A L G E M E E NNaam: Finnegan Moreo
Bijnaam: Finn, Finny, Chief
Leeftijd: 36
Geboorteplaats: Perth, Schotland
Geslacht: Mannelijk
Geaardheid: Biseksueel
Familie: Vrouw: Madeline Edwards (†)
Zoon: Kirby Moreo
Job: Chief of Police
U I T E R L I J KEerste indruk: Finn schreeuwt gewoon het woord ‘seutje’ als mensen hem zien, zeker als er een bril op zijn neus balanceert. Hij is klein van stuk, heeft lichte flaporen en als hij niet in zijn uniform rondloopt, trekt hij graag eens truien aan die net een maat te groot zijn. Iemands uiterlijk kan echter best bedriegend zijn en terwijl hij er misschien uitziet als een ‘seutje’, is het geen goed idee om zijn geduld op de proef te stellen. Hij kan best intimiderend overkomen als hij wilt en doorheen de jaren heeft hij wel geleerd om zichzelf ‘groter’ te maken dan hij in werkelijkheid is. Het woord ‘seutje’ is een woord dat mensen die met hem te maken hebben gehad, niet snel meer in hun mond zouden nemen.
Haarkleur: Bruin
Oogkleur: Bruin
Lengte: 1.74m
Tatoeages/piercings: None
I N N E R L I J KFinn is van nature een vriendelijk persoon en loopt meestal wel rond met een glimlach op zijn gezicht. Hij wordt meestal beschreven als rustig en geduldig en toch is er niet erg veel voor nodig om hem kwaad te krijgen. De man geeft veel om ‘regels’ en hij voelt zich altijd persoonlijk aangesproken als er regels verbroken worden. Dit heeft veel te maken met het feit dat zijn vrouw omkwam in een ongeluk, een ongeluk dat voorkomen had kunnen worden als de persoon die voor haar dood zorgde zich aan de regels gehouden had. Het is sinds die dag dat hij scherper uit de hoek kan komen dan normaal, zeker als het om drinken en autorijden gaat.
Zoals eerder gezegd kan zijn uiterlijk makkelijk bedriegen. Finn mag dan klein zijn en hij mag er dan niet erg ‘intimiderend’ uitzien, maar dat wil niet zeggen dat hij zijn mannetje niet kan staan. De man weet precies hoe hij mensen in een houdgreep moet houden en waar hij mensen het best met een goed gemikte trap, slag of kopstoot kan raken om ze op de grond te krijgen. Hij is altijd al beter geweest met daden als met woorden. Mensen kunnen hem misschien snel onder tafel praten, maar als het om een fysieke uitdaging gaat, is hij meestal wel degenen die snel de bovenhand heeft. Het is niet zo dat hij onnatuurlijk sterk is of iets dergelijks. Hij weet gewoon hoe hij het slim kan spelen. Je zou het misschien niet direct zeggen, maar Finn is snel en heeft goede reflexen. Het feit dat hij jarenlang vechtsporten beoefend heeft (zelfs voordat hij de keuze had gemaakt om agent te worden) kan er ook wel iets mee te maken hebben.
Zijn uiterlijk is misschien niet het enige waardoor mensen al snel het etiket ‘seut’ of ‘nerd’ op hem plakken. Stiekem was hij vroeger gewoon de nerd van de klas, degene die goed was in wiskunde en wetenschappen. Laten we zeggen dat hij wel eens een paar keer met zijn hoofd in de toiletten geduwd is omdat hij weigerde iemands huiswerk te maken. Al bij al hield hij meestal wel voet bij stuk en heeft hij in zijn hele schoolcarrière meer de binnenkant van een wc-pot gezien dan dat hij ook daadwerkelijk iemands huiswerk gemaakt heeft. Het feit dat hij zo lang zijn been stijf heeft kunnen houden, heeft hem op de een of andere manier zelfzekerder gemaakt, iets dat hem ook geholpen heeft om op een dag de ‘chef’ te worden.
Terwijl hij niet veel problemen heeft met mutanten, durft hij hen sneller te veroordelen dan de mensen zonder ‘speciale’ gaven. Vooral vroeger was het voor hem moeilijk om de mutanten niet anders te behandelen, maar hij heeft langzaam geleerd dat mutanten helemaal niet zo erg hoeven te zijn. Ze zijn alleen een beetje anders en als hij alles bij elkaar optelt, heeft hij eigenlijk al meer gewone mensen dan mutanten opgepakt in zijn hele carrière bij de politie. De nieuwe stroom van mutanten heeft hem wel wat achterdochtig gemaakt, maar hij heeft zichzelf belooft dat hij niet meer zoveel vooroordelen zal hebben als vroeger.
