Zijn dag was begonnen zoals gewoonlijk, opstaan, aankleden, tanden poetsen en vertrekken. Niks speciaals dus. Het was een routine geworden, net zoals het feit dat hij altijd schrok van het standbeeld om de hoek doordat zijn reflexen van het weeshuis er nog altijd in zaten, je moest bereid zijn om te knokken voor je plaats, maar daar moest hij zich juist elke dag aan herinneren: Hij zat niet meer in het weeshuis. Hij moest niet meer knokken voor zijn plaats. Hier kon hij gewoon zichzelf zijn, Zach en moest hij zich niet meer voor doen als een of andere harde jongen die hij niet was. Al was het nog wel altijd te zien aan hem, alsof er een aura van gevaar rond de jongen hing. Fatsoenlijke lessen en leerkrachten die echt begaan waren met hun leerlingen was nieuw voor hem, dus probeerde hij er ook altijd het beste uit te halen. Hoewel het nu zaterdag was en hij dus eigenlijk geen lessen had, wou hij toch nog snel iets controleren in het biologie lab, een van zijn favoriete plaatsen. Van alle wetenschappen was biologie toch wel zijn favoriet, gevolgd door chemie of scheikunde, hoe je het ook wou noemen. Daarom dat hij nu met zijn leren tas onderweg was naar het lokaal. De tas was een oude herinneringen aan zijn moeder, het was het enigste wat hij nog had van zijn leven voor het weeshuis. Hoewel hij dat leven nooit echt gekend heeft, koestert hij het op deze manier wel en de tas was natuurlijk ontzettend handig om zijn schoolspullen in op te bergen. Zo zat er nu ook een staaltje DNA in van een hond die hij een tijdje geleden gevonden, een puppy om het beter te zeggen. Hij had hem nog geen naam gegeven, maar had hem aan de liefde van de Shelter overhandigt en nu wou hij gewoon kijken of 'ie misschien ziektes had. Daarvoor had hij dus het biologie lab nodig, hopelijk was het nog open.
Eenmaal aangekomen bij de deur, na een paar rare blikken van mutanten die niet snapte dat iemand nu nog met boeken en stuff kon rondlopen, sloeg hij deze vol zelfvertrouwen open. Gelukkig voor hem leek het leeg en was de deur open, anders had hij nogal voor paal gestaan. Zonder na te denken liep hij naar de eerste de beste microscoop toe en zette zijn tas neer, waarna hij zijn spullen eruit haalde en netjes uitstalde. Vervolgens liep hij richting de kast om een witte labjas aan te doen en het preparaat klaar te maken, wat in no time gebeurt was. Al gauw zat hij vol geduld in de lens te staren, terwijl hij zonder zijn blik los te maken ondertussen wat aan het opkrabbelen was op een blad papier. Hij was zo met zijn werk bezig dat hij niks doorkreeg van zijn omgeving, terwijl hij normaal altijd de aanwezigheid van cellen voelde.
Onderwerp: Re: Drag me down (& Jamie) zo aug 02, 2015 1:56 am
❝ And there’s a whole life in that, in knowing that the sun is there. ❞
Zaterdagen waren misschien wel de meest plezierige dagen voor leraren. Geen vermoeide blik van vroeg opstaan (al viel dat in de zomer nog wel mee met het vele natuurlijke daglicht) en lauwe koffie uit de automaten waarbij Jamie ook zijn eigen zonne-energie moest gebruiken om de vloeistof op te warmen, essays en werkstukken van leerlingen nakijken en controleren op plagiaat - kinderen waren zo creatief tegenwoordig met het overnemen van bronnen-, geen ellenlange vergaderingen met zijn collega's in de Staff Room over bepaalde leerlingen die het schooljaar net wel of net niet gingen halen en of ze misschien teruggeplaatst moesten worden naar Xavier's school in Salem, leerlingen die zich opnieuw in de ziekenzaal bevonden door een vechtpartij, leerlingen die misschien een gesprek met Norah nodig hadden of een afspraak met haar niet nagekomen waren... Natuurlijk was er ook nog de tweede dag van het weekend, de zondag, maar juist die dag had Jamie specifiek gereserveerd voor nakijkwerk, vaak in zijn kantoor met Jean tegenover hem die ondertussen overheidspapieren nakeek. Beiden gewapend met rode pennen en gele markers in hun handen, driftig strepend terwijl er op de achtergrond een zacht jazzmuziekje klonk.
