|
|
| Storm in the Hall of Devon [Devon] | |
| Auteur | Bericht |
---|
Storm Hall- Class 3
- Aantal berichten : 1904
Character Profile Alias: Lupos Age: 21 jaar Occupation:
| Onderwerp: Storm in the Hall of Devon [Devon] do okt 01, 2015 7:26 pm | |
|
Na zes maanden in afzondering geleefd te hebben, al had hij licht contact, was een overvol onthaal het begin van een loodzware week. Hij hoorde het snelle ritme van het meisjes hart in de hoek toen afscheid nam van een jongen, hij hoorde een pen krassen op papier en twee docenten in een diep gesprek met elkaar bezig. Storm sloot zijn ogen en probeerde de geluiden weg te drukken tot hij niets meer hoorde buiten zijn eigen verhoogde hartslag. Hij rook een warme chocomelk voorbij wandelen en hij rook buiten ook iemand die net een hele eind had gesport en behoorlijk zweette, hij rook zelf het zout in het water van de zee. Hij klemde zijn kaken stevig op elkaar, zichzelf ervan verzekerend dat het allemaal snel beter zou gaan, dat hij het allemaal snel onder controle zou krijgen. Toen hij zijn ogen opende stond er een oud vrouwtje neutraal naar hem te kijken, bijna verveeld, alsof hij daar al eeuwen stond. Storm had geen idee hoelang hij daar had gestaan maar blijkbaar lang genoeg. Hij haalde zijn hand door zijn haar en zette zijn ontwapenende scheve glimlach op, wat niet zo ontwapenend werkte op het vrouwtje, ze fronste streng haar wenkbrauwen. ‘Ik heb mijn spullen hier vanochtend laten staan.’ Hij krabde opnieuw door zijn haar en liet zijn hoofd op zijn hand rusten terwijl hij nonchalant tegen de balie aanleunde. ‘Heb je een kamer?’ Vroeg ze kortaf. ‘Ja bij Devon,’ hij zweeg en merkte voor het eerst op dat hij Devon’s achternaam niet wist, of in ieder geval vergeten was, ze hadden andere dingen gehad om over te praten. Maar de achternaam was niet nodig, het vrouwtje rolde haar ogen, typte iets op haar computer en gaf hem tenslotte een sleutel en wees naar zijn spullen in de hoek achter de balie.‘ Hopelijk doe je iets beter dan hem.’ Zei ze venijnig. Moest Storm geen super gehoor hebben zou hij het niet gehoord hebben. ‘Geen zorgen, ik eet geen pistachenootjes.’ Hij greens charmant en liep naar zijn spullen.
Het gebouw vinden was gemakkelijk, zelfs zonder zijn gevoelige zintuigen zou Storm het gemakkelijk kunnen vinden. Ezels waren vaak geladen, deze wolf was meer geladen dan ezels ooit zouden zijn. In de zes maanden alleen zijn had Storm alles verzameld dat hij nodig zou hebben, kleren dan voornamelijk. Maar hij had ook een sporttas bij die tien keer zwaarder was dan de rest, reden, hij moest zichzelf toch met iets kunnen beveiligen bij een volle maan? Hij stond voor de trappen toen zijn hartslagmeter een korte toon gaf. Storm rukte zijn pols omhoog waardoor zijn valies en andere spullen tegen de vlakte vielen en keek naar de hartslagmeter. ‘Oh nee.’ Hij lachte half in de stress door het hoge getal. ‘Niet vandaag.’ Mompelde hij zichzelf toe. Hij keek over zijn schouder naar de grote stroom aan studenten. ‘En zeker niet hier.’ Het was rustiger worden dat hij moest doen, hem niet nog meer opjagen. Toch nam Storm alles weer samen en zette de laatste eind in naar zijn kamer, die hij vanaf nu met Devon zou delen. Onderweg was hij aan het tellen, honderden vijf, honderden zes, honderden zeven, …
Hij klopte aan, ondanks dat hij een sleutel had, wat hij alweer helemaal was vergeten. Hij legde zijn arm tegen de deurpost en drukte zijn hoofd ertegen terwijl hij langzaam luidop bleef tellen. Komaan Devon, dacht hij bij zichzelf. Hij sloot zijn ogen en probeerde terug alle geuren en geluiden buiten te sluiten, wat hem uiteindelijk lukte, toch zag hij kort in zijn wolvenzicht, hij schudde zijn hoofd en dreef de wolf terug naar het diepste binnen hem toen de deur open gleed. ‘Storm in the Hall of Devon.’ Glimlachte hij automatisch. Dat was wat Devon deed, de jongeman in hem wakker maken die al zes maanden niet meer was komen bovendrijven, gek genoeg onderdrukte dat ook een beetje de weerwolf. Twee vliegen in één klap. ‘Wil je me nog? Het is je laatste kans. Ons lieve Agnessie was niet zo positief over je.’ Ging Storm er gelijk verder …
|
| | | Devon Garnet- Class 2
- Aantal berichten : 831
Character Profile Alias: Ursus Age: 20 years Occupation:
| Onderwerp: Re: Storm in the Hall of Devon [Devon] do okt 01, 2015 11:46 pm | |
| Storm in the Hall of Devon Vanuit het bos was Devon rechtstreeks naar zijn kamer gegaan, wat dúidelijk zichtbaar was. Er liep een modderig spoor doorheen zijn kamer waaruit ieder individu met een fatsoenlijk stel ogen kon opmaken dat hij zonder al te veel nadenken zijn kamer in was geparadeerd en midweg had opgemerkt dat zijn schoenen vuil waren en hij een ommekeer had gemaakt. Het gevolg was dus dat er een modderig spoor doorheen zijn kamer liep van zijn deur tot in het midden van de kamer en ook weer terug. Zijn lederen schoenen stonden nu aan zijn deur vuil te wezen, maar Devon was nu niet echt van plan om ze onmiddellijk te kuisen. Op zijn sokken was hij druk in de weer om het bed aan de andere kant van de kamer leeg te maken aangezien Hal elk moment hier kon staan met zijn valiezen om zijn plaatsje op kamer 25 op te eisen. De hoop kleren die op het ongebruikte bed hadden gelegen verplaatste hij naar de wasmand die in de hoek van de kamer stond, vlak naast zijn eenvoudige muziekinstallatie. Devons voorhoofd fronste opgewekt onder het idee dat hij evengoed een amusant deuntje kon opzetten, ook omdat hij sneller werkte als hij een beat had om ondertussen mee op te bewegen. Behendig griste hij zijn iPhone uit zijn zak en opende een app waarin hij al zijn muziek bewaarde. Zijn vingers raasden over het touchscreen en hij typte het volgende in: Duck Sauce – Big bad wolf. Hij kon de grijns niet van zijn gezicht afkrijgen, alleen al omdat hij enorm nieuwsgierig was om de reactie van Storm te zien van zodra die hier de kamer in kwam gelopen en het liedje zou horen. Zijn ogen vlogen naar de deur toen hij aan het begin van de gang voetstappen hoorde die hem nu al bekend in de oren klonken. Storm was daar en aan zijn passen te horen was hij nogal zwaar geladen. ”Awooooooh.” huilde Devon half lachend mee op de muziek.
