Coeur Fragile
Momenteel ging hij door de rotste week van zijn leven. Eerst het hele gedoe met de nog onbekende wolvenshapeshifter in het bos, daarna het gedoe met Lawrence.. Dat was ook de reden dat hij nu totaal zichzelf niet was. Met tranen in zijn ogen zat hij geknield aan de rand van zijn bed. Zelf sliep hij al vier dagen op de grond, dat kon hem niet veel schelen. Zolang Ekksvar maar gemakkelijk lag. Niet dat de wolvin er in slaagde om ook maar enigszins te slapen. Ze had veel pijn, en dat was duidelijk te zien, ook al probeerde ze het voor hem te verstoppen. Heel stipt had hij haar de antibiotica gegeven die hij in het ziekenhuis had meegekregen. Ze hadden eerst geweigerd, omdat antibiotica geven aan een wolf in principe niet gebeurde. Maar hij had voet bij stuk gehouden en uiteindelijk zijn gelijk gehaald.
Maar het sloeg niet aan. De wolvin verzwakte met de dag, en het zag er niet naar uit dat het nog zou goed komen. Het was op de vijfde dag dat hij besloot om haar mee te nemen naar buiten. Het einde zat er aan te komen, en hij wou niet dat ze hier binnen moest sterven. Ze hoorde in het wild, daar moest ze ook sterven. Daarom tilde hij haar op, nam de grote wolf op zijn arm en liet haar voorpoten op zijn schouder steunen. Met een korte gedachte liet hij zijn volledige roedel verschijnen. De kamer was klein, maar geen enkele wolf haalde het in zijn hoofd om nu lawaai te maken. Amadéo opende de deur en liep met Ekksvar op zijn arm door de gang. Hij had gehuild, duidelijk, maar hij gaf even geen fuck om wat mensen van hem zouden denken.
De wolvin was verzwakt, maar bleef wel rondkijken. Haar laatste blik op de wereld. De halfling liep het bos in, zijn pack volgde. Een begrafenisstoet, al was ze nog niet dood. Hij bleef doorgaan tot hij aan de rand van een meer kwam. Hij was hier nog niet eerder geweest, maar het was een mooie plek. Haar ademhaling stokte even, maar ging toen weer verder, lichtjes en piepend. Voorzichtig bukte hij zich, legde haar neer op een stukje zacht mos. Amadéo bleef voor haar zitten, haalde zijn handen nog een keer over haar kop.
"J'suis désolé", Zei hij, terwijl zijn keel weer helemaal dichtgeschroefd zat voor de emoties.
"J'taime.. Et merci pour tout", Nam hij afscheid, waarna hij opstond en de rest van het pack toestemming gaf om haar een laatste groet te brengen.
Een kwartier later was het voorbij. De wolven begonnen te huilen, en hij huilde mee. Een huil vol verdriet en pijn, vol emoties die hij anders nooit naar buiten zou laten. Maar nu kon het, samen met de andere wolven. Sorunn zag er miserabel uit, maar hij liet dan ook zijn partner gaan. Amadéo sloot zich af, liep een stukje terug het bos in. Tranen liepen vrijelijk over zijn kaken en hij liet zich tegen een boom zakken. Met zijn armen rond zijn knieën en zijn hoofd er op steunend, wachtend tot de avond weer zou vallen en hij terug naar binnen kon gaan.