En nu de zomer wel haar hoogtepunt op Genosha bereikt had en met de beach party in het verschiet lag die zowel het einde van het schooljaar als het begin van de zomervakantie zou inluiden, was de zaterdag een misschien nog wel meer plezierige dag geworden. Maar natuurlijk kon hij niet aan zijn andere werk ontsnappen. Onderzoek. Het grootste deel van het werk van een bioloog was simpelweg onderzoeken doen: het was exact datgene waardoor hij vroeger op de universiteit meer over zichzelf en het hele ras van mutanten leerde begrijpen, van DNA tot celstructuren, en omdat hij op dit moment één van de enige biologen was die ook nog eens mutant was; (één van de enige biologen van wie het bekend was, tenminste: voor hetzelfde geld waren er een heleboel mutant-biologen die simpelweg in de schaduw leefden) was het onderzoek dat hij deed op zijn zachtst gezegd belangrijk voor de hele school. En er was onderzoek dat gunstig kon zijn, en er was onderzoek dat levens kon verwoesten. Jamie had een bericht gekregen van zijn oud-collega van Oxford dat er een zogenaamd 'nieuw en baanbrekend' Amerikaans onderzoek over mutanten binnen was gekomen met behulp van enkele zeer gekwalificeerde wetenschappers dat mutanten gevaarlijk waren en zelfs schadelijk waren voor de samenleving. Hij zuchtte even toen hij het bericht opnieuw las. De termen die ze gebruikten lieten hem rillen. Schadelijk. Dat waren woorden die gebruikt worden voor zaken als onkruid, ongedierte. Niet voor mensen. Met de woorden nog naklinkend in zijn achterhoofd had Jamie de riem van zijn tas over zijn schouder geslagen en was hij de trap af gelopen, naar de gang met de lokalen. Hij fronste zijn wenkbrauwen iets toen hij zag dat de deur van het lab wijd open stond. De lokalen waren altijd open voor de leerlingen als ze zelf onderzoek wilden doen, maar het was een van de eerste keren dat het lokaal open was in het weekend. Voorzichtig liep Jamie naar binnen, om degene die aan het werk was niet te storen, en hij glimlachte toen hij zag dat er een leerling druk aan het werk was met een microscoop. 'Het verwarmt mijn hart om te zien dat er leerlingen zijn die zelfs in het weekend aan biologie denken,' grijnsde hij terwijl hij zijn tas op zijn bureau liet neerploffen.
Cellen lieten hem op een of andere rare en onverklaarbare manier altijd tot rust komen. Waarschijnlijk omdat het een van de weinige dingen in zijn leven was die hij écht onder controle had. Alles wat met cellen te maken had, had hij onder controle. Zo ook zijn eigen stofwisseling, als hij wou natuurlijk, maar helaas was hij daar wat te lui voor dus liet hij het meestal maar gewoon aan zijn lichaam over.
Zijn blauwige ogen keken geïnteresseerd in de lens terwijl hij met zijn rechterhand van alles aan het opschrijven was. Heel het bureau had hij vol gesmeten met papieren waar wat op gekrabbeld stond in zijn haast onleesbaar geschrift. Voornamelijk kleine dingetjes zoals; Geen hondsdolheid. of Geen kankercellen aanwezig. Toch was het grappig dat hij deze dingen bleef onderzoeken, want voor hetzelfde geld kon hij gewoon zijn celstructuur aanpassen en de hond van alle mogelijke ziektes genezen, maar zo vond hij het nu eenmaal leuker. Zo leuk zelfs dat hij de persoon die binnen kwam niet had gehoord tot deze iets zei. Het was blijkbaar niet zo maar een persoon, maar Jamie, een man waar hij nogal wat ontzag voor had. Al zijn essay -onder de naam Solaris- had hij gelezen. Natuurlijk had hij eerst zoals vele niet geweten dat hij James heette, tot Joachim hem daar op gewezen had. "Ik uhmm..." Hij grabbelde zijn papieren samen, die behoorlijk ver verspreid lagen en draaide zich vervolgens om. De vertrouwde warmte van schaamrood liep lang zijn nek omhoog. Een tikkeltje te hevig stond hij op, want de kruk begon gevaarlijk te wiebelen en hij moest zich snel omdraaien om te voorkomen dat hij op de grond kletterde. Daarna stapte hij op de man af en veegde een beetje nerveus zijn handen af aan de labjas. "Dag meneer, ik ben een grote fan van u." Hij stak zijn hand uit met een klein glimlachje, "Ik hoop dat het toegestaan is om gebruik te maken van de laboratoriums gedurende de weekends?" Vroeg hij ontzettend beleefd met een vragende blik in zijn ogen.