Enkele seconden later hoorde hij een stevige klop op de deur en hij liep richting de deur terwijl de oude, houten vloer onder zijn voeten kraakte. De geluiden hier waren verschrikkelijk geweest in het begin dat hij hier was, maar ondertussen was hij er al zo aan gewoon dat hij ze amper nog hoorde. Lang leve sensorische adaptatie. Op zijn weg richting de deur raapte hij nog de vochtige handdoek van de grond die hij deze morgen had gebruikt om zich af te drogen na zijn uitgebreide douche. Hij zwierde de handdoek over zijn schouder en reikte met zijn hand naar de deurknop om hem vervolgens om te draaien en de deur bruusk open te zwieren terwijl er op zijn gezicht weer een uitdagende colgate-smile kwam te staan. Nú begon het allemaal. Devon liet zijn ogen over Storm gaan, die half tegen de deurpost stond te leunen en in beide handen valiezen droeg. ‘Storm in the Hall of Devon.’ Een lach rolde al reeds over Devons lippen nog voor hij die zin had afgemaakt, hij vond het geweldig dat hij die quote had onthouden en nu zelfs gebruikte. ‘Wil je me nog? Het is je laatste kans. Ons lieve Agnessie was niet zo positief over je.’ Devon rolde met zijn ogen bij de gedachte aan die oude pruim achter de balie. ”Agnessie kan op hare kop haan staan.” bromde hij met een onderdrukt lach, wetende dat Storm wel al snel zou weten waar het vrouwtje op doelde als hij de kamer binnenstapte. ”Kom erin!” verwelkomde hij zijn vriend en nam de sporttas van hem over, waardoor hij de inhoud hoorde rinkelen. Kort wierp hij Hal een bezorgde blik toe, al reeds wetende wat de inhoud van de tas was. Devon draaide zijn hoofd en wandelde zijn kamer in en besloot om voorlopig niet verder in te vragen op de tas.
De tas plaatste hij op het bed dat hij zojuist vrij gemaakt had en draaide zich opnieuw om naar Hal, zijn armen terwijl over elkaar geslagen. ”Opruimen is niet mijn sterkste kant.” zei hij met zijn heilig grijnsje en zwierde nu de handdoek die over zijn schouder had gehangen ook in de wasmand, die ondertussen al tot boven vol zat. ”Mijn muziekkeuze daarintegen is hét van het.” Hij greens uitdagend en luisterde naar het nummer dat zachtjes opstond. Devon wandelde naar ‘zijn’ kant van de kamer en raapte hier en daar nog een verloren kledingsstuk op om het daarna nonchalant op te vouwen en weer in zijn kleerkast te leggen, waardoor ook zijn gitaar -waar een hemd over had gehangen- tevoorschijn kwam. Zuchtend liet hij zich op zijn bed vallen waardoor de vering aardig piepte. Great. Maar naast de vering hoorde hij nog iets anders, het geluid van glas dat dof tegen de muur botste. Zijn flessen Jack die hij tussen zijn matras en da muur had steken. Met een brede grijns op zijn gezicht nam hij een ontspannen houding aan en stapelde de kussens op zijn bed tegen de muur zodat hij er tegen kon leunen en terwijl ook Storm kon aankijken. De muur hing vol met posters, vooramelijk met landschappen van de streek waarvan hij afkomstig was, de Rocky Mountains waren erop te zien, maar ook de Colorado, een enorme rivier én uiteraard hingen er ook voldoende posters op van prachtige vrouwen, de ene met al wat meer kleding om haar lijf dan de andere. ”Dus Hal, klaar voor een nieuw avontuur?” Hij haalde zijn gsm weer boven en maakte een foto, die hij onmiddellijk daarna op zijn Instagram plaatste en de gsm langs hem op het bed neer legde. Devon sloeg zijn beide armen achter zijn hoofd en kruiste zijn ene been over zijn andere, waaraan duidelijk was dat hij zich hier enorm thuis voelde. Maar hij was er zeker van dat Storm snel genoeg datzelfde gevoel zou ervaren.
Oh cherie amour, pretty little one that I adore ♦ ♦ ♦ robb stark |
| | | Storm Hall- Class 3
- Aantal berichten : 1904
Character Profile Alias: Lupos Age: 21 jaar Occupation:
| Onderwerp: Re: Storm in the Hall of Devon [Devon] vr okt 02, 2015 6:45 pm | |
|
Het waren maar loutere seconden dat hij voor de deur had gestaan van hun nieuwe kamer, waar zijn nieuwe leven eigenlijk een beetje opnieuw zou beginnen. Maar voor Storm leek het eeuwen te duren, de hartslagmeter daalde een beetje maar hij schoot gelijk terug omhoog als Storm iets opving uit zijn omgeving. Volledige controle zou hij er nooit over krijgen maar hij had al aardig wat trucjes ontwikkeld om het een beetje tegen te werken, tellen bevoordeeld. Als hij telde dan lette hij niet om zijn omgeving en kon hij zich gemakkelijker bewegen. Toch zag je het lichte zweet op zijn voorhoofd staan en deed hij hard zijn best om zijn hand niet te laten trillen. Er waren geruchten geweest van een soort medicatie die je mutatie kon stoppen, Storm had op het punt gestaan naar zo’n laboratorium te gaan maar dan kwamen de tegengeruchten, over wat ze er met je deden en dus besloot hij het nog maar een volle maan uit te houden tot iemand hem informeerde over deze plek. Het had hem twee maanden, twee volle manen gekost om de nodige informatie te krijgen en hier te geraken. En nu was hij hier, in het hol van de leeuw, een eiland vol mutanten en hij was de grote boze wolf die ze allemaal in gevaar bracht.
Devon was blijkbaar even enthousiast over zijn nieuwe kamergenoot als Storm was om hier met Devon te zijn. Hij zwierde de deur haast uit zijn scharnieren en had meteen die glimlach op zijn lippen waar alle meisjes zouden voor bezwijken. Storm was blij dat hij binnen kon, even zijn focus op iets anders te leggen dan het rumoer van al de studenten. Dat hij gelijk begon te praten was geen teken van nervositeit, meer iets om de aandacht van de wolf weg te trekken en op Devon te richten, die maar een enkeling was, waarvan Storm zeker was dat hij de weerwolf onder controle zou kunnen houden. Storm moest meteen grijnzen toen Devon over de balievrouw begon, god, ja, dat mens moest ook werken. Hij vroeg zich af of ze een mutatie zou hebben? Devon nam zijn sporttas over, Storm wou protesteren tot hij wist dat Devon met gemak ook gewicht kon dragen en er dus geen probleem mee zou hebben. Hij haalde zijn schouders op bij de bezorgde blik. ‘Je kunt maar niet veilig genoeg zijn.’ Hij keek een laatste keer op de gang en sloot de deur. ‘Dit word een helse week.’ Prevelde hij tegen zichtzelf. Hij strekte zijn hand, dat amper zichtbaar trilde en baalde het dan samen voor de opgewektheid terug was en hij opkeek naar Devon.