G E S C H I E D E N I SFinnegan werd geboren in Perth, Schotland. Zijn vader was professor aan een universiteit terwijl zijn moeder thuis bleef om voor haar zoon te zorgen. Veel interessants gebeurde er niet in zijn jeugd. Finn was altijd al de slimste van de klas, degene die altijd de meeste punten haalden. In de lagere school raakte hij er meestal wel mee weg. In de lagere school werd hij niet zozeer gepest omdat hij slim was en mensen wilden dat hij huiswerk maakte, hij werd gepest omdat hij stil was en zijn hoofd meestal laag hield. Hij was ‘anders’ en mensen werden meestal bang van mensen die niet hetzelfde reageerden als zij. De jongen was geen meelopen, deed meestal zijn eigen ding. Het was alleen groepsdruk dat hem soms wel zo ver kreeg dat hij ooit wel eens een steentje door een ruit gooide, gewoon omdat de rest wilde weten of hij het
durfde.
Het middelbaar was veel erger als je het hem vroeg. Jongens werden sterker en misschien een beetje slimmer en het duurde niet lang voordat ze van die ene slimmerik in de klas gebruik wilden maken. Spijtig genoeg voor hen, was Finn iemand die al snel geleerd had dat doen wat een ander van je vroeg niet altijd even goed kon aflopen. De jongen was veertien toen hij voor het eerst kennismaakte met de binnenkant van een wc-pot. Het was de eerste keer en zeker niet de laatste dat zoiets gebeurde.
Mensen stopten pas met hem lastig te vallen toen hij naar de politieacademie ging. Ze probeerden wel, maar het leek alsof Finn voor het eerst ook terug vocht. Voor het eerst zette hij de lessen die hij had gekregen in een vechtsport ook om in de praktijk. Zijn leergierigheid en het feit dat hij eindelijk van zich af durfde te bijten, loodste hem door zijn opleiding heen en na een paar jaar kon hij zichzelf een agent noemen.
Hij ontmoette haar nadat hij een dronken kerel van haar afgetrokken en gearresteerd had. De twee bleven elkaar ontmoeten en twee jaar later trouwden ze. Op het moment dat ze erachter kwamen dat ze zwanger was, beslisten ze om naar Zwitserland te verhuizen. Madeline had daar familie wonen en ze was er al genoeg op vakantie geweest om te weten dat Sunberg een gezellig stadje was.
Negen maanden later konden ze een jongetje verwelkomen. Kirby Moreo. Finn had terug een job als agent gekregen en langzaam maar zeker begon hij op te klimmen. Hij zorgde er altijd voor dat hij genoeg tijd had om met zijn vrouw en zoon door te brengen en als hij daar later op zou terugkijken, zou hij dankbaar zijn dat hij die tijd had genomen.
Hij was nog meer net tot chief benoemt toen hij werd weggeroepen van zijn werk. Iets met een accident chauffeur en een dodelijk slachtoffer. Hij begreep eerst niet waarom hij die zaak niet mocht onderzoeken, maar dat werd al snel duidelijk toen een van zijn collega’s en een advocaat hem apart nam. Het dodelijk slachtoffer was Madeline. Een dronken chauffeur had op de auto van zijn vrouw ingereden en ze had de impact niet overleeft.
Heel zijn wereld stortte in. Hij wist zich voor een moment sterk te houden, lang genoeg om Kirby uit de klas te laten halen en hem te vertellen wat er gebeurd was. Het was pas toen ze thuis waren en Kirby op zijn kamer was, dat hij het zichzelf toeliet om in te storten. Tranen liepen over zijn wangen terwijl hij met spullen begon te gooien. Op dat moment wist hij niet dat Kirby terug naar beneden gekomen was, iets waar hij ook nooit echt achter kwam.
Rekeningen begonnen zich op te stapelen. Zijn vrouw was degene geweest die het meeste geld binnenbracht en nu ze weg was, was het ineens veel moeilijker om alles te kunnen betalen. Op een gegeven moment waren ze gedwongen om het huis te verkopen omdat ze gewoon niets meer konden betalen. Hij kreeg het voor elkaar om huisgenoten te vinden, mensen die wel samen met hem en Kirby wilden wonen zodat ze de huur konden opsplitsen. Natuurlijk was het niet ideaal, maar het was beter dan op straat wonen.
De recente instroom van mutanten heeft hem een beetje achterdochtig gemaakt, maar hij doet zijn best om ze niet meteen in boxen te duwen. Ze verdienen ook een nieuwe stad, zeker nadat hij hoorde wat er allemaal gebeurd was op de plaats waar ze vandaan kwamen. De man blijft gewoon zijn werk doen en hoopt gewoon dat zaken niet erger gaan worden dan ze al zijn.