Onderwerp: Re: Drag me down (& Jamie) zo aug 02, 2015 11:39 pm
❝ And there’s a whole life in that, in knowing that the sun is there. ❞
Jamie wist niet of het aan het geluid van zijn (toch wel volle) tas lag die op zijn bureau terechtkwam, het plotselinge geluid van zijn eigen stem die de absolute stilte in de ruimte verbrak of het feit dat de leerling in het lokaal hard aan het werk was, maar de jongeman die opkeek van de microscoop leek behoorlijk geschrokken te zijn van zijn binnenkomst. Toegegeven, de jongen had vast - net zoals hijzelf trouwens - gedacht dat het lokaal op dit tijdstip en vooral op deze dag vrij zou zijn en hij ongestoord kon werken, maar zijn reactie leek iets te bang, schichtig, misschien nog wel het beste vergelijkbaar met een geschrokken hert dat door een roofdier ontdekt was en nu zo snel mogelijk weg wilde komen, om in biologische termen te blijven. Jamie zette een paar stappen van zijn bureau vandaan en keek even stil toe hoe de jongen alle papieren op zijn tafeltje bij elkaar raapte (een heleboel: Jamie kon zich herinneren dat hij in zijn studententijd net zo ongeorganiseerd werkte) en daarna aarzelend naar hem toekwam om hem een hand te geven. Jamie nam vriendelijk zijn hand aan, maar fronste zijn wenkbrauwen iets bij het horen van zijn opmerking. 'Een fan?' herhaalde hij niet-begrijpend, zijn mondhoeken iets opgetrokken. Hij wist wel dat er mensen waren die zijn essays lazen - toegegeven, bijna al zijn scripties waren bereikbaar voor het publieke domein - maar het was een van de eerste keren of zelfs dé eerste keer dat hij een leerling hoorde zeggen dat hij zijn scripties had gelezen, en daar kwam ook nog het feit bij dat hij hem herkende. Maar fan... Fan klonk zo raar, het was een benaming die meer paste bij iemand met roem en een flitsend leven zoals een filmster, een topvoetballer of een muzikant, niet bij een bioloog die toevallig ook mutant was en, nou ja, onderzoek deed. Alhoewel... Jamie bedacht zich dat zich waarschijnlijk net zo zou hebben gedragen als hij in zijn tienerjaren Charles Xavier aka Professor X had ontmoet, zíjn grote held van wie hij ook alle essays en scripties gelezen had. Bij de vraag van de jongen kwam zijn bekende glimlach ook weer op zijn gezicht. 'Maar natuurlijk,' begon hij. 'De lokalen en laboratoria zijn altijd open, ook in het weekend, dus dan zou het zonde zijn als je er geen gebruik van mocht maken. Al ben je de eerste leerling die ik zie die er ook echt gebruik van maakt.' De meeste leerlingen waren aan het relaxen in de Lounge of buiten op het strand of in de tuin - niet dat Jamie het ze kwalijk nam met dit goede weer. Geïnteresseerd keek hij naar de microscoop van de jongen en liep naar de tafel toe. 'Wat was je net aan het doen?' vroeg hij. 'Ben je zelf iets aan het onderzoeken?'
Aan de uitdrukking op het gezicht van de man naar wie hij opkeek te zien, leek hij niet echt blij met het woordje fan. Geweldig, nu had hij dit ook nog eens totaal verkeerd aangepakt en stond hij bij een van de grootste biologen ter wereld -in zijn ogen dan- voor aap. Een beetje nerveus veegde hij zijn handen nóg een keer af aan zijn witte jas, nadat Jamie zijn hand geschud had. Gelukkig voor hem beantwoordde hij de vraag over de laboratoria zonder verdere problemen en besloot Zach om daar maar op in te gaan. "De meeste leerlingen snappen de schoonheid van het bestuderen van levende wezens of biologie in het algemeen niet." Grijnsde hij zachtjes, nu iets meer op zijn gemak. Joachim had het ook nooit willen weten, die had het gewoon vet -zo noemde hij het toch- genoemd als hij weer per ongeluk iemand een varkensstaart had gegeven of ze vleugels gebruikte om weg te geraken, het gene wat erachter zat moest hij niet weten. Niet dat Zach daar een persoonlijk probleem mee had, Joachim leek zijn broer wel en soms zei hij dat ook wel om te plagen, maar als niks wou weten over wetenschap en cellen en alles, dan had hij daar vrede mee.