‘Opruimen scoort punten bij de dames.’ Hij duwde zijn spullen naar zijn bed en draaide zich op zijn tippen terwijl hij tweemaal zijn wenkbrauwen ophaalde. ‘Misschien moeten we beginnen met,’ hij zweeg toen hem voor het eerst de muziek opviel. Hij fronste zijn wenkbrauw en gaf Devon een veelbetekenend blik voor hij in het lachen uit schoot. ‘Gaan we het zo doen?’ Vroeg hij uitdagend knikkend naar de muziek installatie. ‘Want ik heb geweldige berenliedjes en als ik die op steek komt niemand noch in ons kamer.’ Hintte hij naar het liedje van Jungle book dat hij in het bos had zitten zingen. Storm keek naar zijn hartslagmeter, alles was weer positief, normaal. Zijn blik gleed dan naar de muren aan Devon’s kant, wauw, was dat waar hij van kwam? ‘Wauw, verlangen om daarheen te gaan of kom je daadwerkelijk van daar?’ Vroeg hij met een blik over de verschillende posters. Qua decoratie had Storm helemaal niets mee, was ook niet heel hard nodig als je van de ene naar de andere plaats trok. En dan waren er uiteraard nodig de vrouwen, Storm schudde grijnzend zijn hoofd en keek bij de vraag van Devon naar hem toe. ‘Ready to rock and roll.’ Stemde hij uitdagend in. Ja, hij had er zin in, nee, het zou zeker niet gemakkelijk worden. Hij stak zijn vinger op en draaide zich zodat hij op de helft van kamer stond. ‘Trekken we een lijn of beloof je je spullen aan jouw kant te houden, ik ben heel proper en niet gesteld op andermans rommel.’ Zei hij quasi streng. Oke, hij was net, maar Devon kon evengoed zijn helft van de kamer benutten als kapstok, Storm had er geen erg in. Hij schudde lachend zijn hoofd en strekte zijn armen boven zich uit terwijl hij door het raam naar de zee keek. ‘Heb je huisregels? Jij was hier eerst, jij bent de baas.’ Hij keek over zijn schouder naar Devon en de grijns was niet weg te slaan, het zou geweldig worden …
|
| | | Devon Garnet- Class 2
- Aantal berichten : 831
Character Profile Alias: Ursus Age: 20 years Occupation:
| Onderwerp: Re: Storm in the Hall of Devon [Devon] ma okt 05, 2015 12:38 am | |
| Storm in the Hall of Devon Het leek alsof Storm opgelucht was dat hij binnen kon stappen in de kamer en Devon wist niet zeker of dat was om het feit dat ze eindelijk samen op een kamer zaten of om het feit dat hij het even moeilijk had met zijn weerwolf kant. Met een lichte frons op zijn voorhoofd keek hij naar de pols van Storm maar kon niet lezen wat het getal was op de hartslagmeter. Gelukkig ‘viel’ het een beetje van zijn vriend af toen ze onmiddellijk weer op de balievrouw begonnen te praten. Agnessie… Storm ging heel los over het feit dat er een heel aantal ijzeren kettingen in de tas zaten en dat baarde Devon ergens zorgen. Als hij al in staat was om zichzelf vast te ketenen bij volle maan, waartoe zou hij dan nog bereid zijn? ‘Je kunt maar niet veilig genoeg zijn.’ Devon haalde een hand door zijn haren nadat hij de tas met een klingelend geluid had neergezet en haalde net zoals Hal zijn schouders op. Tsja, wat kon hij erop zeggen? Hij had geen ervaring met Storms mutatie en kon er dus ook geen oordeel over vellen. ‘Dit word een helse week.’ Devon keek nadenkend naar de grond voordat hij weer in Storm zijn ogen keek. ”We komen er wel.” mompelde hij zachtjes terug en glimlachte scheef, blij om het enthousiaste terug op zijn gezicht te zien verschijnen.
Ging hij nu werkelijk tips en tricks te horen krijgen om punten te scoren bij meisjes? Uitdagend sloeg hij zijn armen over elkaar en keek Storm aan vanop zijn bed. ”Ik heb ze thans nog nooit horen klagen als er kleding over de hele vloer verspreid ligt.” bitste hij terug en kon een grinnik niet onderdrukken, zeker niet meer toen Storm de muziek opmerkte. Zijn lach werkte aanstekelijk en Devon legde een hand op zijn onderbuik terwijl hij de kamer vulde met een hartelijke lach. ‘Gaan we het zo doen?’ Devon probeerde zijn lach te smoren door zijn andere hand met de achterkant voor zijn lippen te leggen, maar slaagde hier niet echt in. Totdat Storm over de berenliedjes begon. Devon opende zijn mond in een ‘o-vorm’ en trok een wenkbrauw op. ”Geen. Beren. Liedjes.” bromde hij opnieuw met een lach op zijn gezicht en snoof zachtjes.
Het viel Devon op dat Storm zijn kant van de kamer bestudeerde, die onder anderen ingekleed was met verschillende posters van de omgeving in Arizona. ‘Wauw, verlangen om daarheen te gaan of kom je daadwerkelijk van daar?’ Devon keek omhoog naar de muur en zijn gezicht straalde iets van trots uit. ”Ik ben geboren in Arizona.” zei hij met een knikje en zette zich wat rechter op zijn bed. ”En ben opgegroeid op verschillende plaatsen, maar gelukkig ben ik altijd daar in de buurt kunnen blijven.” Hij haalde nonchalant een hand door zijn haren en besloot het toch maar te zeggen. ”Ik heb altijd in pleeggezinnen gewoond.” zei hij en knipperde eenmaal traag met zijn ogen, als teken dat het oké was. Devon had nooit anders geweten en het was vaak dat anderen het erger vonden voor hem dan dat hij dat zelf deed. ”Als je ooit de kans krijgt om naar daar te gaan dan moet je dat echt doen. De natuur daar is adembenemend.” Nogmaals keek Devon kort naar de posters en besefte dat hij het eigenlijk toch wel mistte. Niet dat het hier niet mooi was, maar het viel niet te vergelijken. ”Of je komt eens met mij mee natuurlijk.” Hij haalde kort zijn schouders op en wiebelde kort met zijn wenkbrauwen. Hij was er zeker van dat Storm het daar geweldig zou vinden, en niet enkel voor de natuur.
‘Ready to rock and roll.’ Die woorden zinde Devon wel en hij zette een heilige grijns op zijn gezicht. Met zijn gsm die in verbinding stond met de muziekinstallatie zette hij een ander nummer op, Philip George – Wish you were mine. Het volume zette hij wat lager zodat het een leuke achtergronddeun was maar het hun gesprek niet overstemde. Nieuwsgierig keek hij naar Storm die zijn vinger in de lucht stak. Wat gingen we nu krijgen? ‘Trekken we een lijn of beloof je je spullen aan jouw kant te houden, ik ben heel proper en niet gesteld op andermans rommel.’ Devon trok zijn ogen groot open en grinnikte kort door de manier waarop Storm dat had gezegd, alsof hij een leerkracht was die hem even de les ging spellen. ”Daar..” hij wees naar de lijn van de tegels waar Storm net op stond. ”.. is de lijn en ik beloof plechtig dat ik mijn spullen, en geen rommel dus, aan mijn kant zal houden.” Hij hield zijn hand op zijn borst, alsof hij plechtig een eed aflegde.
Toen Storm uit het raam naar buiten keek deed Devon dat onwillekeurig ook. ‘Heb je huisregels? Jij was hier eerst, jij bent de baas.’ De grijns die op Hals gezicht te lezen stond sprak honderd woorden. Het was meer als duidelijk dat ze er allebei evenveel zin in hadden. Er kwam een nadenkende frons op zijn voorhoofd en hij dacht even na over Storms vraag. ”Hmmm.” hij tokkelde met zijn vingers op zijn bovenbeen en hij moest op voorhand al grijnzen. Hij stak zijn wijsvinger in de lucht. ”Één, stuur me op voorhand een sms als je een meisje mee naar hier brengt. Allemaal goed en wel, maar niet als ik hier opeens binnenwandel.” Hij trok een gespeeld geschrokken gezicht voordat hij een tweede vinger opstak. ”Twee, als je een warme douche wil dan moet je voor mij gaan.” Hij haalde zijn schouders op voordat hij verder ging. ”Ik blijf altijd zolang staan totdat het warme water op is.” Nog even dacht hij na tot hij een derde ‘regel’ wist. ”Ohja, drie..” Hij stak een derde vinger op. ”Blijf. van. mijn. pistachenootjes. af.” Bij dat laatste keek hij Storm uitdagend aan. Zijn pistachenootjes waren heilig.
Oh cherie amour, pretty little one that I adore ♦ ♦ ♦ robb stark |
| | | Storm Hall- Class 3
- Aantal berichten : 1904
Character Profile Alias: Lupos Age: 21 jaar Occupation:
| Onderwerp: Re: Storm in the Hall of Devon [Devon] di okt 06, 2015 7:46 pm | |
|
“We komen er wel.” Dat was wat Devon hem zei, we komen er wel … In de zes maanden had hij op niets anders dan zichzelf moeten steunen en rekenen, het was vreemd om dat gevaarlijke van hem uit handen te geven. Ze hadden elkaar vandaag leren kennen en dan was Devon degene die vol vertrouwen zei, we komen er wel. Het gaf voor het eerst in zes maanden een beetje optimisme in het leven van Storm. Was de eeuwige optimist was de laatste maanden uitgedraaid tot iemand die alles in het leven negatief zag. En je kon het hem niet kwalijk nemen, de horrorverhalen konden niet omschrijven hoe het voelde, hoe alles in zijn lichaam tegen elkaar botste en zijn wereld vol vrijheid en lol plots op zijn kop kwam te staan. Devon had hem dat teruggegeven en met de woorden die hij net zei kwam er iets terug in Storm dat zes maanden geleden was gedoofd, vechtlust. Hij keek zijn nieuwe vriend met een grijns aan, ja … ze zouden er wel komen. Hij zou het wel kunnen al zou hij er na een volle maan weer helemaal tegenop zien.
