deur en legde het kindje op het opstapje voor de deur. Hij draaide zich om en wachtte om de hoek tot de mensen de deur opende en het kindje mee naar binnen namen.
De kraag van zijn jas trok hij omhoog voor hij in een steegje Despair opriep. Samen met het paard ging hij de stad uit, naar een berg. Daar zakt hij op de grond ineen en kon zijn tranen niet langer inhouden. Hij zou de vrouw nooit vergeten, dat wist hij maar al te goed. Zijn blik viel op zijn rechterhand dat hij had opengevouwen. In de palm van zijn hand lag een zilverkleurige kraal die de ziel van de jonge vrouw bevatte. Met een schokkend lichaam balde hij zijn vuist met het kraaltje zodat zijn nagels de zachte huid doorboorde.