Opnieuw een beetje gespannen liep de blonde jongen mee naar zijn microscoop. "Over tijd had ik een hond gevonden, en ik wou controleren of hij misschien ziektes had." Zei hij zacht, terwijl hij zijn ogen neersloeg en zijn lange wimpers zijn jukbeenderen streelde. Van opscheppen hield hij niet zo en van opscheppers ook niet, dus hoopte Zach dat hij in ieder geval niet zo overkwam. "Tot nu toe heb ik er nog geen gevonden, dus ik denk wel dat hij oké is." Voegde hij er stilletjes aan toe, terwijl hij wat aan zijn labojas prutste. Zijn mutatie gebruiken had natuurlijk ook gekund, maar hoewel Jamie een leerkracht was én zijn voorbeeld, ging hij hem zo'n dingen toch niet ongevraagd aan de neus hangen. Het voelde nog altijd privé. Alsof er mannen in zwart pak door de ramen sprongen als je erover begon en niemand wou bekend staan als 'het kind dat ontvoerd werd door mannen in pak omdat hij iets over een mutatie had gezegd'.
Onderwerp: Re: Drag me down (& Jamie) do aug 20, 2015 8:52 pm
❝ And there’s a whole life in that, in knowing that the sun is there. ❞
De jongen leek zenuwachtig, nee, hij wás zenuwachtig - daar was geen twijfel over mogelijk - en daarom besloot Jamie om aandachtig naar hem te luisteren in plaats van hem zomaar in de rede te vallen, wat hem waarschijnlijk nog nerveuzer zou maken of hem misschien wel helemaal deed stilvallen. "De meeste leerlingen snappen de schoonheid van het bestuderen van levende wezens of biologie in het algemeen niet." zei hij, en zijn nervositeit leek al een stukje van hem weg te smelten. Jamie trok zijn mondhoeken op en knikte goedkeurend. 'Daar kan ik het als docent natuurlijk alleen mee eens zijn,' glimlachte hij. Wat de jongen zei was waar: biologie was zeker niet het lievelingsvak van de meeste leerlingen op de school. Sterker nog: het behoorde samen met wiskunde en geschiedenis misschien wel tot de minst favoriete vakken onder leerlingen: daar hadden Wayne, Dean en hijzelf al pauzes lang in de lerarenkamer over geklaagd. 'En toch is het gek,' zei hij opeens, zijn wenkbrauwen opnieuw licht gefronst, 'dat juist wíj zo afwijken wat van er in de normale biologieboeken staat, we hebben slechts één chromosoom meer' - hij doelde natuurlijk op het hele mutantenras - 'en dat mensen het nog steeds niet interessant vinden.' Les geven in biologie op een school speciaal voor mutanten was in ieder geval voor Jamie een stuk interessanter dan les geven op een school voor 'normale' leerlingen, zoals hij jaren op Oxford had gedaan. Op Genosha leerde hij kinderen ook echt iets over hunzelf, over hun eigen krachten en vaardigheden die ze konden ontwikkelen. Op Oxford waren het feiten uit een boek die leerlingen naargelang hun situatie of interesses wel of niet op zichzelf konden betrekken. Biologie en het daarbij horende onderzoek doen was voor hem iets vanzelfsprekends geworden. Het onderzoeken van mutanten, van hemzelf of het gehele ras van mutanten eigenlijk, was een deel van zijn dagelijkse routine. Zoals andere mensen een cursus Frans deden, gedichten schreven, plakboeken maakten of naar een alternatieve dokter gingen om zichzelf beter te leren begrijpen, zo maakte Jamie aantekeningen of bekeek hij staaltjes DNA onder een microscoop.