Devon vertelde over waar hij vandaan kwam en staarde naar de posters op zijn muur. Wauw, het moest daar waanzinnig zijn. Onrechtstreeks moest Storm toegeven dat hij daar waarschijnlijk veel minder doden zou maken dan dat hij in Engeland deed, want daar had je geen bossen al deze. Hij stak zijn handen weg in zijn broek en liet zijn ogen van de ene poster naar de andere glijden. Bij de opmerking dat hij in pleeggezinnen had geleefd keek Storm kort naar Devon die op het bed zat. Hij knipperde eenmaal traag en Storm knikte heel langzaam terwijl zijn blik terug naar de posters gleed. Zo gemakkelijk ging het tussen hen, zelf gezichtsuitdrukkingen en korte tekens waren voor beide al bijna gelijk duidelijk. Wat zou deze vriendschap opleveren na een jaar, Storm moest glimlachen bij de gedachten. ‘Ik kom met jou mee.’ Er kwam een scheve glimlach op zijn lippen en hij keek naar beneden, naar Devon. ‘Ik heb zes maanden op mijn eentje geleefd, geloof voor geen seconde dat ik de komende zes maanden iemand uit mijn buurt laat gaan.’ Lachte hij hoofdschuddend. Maar het was waar, god, hij had sociaal contact gemist. En nee, een slachtoffer vermoorden was geen sociaal contact, niet dat hij het zich herinnerde achteraf.
Hij beloofde, plechtig, dat hij zijn spullen aan zijn kant van de kamer zou horen. ‘Ik ben niet moeilijk.’ Nee, hij was niet moeilijk, niet dit deel van hem althans. ‘Ik heb jaren lang met een jongere broer geleefd,’ hij zweeg en keek naar buiten, dacht aan zijn broer. ‘Erger kan het niet meer worden.’ Ze hadden altijd in een rijhuis gewoond, Storm moest zijn kamer delen, Devon zijn deel zag er properder uit tijdens zijn binnen komen dan dat zijn broertjes kamer er ooit zou uit zien. Hij keek naar beneden, naar de denkbeeldige lijn en keek dan met een speelse blik op. ‘Ik ben van plan die lijn nog vaak te overschrijden.’ Beloofde hij. Het was iets dat Devon ook moest gedacht hebben, ze zouden niet alleen de dames lastig vallen, Storm zou ook Devon lastig vallen, op een leuke manier.
Storm wandelde naar zijn deel van zijn kamer en zakte neer in de bureaustoel, hij legde zijn voeten op het bureau en keek wiegend naar het plafond terwijl Devon dacht over zijn regels. Hij moest lachen bij de eerste, dat zou ook zijn eerste regel geweest zijn. ‘Ik betrouw mezelf nog niet volledig dus ik denk niet dat je daar komende weken last van zult hebben. Laatste week voor volle maan trouwens nooit.’ Hij draaide zich zodat hij Devon kon aankijken en haalde zijn schouders op, hij zou ermee moeten leren leven, hoe rampzalig het er ook uit zag. Bij de tweede regel knikte hij serieus, maar dat bleef niet lang wachten. ‘En als ik alle het warme water op gebruik? Ik sta ook lang onder de douche.’ Greens hij uitdagend. Regel drie … hij moest meteen aan het oude vrouwtje denken. ‘Ik eet geen pistachenootjes.’ Merkte hij gelijk op, grijnzend om de gedachten.
Uiteindelijk haalde hij zijn voeten van het bureau en draaide zich op richting Devon, zijn gezicht iets serieuzer dan normaal. ‘Er zijn dingen die je moet weten, ik ben een weerwolf,’ hij zweeg en knikte kort naar de sporttas. ‘De nacht van volle maan moet ik mezelf beveiligen of in ieder geval ergens opsluiten, kom me alstublieft niet zoeken, ik weet niet wie ik ben als ik hem ben.’ Hij wees naar zichzelf, naar het weerwolfdeel in zichzelf. ‘Als je me twee dagen erna niet vind of ziet dan ben ik waarschijnlijk doodziek aan het recuperen in de ziekenzaal.’ Het was maar dat Devon zich geen vragen ging stellen bij de afwezigheid. ‘Het enige hoe ik de weerwolf door de maand kan “gerust” stellen is door s’nachts te transformeren naar een andere wolf, dus als ik s’morgens vroeg weg ben dan zit ik waarschijnlijk ergens in de bossen.’ Hij zweeg en keek bedenkelijk naar de sporttas vol kettingen. ‘En voor de rest,’ hij zweeg en hield zijn hartslagmeter op. ‘Ik heb niet veel nodig om zover te komen. Pijn houdt transformaties tijdens de maand tegen dus geef me gerust een gigantische vuistslag op mijn gezicht mocht het er ooit van komen, ik kan helen, ik kan het aan.’ Bij dat laatste kwam er weer een glimlach op zijn lippen. ‘Maar je moet het weten, voor de zekerheid.’ Knikte hij dan kort. Devon moest het weten … hij moest weten wat er tegenover hem sliep in de kamer …
|
| | | Devon Garnet- Class 2
- Aantal berichten : 831
Character Profile Alias: Ursus Age: 20 years Occupation:
| Onderwerp: Re: Storm in the Hall of Devon [Devon] wo okt 07, 2015 12:03 am | |
| Storm in the Hall of Devon Het was een aangenaam gevoel om Storm op die manier naar de posters te zien kijken. De posters die representeerde waar hij heel zijn leven had doorgebracht voordat hij te oud was voor pleeggezinnen en de kans kreeg om naar Genosha te komen. Ergens vond hij het zonde dat hij Storm niet eerder had leren kennen, dat hij hem niet kende toen hij nog in Arizona woonde. Devon kreeg er een kleine glimlach van op zijn gezicht en hij kon zich er al dingen bij voorstellen. Nee, misschien maar beter dat ze elkaar hier pas hadden leren kennen. En het was eveneens fijn om te zien hoe Storm het simpele gebaar begreep, dat het niet nodig was om erover te praten. Er waren zoveel dingen in het leven die erger waren, en Storms mutatie was daar een mooi voorbeeld van. Waarom over het verleden piekeren als we in het heden leven? ‘Ik kom met jou mee.’ De grijns van Storm werkte haast aanstekelijk. ”Dat denk ik ook ja.” antwoordde Devon hem alsof hij hem iets zou hebben aangedaan als hij een ander antwoord had gegeven. Hij luisterde naar wat Storm nog te zeggen had en blies zijn wangenbol terwijl hij opnieuw door het raam staarde en liet daarna de lucht langzaam ontsnappen wat voor een sissend geluid zorgde. ”Ik kan het me echt niet voorstellen. Een half jaar…” mijmerde hij en zuchtte diep. ”Het gaat enkel nog bergopwaarts gaan, let maar op.” zei hij toen vastberaden en grijnsde hem met een uitdagende blik in zijn ogen toe.
Hoe Devon Storm tot nu toe kende leek hij ook allesbehalve een moeilijk persoon. Ze leken namelijk als twee druppels water op elkaar en hoe was het nu mogelijk om jezelf ‘moeilijk’ te vinden? Hij sloeg luisterend zijn armen over elkaar en bewoog wat heen en weer om comfortabeler tegen zijn kussens aan te liggen. ‘Ik heb jaren lang met een jongere broer geleefd,’ Devon trok zijn wenkbrauwen op en kon het zich zo inbeelden, een klein Stormpje. Onwillekeurig moest hij lachen en probeerde het beeld langs hem te zetten voor hij niet meer bij zou komen. Blijkbaar kon het niet erger als dat ‘Stormpje’ worden en dat stelde Devon enigzinds gerust. Al moest hij toegeven dat hij ook wel veel slordigere ‘broers’ en ‘zussen’ had gehad. Al waren het niet echt broers en zussen geweest. Het was namelijk moeilijk om een echte familieband op te bouwen met iemand waar je amper een jaar mee samenwoonde. ”Ik heb er misschien een stuk of twintig gehad.” lachte hij Storm toe en wreef door zijn gezicht, denkende aan al die verschillende personen waar hij in heel zijn leven al mee had samengewoond. ”Maar geen enkele zo cool als jou.” voegde hij er met een overdreven knipoog aan toe. De denkbeeldige lijn die Devon had aangewezen leek voor hem geen reden om hem niet te overschrijven en knipperde een paar keer snel achter elkaar. ”Excuseer?” mompelde hij doordat hij een grijns moest onderdrukken. ”Don’t mess with the big brown bear.” Uitdagend liet hij zijn tong over zijn lippen gaan en ergens kon Devon niet wachten op het moment waarop hij aan Storm kon laten zien hoe hij eruitzag als hij eenmaal geshift was.
Aan Hals houding was meer als duidelijk dat hij hier zijn plaatsje al gevonden had. ”Binnenkort zal dat niet meer gaan.” zei Devon op een plagerige toon en wees naar de plaats op de bureau waar Storm zijn voeten had geplaatst. ”Te veel papierwerk.” zei hij schouderophalend en grinnikte duidelijk hoorbaar. Hij luisterde hoe Storm vertelde dat hij zijn eigen lichaam en de ongecontroleerde transformaties niet vertrouwde, wat hij uiteraard heel goed kon begrijpen. Al vond hij het wel een beetje sad dat Storm er zo’n dingen voor moest opgeven. ”Hey.” sprak hij hem op een nep-troostende manier toe om het gesprek luchtig te houden. ”Ik zal het wel goed maken in jouw plaats.” Hij wierp zijn hoofd achterover en zuchtte diep terwijl er ook een lach uit zijn keel opborrelde. ‘En als ik alle het warme water op gebruik? Ik sta ook lang onder de douche.’ Oéh, gevoelige snaar. Devon keek Hal recht aan en fronste zijn wenkbrauwen. ”Zoek je dan maar een girl om samen lange, warme douches mee te nemen.” Hij perste zijn lippen samen en wierp een blik op de deur. Eigenlijk was dat nog niet zo een slecht idee, ook niet voor zichzelf. Het feit dat hij geen pistachenootjes at, was ook wel handig meegenomen.
Devon volgde de bewegingen die Storm maakte nauwlettend met zijn groene ogen en moest niet lang kijken om te merken dat hetgeen nu ging komen niet al lachend of speels bedoeld was. Nee, het onderwerp dat hij nu ging aansnijden was serieus, dat was gewoon voelbaar aan de sfeer. In een fractie van een seconde had Devon de muziek op de kamer wat zachter gezet en zichzelf rechter op zijn bed geduwd. ‘Er zijn dingen die je moet weten, ik ben een weerwolf,’ Devon knikte evenzeer en herinnerde zich al te goed wat er in de sporttas zat waar Storm naar keek. Hij had al een vermoeden wat hij er mee zou doen, maar was er pas 100% zeker van toen Hal het vertelde. Devon zou hem niet mogen zoeken, en bij die woorden wendde hij zijn blik even van Storm af. ”Storm, je beseft toch dat ik je niet zou moeten komen zoeken?” Zijn gezicht stond ook serieus en hij meende elk woord wat hij zei. ”Ik zou je in eerste instantie nog niet eens alleen weg laten gaan.” Hij wees naar de sporttas en hield zijn hoofd wat scheef. ”Jou jezelf laten vastketenen terwijl ik misschien zelfs in staat ben om je zo tegen te houden?” Devon schudde zijn hoofd. ”Nee, dat zou ik niet over mijn hart krijgen.” Hij maakte zijn lippen kort nat voor hij verder sprak. ”Jij weet misschien niet meer wie je bent als je hem bent, maar ik weet dat wel.” Zijn woorden kwamen er luid en duidelijk uit. Devon was zeker van wat hij zei. Hij zou zijn kameraad zichzelf niet laten vastketenen als een hond die door zijn eigenaar was achtergelaten. Nee, nooit.
‘… door s’nachts te transformeren naar een andere wolf...’ De andere woorden die in die zin hadden gezeten had hij maar voor de helft gehoord, zo gefixeerd had hij naar ‘transformeren’ en ‘andere wolf’ geluisterd. Devon zijn mond viel een beetje open en ongeloofwaardig keek hij Storm aan. ”No way, je kan ook in een gewone wolf shiften?” Devon trok een mondhoek omhoog, nog steeds met zijn mond een beetje openhangend. Dit kon toch gewoon niet meer? De gelijkenissen die ze hadden… Devon liet zijn blik nadenkend de kamer rondgaan, op een vrolijke manier. Blijkbaar hield pijn de transformatie deels tegen, of liet het menselijke in hem enigszins terug omhoog komen. ”Maar hoe snel heel je?” vroeg Devon en klemde zijn tanden op elkaar bij die vraag. ”Want mijn slagen komen redelijk hard aan...” Langzaam haalde hij zijn schouders op en was ergens wel blij om de glimlach op Storms gezicht terug te zien verschijnen bij dit onderwerp, dat hem toch wel zwaar moest liggen.
Oh cherie amour, pretty little one that I adore ♦ ♦ ♦ robb stark |
| | | Storm Hall- Class 3
- Aantal berichten : 1904
Character Profile Alias: Lupos Age: 21 jaar Occupation:
| Onderwerp: Re: Storm in the Hall of Devon [Devon] wo okt 07, 2015 1:21 pm | |
|
Ja een half jaar, hij kon geloven dat Devon zich er niets bij kon voorstellen, want eerlijk … dat deed hij ook niet echt. Wat had hij gedaan in dat halve jaar? De eerste twee maanden had hij praktisch alleen in de bossen geleefd terwijl probeerde te begrijpen wat er met zijn lichaam aan de hand was. Van dan af aan was het enkel zoveel mogelijk kilometers tussen hem en zijn laatste locatie van volle maan trachten te krijgen. Hij reisde niet met openbaar vervoer omdat het te druk voor hem was, meestal wandelde hij afstanden, probeerde nonchalant over te komen. Probeerde geen aandacht op zichzelf te krijgen. Maar het was moeilijk, de vragen over wat een knappe jongeman zoals hem alleen aan de kant van de baan wandelt werd vaak herhaalt. En Storm probeerde het interessanter te laten klinken dan het was, dat hij zogezegd op proefuistap was ofzo. De verhalen verzinnen was vaak nog moeilijker dan het stappen zelf. Er werden jachten georganiseerd op de wilde wolven dus Storm was genoodzaakt verder te trekken en te proberen slimmer te zijn dan de agenten. Hij had een hekel aan zijn leven, hoe het nu was. Hij trok zichzelf terug uit gedachten en keek opzij naar Devon. ‘Het is geen beeldig plaatje, voelde me echt een voortvluchtige.’ Hij lachte kort, gewoon omdat er niets anders kon om gedaan worden. Hij knikte langzaam om wat Devon zei. ‘Ik hoop het.’ Hij zuchtte en keek met een meer gemeende glimlach opzij. ‘Ik hoop het echt.’