En nu het toch over microscopen ging - Jamie kon het niet laten om éven onder de microscoop te kijken aan de tafel waar de jongen net zat, die ondertussen zelf aan hem vertelde waarom hij precies op een vrije zaterdag bezig was met onderzoek. Het was misschien een soort reflex van hem geworden, gevraagd of ongevraagd onder microscopen kijken: het was immers een onderdeel dat vaker in zijn lessen voorkwam. Hij boog zich over de lens en verstelde hem zo totdat hij het zelf scherp kon zien. Een hond dus. 'Hmm, hij ziet er inderdaad goed uit,' bevestigde hij, voordat hij zijn ogen van de microscoop afwendde en de jongen weer aankeek. 'Hoor je eigenlijk bij de nieuwere studenten?' vroeg hij opeens, totaal van het onderwerp afwijkend. Jamie kon zich niet herinneren dat hij de jongen op de school had zien rondlopen, en het begin van de zomer was ook het teken van een heleboel nieuwe leerlingen die bijna dagelijks met de boot op Genosha aankwamen. Nieuwe leerlingen van wie hij nog een heleboel dossiers moest lezen zodat hij helemaal up to date was met iedereen, van geboorteplaats tot mutatie.
Telkens als Jamie iets vertelde hing de blonde jongen helemaal aan zijn lippen en dus toen hij over zijn onderzoek begon, kon Zachary alleen maar instemmend knikken. "Misschien zijn sommige juist bang ervoor omdat we juist één chromosoom meer hebben." Opperde hij voorzichtig, want de man voor heb had natuurlijk wel wat meer ervaring en zo dan hem. "Bang om te weten te komen wie ze zijn en waarom ze zo zijn." Hij haalde zijn schouders zachtjes, onzeker op. Als zijn mutatie niks met biologie te maken had, was hij waarschijnlijk ook niet zo geïnteresseerd erin zoals nu. Al wist hij dat natuurlijk niet helemaal zeker.
Op het moment dat Jamie naar zijn microscoop liep, zette hij een bedeesde stap achteruit, waarna hij nerveus aan het uiteinde van zijn labojas begon te prullen en de man vanonder zijn toch wel lange wimpers voor een jongen, aankeek. Het zou nu ontzettend gênant zijn als het diertje toch iets bleek te hebben, want dat zou a) betekenen dat zijn onderzoek slecht was gebeurd en b) dat hij de hond toch niet zou mogen houden. Ergens was hij er nu wel gehecht aangeraakt aangezien Joachim nog altijd niet hier was. De angst had de jongen daarom ook om zijn hart gegrepen toen hij hier aankwam en de bekende krullenbol er niet tussen zag. Het was de eerste keer dat hij ergens was zonder zijn broeder, maar tot nu toe vond hij van zichzelf dat hij het eigenlijk nog wel goed gedaan had. Oké, veel vrienden had hij nog niet gemaakt, eigenlijk geen, maar daar dacht hij liever niet aan. Toch had hij zich rechtop kunnen houden, al waren er hier wel aanzienlijk minder pestkoppen dan hij gewend was in de weeshuizen.
Zijn gedachten werden onderbroken toen zijn leerkracht een goedkeurend geluidje maakte en blij als een jonge puppy liet hij de adem die hij onbewust had ingehouden, ontsnappen. Net toen hij zijn mond wou opentrekken werd hem een nieuwe vraag gesteld die totaal off topic was. "Ahm. Ja, meneer." Zei hij zachtjes en een tikkeltje angstig. Waren er regels dat nieuwere studenten nog niet in de labo's mochten? Of iets anders waardoor hij nu in de problemen zat? Want hoewel hij er ontzettend badass uitzag, was hij toch zo'n jongen die liever niet in de problemen kwam en waar naar de rector moeten een nachtmerrie voor was. Net zoals ziek zijn waardoor zijn perfecte aanwezigheidslijst verpest zou worden. Niet dat dat er in het weeshuis zo toe deed, want wat daar onder lesgeven werd verstaan was nu niet echt geweldig.
"Meneer?" Vroeg hij aarzelend, "Is het eigenlijk toegelaten om huisdieren op de kamer te hebben?" Want anders wou hij dat hondje het liefst van al bij hem nemen. Waarom? Dat wist hij niet. Er was gewoon zo'n gevoel dat hij het jonge diertje moest beschermen en koesteren.