Toen Devon opperde dat hij rond de twintig broers of zussen gehad had, probeerde hij er zich iets bij voor te stellen. Hij had altijd zijn handen vol gehad aan zijn broertje, laat staan dat je om de zoveel tijd een andere broer of zus kreeg? Die helemaal opnieuw leren kennen, misschien wel voor zorgen. ‘Man, daar kan ik me nu moeilijk iets bij voorstellen.’ Lachte hij. Storm had altijd ruim genoeg gehad aan zijn broer, ten eerste verklikte hij alles wat Storm deed, plande of verborg in zijn kamer. Ten tweede, je had niet echt veel privacy met een acht jaar jongere broer in de buurt. “Maar geen zo cool als jou.” Storm leunde zover achteruit dat hij Devon haast ondersteboven aan kon kijken, die giga haast kinderlijke glimlach op zijn gezicht. ‘Daar stem ik mee in.’ Zei hij serieus. Ja, zou pret hebben met Devon, meer dan dat, het zou epic zijn.
‘Don’t mess with the big bad wolf either.’ Kaatste hij gelijk uitdagend terug. Ja, ze zouden wel gewaagd zijn aan elkaar, ze waren dan ook in veel opzichten gelijk aan elkaar. Ze waren sterk, extra scherpe zintuigen, helend en nog zoveel meer. Er was geen mogelijk idee wie het van de ander zou winnen. Al ging het bij Storm niet om winnen, jongens mochten stoeien, toch? Toen Devon opmerkte dat hij zijn voeten binnenkort niet meer op zijn bureau zou kunnen leggen, schoof hij zijn voet in een duidelijk gebaar over het bureau, daarmee duidelijk maakte dat hij gewoon alles op de grond zou vegen. Het was beetje Storm’ vaste studeerhouding, zo zou hij hier nog veel zitten. ‘Je hoeft niets voor me goed te maken, ik zal wel een inhaalbeweging doen.’ Knipoogde hij. Tuurlijk wilde Devon dat met plezier doen, en dan met alles dames hier op het eiland weg zijn, goed geprobeerd. En een douche delen met één van de dames, hij keek naar boven en probeerde het zich voor te stellen, uiteindelijk knikte hij goedkeurend. ‘Daar kan ik wel met leven.’ Greens hij.
Storm had nooit iemand gehad die het voor hem opnam in de periode dat hij weerwolf was, dus het was vreemd om te zien hoe Devon er was om te helpen. Maar het stelde hem niet gerust, verre van, hij wist niets van zijn weerwolfkant, hij wist enkel wat hij las. Dus toen Devon zei dat hij misschien wel in staat was Storm tegen de houden keek hij zijn vriend onderzoekend aan. “Jij weet misschien niet wie je bent als je hem bent, maar ik weet dat wel.” Storm schudde gelijk zijn hoofd. ‘Dat kun je niet weten.’ Zei hij serieus. Hij kwam van zijn bureaustoel, snel en behendig en liep naar de sporttas. Hij ritste het open, wierp Devon een korte blik en haalde er twee kranten uit. Hij liep naar Devon toe en gooide ze op het bed. ‘Dat Devon,’ wees hij naar de titels in de krantenkoppen. ‘Is wat ik doe op volle maan.’ Er stonden twee krantenkoppen, de ene sprak over agressieve wolven en de andere over een seriemoordenaar. Hij sloeg de pagina op naar een kleurfoto van een lichaam, een meisje die helemaal open geklauwd was. Haar gezicht was niet zichtbaar maar de sporen die hij had achter gelaten wel. Bloed overal, opgereten keel, klauwwonden over haar borst. ‘Dat,’ wees hij, zachter deze keer. ‘Is wat ik achterlaat.’ Hij hurkte neer naast het bed van Devon en keek naar de foto. ‘Zes volle manen gehad en heb rond de twintig slachtoffers gemaakt waar ik van weet.’ Hij zweeg en keek beroerd op naar Devon. ‘Ze noemen me Lupos, ik val enkel mensen aan, geen dieren. Dus je kan proberen me tegen te houden, maar ik zal geen seconde interesse in je hebben.’ Niet als beer in ieder geval. Hij wreef zijn hand door zijn haar en zuchtte dramatisch. ‘Vandaar de kettingen, ik hang liever vast dan dat ik dit doe.’ Tikte hij tegen de krant. ‘Ik meende het toen ik zei dat ik een vloek ben, god, ik had zelf gehoopt dat ze me zouden neerknallen.’ Hij schudde zijn hoofd en stond op, zakte terug neer op zijn bureaustoel.
De verwondering in Devon’s stem toen hij vroeg of hij ook in een gewone wolf kon shiften bracht het ontspannen gevoel weer terug. Toch tokkelde Storm zijn vingers op zijn knie, een teken dat hij ergens mee zat, dat hij nerveus of in gedachten verzonken was. Maar het hield, het positieve deel van zijn vloek bracht een beetje rust. ‘In zo’n witte fancy wolf.’ Hij keek op naar Devon en haalde zijn wenkbrauwen op. ‘We kunnen ooit nog eens samen jagen.’ En niet alleen als dier, ze zouden nog veel samen jagen. Bij de vraag fronste hij snel zijn wenkbrauwen voor hij greens om de uitleg die erop volgde. ‘Snel, hoe dichter naar volle maan, hoe sneller ik heel, hoe sterker ik algemeen word.’ Antwoordde hij. Een echt uur of zo kon hij er niet opplakken, het was afhankelijk van de maanstand, van zijn eigen toestand. ‘Maar je hoeft je niet in te houden voor mij, ik zie er sterker uit dan je denkt.’ Knipoogde hij gelijk. Hij was veel sterker geworden door de maanden, misschien kon hij dat ook als een pluspunt zien van dit alles …
|
| | | Devon Garnet- Class 2
- Aantal berichten : 831
Character Profile Alias: Ursus Age: 20 years Occupation:
| Onderwerp: Re: Storm in the Hall of Devon [Devon] do okt 08, 2015 2:47 pm | |
| Storm in the Hall of Devon Een scheve grijns verscheen op zijn gezicht door Storms reactie. ”Al moet ik toegeven dat het niet altijd even slecht was.” Hij ademde nadenkend diep in en uit en kon zich Tori zo opnieuw voor de geest halen. Haar gouden lokken, haar geweldig figuur, de geweldige momenten die ze samen beleefd hadden. ”Al was het wel een beetje fout.” Hij haalde zijn schouders op en grinnikte. Storm zou vast en zeker wel begrijpen was hij bedoelde. Maar hij had haar toch nooit als ‘echte’ zus gezien, integendeel. Tori was in eerste instantie ouder dan hem en ten tweede was het zijn laatste pleeggezin, waar hij sowieso maar een half jaar zou verblijven. De band die ze hadden gehad was puur vriendschappelijk geweest. Ofja, iets meer dan dat. Devon schudde lachend met zijn hoofd toen Storm hem bijna ondersteboven aankeek en met zijn standpunt instemde. De rugleuning kraakte onder Storms gewicht en de kracht die hij erop uitoefende. Devon zag het in zijn gedachten al gebeuren, de stoel die doormidden brak en Storm die op de vloer terecht kwam. Al zou het bij gedachten blijven, aangezien Hals reflexen bovennatuurlijk waren. Op zo een stomme manier zou hij nooit op de grond belanden, nee, daar zou wel wat meer moeite voor nodig zijn.
Toen Storm hem waarschuwde voor ‘the big bad wolf’ hief hij zijn handen omhoog alsof er iemand met een geweer op hem richtte. Op zijn gezicht stond een gespeelde angstige blik en hij liet zijn handen trillen, zogezegd van angst. Maar niet veel later veranderde die blik naar iets veel uitdagender en liet hij zijn handen lachend zakken. ”En toch moeten we eens uittesten wie de sterkste is.” Met een speelse fonkel in zijn ogen liet hij zijn tong over zijn lippen gaan, Storm strak aankijkende. Hal daarentegen deed er nog een schepje bovenop, hij liet zijn voet over de bureau gaan alsof hij de onzichtbare hoop die daar verschenen was op de grond wilde doen belanden. ”Badass.” wierp Devon hem op een sarcastische manier toe om vervolgens te luisteren naar het feit dat hij wel een ‘inhaalbeweging’ zou maken. ”Ik zou maar snel beginnen dan, want bij mij staat de teller al op 1 en het zal niet lang duren vooraleer het in 2 gaat veranderen.” Op een triomfantelijke manier sloeg hij zijn armen over elkaar en moest denken aan Taylor, die hij letterlijk en figuurlijk al aan zijn lippen had hangen, en aan Dennimae waar hij ook wel aardig mee opschoot.
Een bedenkelijke blik kwam op Storms gezicht te staan, alsof de woorden die Devon hem had toegesproken in zijn hoofd niet overkwamen zoals bedoeld. Maar het was anders. Devon had geen flauw idee van wat Hal werkelijk in staat was. Het enige waar hij aan dacht was dat hij zijn vriend wilde helpen met hetgeen hem zo kwelde. De consequenties zag hij gewoon niet in. Het was te vergelijken met een paard dat oogkleppen op had, hij zag enkel hetgeen recht voor hem – Storm dus - maar niet wat er van opzij op hem af zou komen. Maar inderdaad, zoals Storm zei: Hij kon het niet weten. Met een paar bezorgde ogen volgde hij Hal die behendig opstond en iets krakend uit zijn tas haalde. Kranten. Hij smeet ze langs Devon op bed en sprak hem toe terwijl er iets van kwelling in zijn stem weerklonk. ’Dat Devon,’ Met gefronste wenkbrauwen keek hij Storm aan, die priemend naar de krantenartikelen wees. Hij nam een van de artikels vast en keek er pas naar toen hij ze op zijn schoot gelegd had. ’Seriemoordenaar’ luidde de kop. ‘Is wat ik doe op volle maan.’ Storm draaide de voorpagina om, net alsof hijzelf dat niet had kunnen doen. Aan de manier waarop Hal handelde was duidelijk zichtbaar dat hij Devon met zijn neus op de feiten wilde drukken, dat hij hem wakker wilde schudde. Nog steeds met een frons op zijn voorhoofd keek Devon naar de foto in de krant. Een meisje, onherkenbaar, volledig gehuld in bloed. Haar eigen bloed. ‘Dat,’ Hals stem werd weer kalmer en klonk enigzinds beroerd. ’Is wat ik achterlaat.’ Net zoals Storms stem rustiger werd, werd Devon zijn blik dat ook. Hij ontspande zijn voorhoofd en keek naar de jongen die voor hem op zijn hurken zat. Zijn vriend. Een weerwolf. Hij had meer slachtoffers gemaakt dan dat Devon zelfs nog maar met mensen gevochten had, en hij was best wel een vechtersbaas geweest tijdens zijn vorige schoolcarrière. ”Hal ik..” Devon perste bedenkelijk zijn lippen samen en keek nogmaals naar de foto van het meisje dat op zijn schoot lag. ”Ik ga je helpen.” zei hij vastberaden. Oh ja, Devon was enorm koppig en zelfs de foto’s die Storm hem had getoond konden hem niet van gedachten doen veranderen. ”No matter what. Je staat er niet alleen voor.” En hierbij had hij zijn laatste woorden gezegd. Storm zou mogen proberen stiekem weg te sluipen, hij zou mogen proberen zich zo diep mogelijk in het bos kunnen verstoppen om zich in zijn eentje kunnen vast te ketenen. Devon zou hem toch vinden, hij zou Storm niet alleen laten met zijn vloek. Hij plooide de krant op zijn schoot dubbel, samen met de andere krant die nog langs hem lag. Met een bemoedigend, zelfzeker gebaar liet hij ze in de prullenmand vallen die naast zijn bed stond.
Devon kon gemakkelijk de positieve sfeer bij zichzelf weer naar boven halen, maar merkte duidelijk dat Storm nog wat bleef nazinderen over hetgeen zojuist gezegd was. En ergens kon Devon het hem niet kwalijk nemen. Als hij in Storms schoenen had gestaan, had hij waarschijnlijk op dezelfde manier erover gedacht. Al was hij er ook wel zo goed als zeker van dat Storm, in Devons schoenen net zo gereageerd had. Ach. Blijkbaar was het een witte wolf waarin Hal kon transformeren en Devon wreef over zijn kaak. ”En of we dat kunnen doen!” zei hij bijna lachend en staarde kort uit het raam. ”We roven heel het bos leeg.” Devon trok zijn wenkbrauwen in een charmante frons en stofte zijn schouder denkbeeldig af. ”En de hele school erbij.” Nieuwsgierig luisterde hij naar de uitleg van Hal over zijn mutatie. Begrijpelijk knikte Devon. ”Je haalt je kracht gewoon uit de maan eigenlijk…” sprak hij zijn gedachten hardop uit. Het klonk niet slecht, sterker worden naarmate de maan voller was. Maar dan dat enorme nadeel er weer bij kijken natuurlijk. ‘Maar je hoeft je niet in te houden voor mij, ik zie er sterker uit dan je denkt.’ Oeh, zo een dingen moest je maar tegen Devon zeggen ja… ”Oke Hal, the ultimate test.” sprak hij enthousiast en sprong als het ware recht uit zijn bed, om met een harde plof op de houten vloer weer neer te komen. Hij wandelde naar zijn eigen bureau, om zijn bureaustoel – waar hij sinds zijn komst in Genosha nog geen enkele keer in had gezeten – te nemen en naar de bureau van Hal te rollen. Met beide handen nam hij de houten bureau vast en draaide hem met het nodige kabaal een kwart zijwaarts, zodat ze elk aan een lange zijde konden zitten. ”Je kent het vast wel.” zei hij uitdagend en liet zich op zijn stoel vallen om vervolgens even op en neer te bouncen om de vering uit te testen. Devon schoof met zijn knieën onder de bureau en zette zijn rechterelleboog op het tafelblad terwijl hij afwachtend naar Storm keek en tweemaal met zijn wenkbrauwen wiebelde. Zijn vingers liet hij een voor een bewegen. Oh yes, this could be fun.
Oh cherie amour, pretty little one that I adore ♦ ♦ ♦ robb stark
Laatst aangepast door Devon Garnet op do okt 08, 2015 7:40 pm; in totaal 1 keer bewerkt |
| | | Storm Hall- Class 3
- Aantal berichten : 1904
Character Profile Alias: Lupos Age: 21 jaar Occupation:
| Onderwerp: Re: Storm in the Hall of Devon [Devon] do okt 08, 2015 7:34 pm | |
|
Ja, ze moesten het uittesten, wie de sterkste was. Storm zou zo kunnen zeggen dat hij de eerste week na volle maan op zijn zwakste zou zijn en de laatste voor volle maan op zijn sterkst. Het was allemaal zo afhankelijk van zijn lichaam, van het monster en de maanstand dat hij niet met zekerheid kon zeggen op voorhand of hij zou winnen van een beer als Devon. Hij had Devon als beer nog niet gezien maar hij kon zich er vaag iets bij voorstellen. Bedoel … het kon niet moeilijk zijn, je probeerde je een bestelbus voor te stellen in de vorm van een beer, simpel. Maar wat de kracht en snelheid was van zo’n kolossaal beest wist Storm niet. Hij had het ook nog nooit getest bij zichzelf, ja, de eerste maand brak hij alles af omdat hij te sterk was, omdat hij zijn kracht nog niet onder controle had. Maar hij had nooit echt geprobeerd om zijn kracht te testen. ‘Ik denk dat we daar een middagje voor moeten uitrekken.’ Hij draaide zich naar Devon en haalde zijn wenkbrauwen op. Het kon best leuk zijn, al hoopte hij niet dat hij zou transformeren naar een weerwolf … want dan … nouja, Devon wist wat dan.
Toen Devon zei dat hij al bijna aan nummer twee was pufte Storm verontwaardigd. ‘Je hebt wel een tijdje voorsprong ook hoor.’ Zei hij gelijk. Alsof het er zou toe doen, niet echt. Als Devon even snel was als Storm in het strikken van dames dan zou tijd niet uitmaken, enkel welke wie je aan de haak sloeg. Maar toch kon een beetje goede competitie niet kwaad. Storm duwde zijn bureaustoel naar zijn schoudertas en trok er een oude pennenzak en een kladblok uit. Hij rolde terug naar zijn bureau en trok het dopje van de alcoholstift ervan met zijn mond. Hij verdeelde het blad in twee kolommen en schreef zijn naam links en die van Devon rechts. Hij vond plakband, trok er wat stukken op en sprong recht. Hij kleefde het blad op de deur en bleef er tegen geleund staan terwijl hij over zijn schouder naar Devon keek en bij hem één streepje zetten. ‘Een beetje gezonde competitie kan vast geen kwaad.’ Greens hij. Er zou vast niemand naar vragen, en als ze ernaar gingen vragen konden ze beide gewoon iets verzinnen, zo simpel was het. ‘Wie is het eerst gevallen voor je charme? Want ik ga niet jouw dames afpakken, zo werkt het niet.’ Glimlachte hij zijn scheve glimlach. Dit voelde veel te goed aan, veel te goed om goed te zijn.
Hij nam Devon onderzoekend op terwijl hij zijn kamergenoot de kranten voorgeschotelde met zijn moorden. Oké, ze waren onbewust maar het was door hem uitgevoerd, niet rechtstreeks, maar toch. Hij had nachten niet geslapen om het idee wat hij had gedaan. Hij had naar de foto’s gestaard, nam de kranten mee als herinnering dat hij zichzelf nooit meer volop kon laten gaan. Niet als hij wist wat er tegenover stond. Voor een seconde had hij bijna kwaad geleken, in strijd met alles wat hem tegenhield in de wereld nu hij een weerwolf was. Alles was zo vermoeiend voor Storm dat hij echt momenten lang afvroeg waarom hij nog leefde. En toen zei Devon dat hij hem zou helpen. Storm keek hem lange tijd aan en liet zijn hoofd dan, met enige opluchting, zakken. Het was goed om te horen, het was misschien precies wat hij wilde horen. Er was niemand geweest in die zes maanden en hij had nood aan iemand die hem onder controle kon houden. Was het Devon? Dat wist hij niet, hij hoopte het. ‘Ik wil mijn leven terug, niet meer dan dat, maar ik weet dat ik het weerwolvendeel nooit onder controle zou krijgen, dat is de vloek.’ Hij zweeg en keek op naar zijn vriend. ‘Bedankt.’ En hij meende het, hij meende het voluit. Al zou hij de eerste nachten proberen zelf weg te geraken bij volle maan en hopen dat Devon hem niet achterna zou komen. Maar het was goed om te weten dat er een vriend was, iemand op wie hij kon rekenen. Hij haalde zijn hand door zijn haar en ging terug op zijn bureaustoel zitten terwijl hij toe keek hoe Devon de kranten in de vuilbak dropte, als een gebaar voor een nieuwe start. Storm glimlachte zwak maar gemeend, god, wat was hij blij dat hij Devon was tegengekomen in het bos.
Het bos leegroven klonk als plezier, de school leegroven bracht die charmante grijns op zijn lippen. Dat klonk als de beste tijd van zijn leven. ‘Dat klinkt als een plan waar ik me aan wil houden.’ Hij draaide een rondje op zijn bureaustoel en gooide zijn schoenen met een doffe klap weer op de bureau. In uitpakken had hij eigenlijk helemaal geen zin, dit was perfect voor de eerste dag, afgezonderd van de drukte, met iemand waarin hij zichzelf kon spiegelen. ‘Soort van, het hangt allemaal af van de maan en de weerwolf in me, ik heb slechte en goede dagen.’ Hij probeerde er nonchalant over te zijn maar het was moeilijk. Wat zou hij leerlingen zeggen als ze ernaar vroeger? Moest hij echt zo eerlijk zijn en gaan voor de hele ik-ben-weerwolf theorie? Hij wist het niet, hij zou het waarschijnlijk zijn beloop laten gaan. “Oke Hal, de ultieme test.” Storm keek fronsend op en haalde zijn voeten van zijn bureau van zodra dat Devon recht kwam. Hij trok zijn bureaustoel erbij en draaide Storm’s bureau een kwartslag, zo gemakkelijk was het voor hem op een halve verhuis te organiseren. Van zodra Devon ging zitten wist Storm al wat er ging komen. Hij sloofde zijn trui naar boven en zette zijn elleboog op de bureau. ‘Heel precies.’ Knikte hij op de woorden. Wie kende dit spel nu niet? Hij zette zijn hand in dat van Devon en keek uitdagend naar Devon. Hij draaide zijn andere pols en keek naar zijn hartslag, voor de zekerheid. ‘Twee weken voor volle maan nu, dit is wat ik heb. Klaar?’ Vroeg hij voor de zekerheid nog eens. Twee weken was op de helft, hij zou niet zwak maar ook niet sterk zijn, hij was vrij zeker dat meneer met de stalen spieren aan de andere kant hem zou verslaan. ‘Drie, twee, één.’ En hij duwde al zijn kracht tegen die van Devon …
|
| | | Devon Garnet- Class 2
- Aantal berichten : 831
Character Profile Alias: Ursus Age: 20 years Occupation:
| Onderwerp: Re: Storm in the Hall of Devon [Devon] di okt 20, 2015 8:45 pm | |
| Storm in the Hall of Devon Devon draaide lachend met zijn ogen. Het klopte wat Storm zei, hij had inderdaad een hele tijd voorsprong gehad op zijn kameraad en het was waarschijnlijk ook daarom dat hij nu al met 1-0 voor stond. ”Als we hier gelijk aan waren gekomen dan zou ik nog voor staan hoor.” zei hij met een speelse ondertoon en beet daarna op het puntje van zijn tong. Met aandachtige ogen en een zweem van nieuwsgierigheid keek hij naar Storm die met zijn bureaustoel naar de andere kant van de kamer racete en enkele spullen uit zijn tas viste. Hij zag hoe Storm een soort van lijst opstelde, en Devon kon even niets anders doen dan naar zijn eigen naam staren die Hal op de rechterzijde van het blad schreef. Kort begreep hij niet de bedoeling, totdat… ‘Een beetje gezonde competitie kan vast geen kwaad.’ Devons wenkbrauwen schoten lachend de lucht in. ”Dus je wil hier echt een wedstrijd van maken?” Hij leunde naar achteren en wierp zijn hoofd in zijn half, schokkend van het lachen. ”Oké, the game is on.” zei hij met een uitdagende grijns in zijn ogen en keek Storm recht aan terwijl hij het papier op de deur hing en in de rechterkolom alvast een streep trok. Het begin van velen. En toen kwam de ultieme vraag: Wie ging er schuil achter dat eerste streepje dat onder Devons naam stond? ”Neen, eens denken wie ik allemaal tegen gekomen ben… Er zijn Dahlia en Aly, maar de ene is een echte bitch en de andere heeft volgens mij een boyfriend.” Hij haalde met een spijtige frons op zijn gezicht zijn schouders op. ”Dan is er Dennimae, een enorm verlegen meisje maar oh zo goddelijk.” hij perste zijn lippen op elkaar en keek Storm met een veelbetekenende blik aan. ”Ohja, en Taylor natuurlijk.” zei hij met een trotse lach en wees naar het streepje op het papier dat tegen de deur hing. Hij wierp Storm een knipoog toe en krabde aan de achterkant van zijn hoofd. Hij had het toch maar mooi voor elkaar gespeeld. ”En Hal, sharing is caring.” Devon had een enorme lach op zijn gezicht en zijn ogen fonkelden, er lagen nog geweldige momenten in het verschiet, daar was hij 100% zeker van.
Devon voelde zich slecht voor Storm, bijna zo erg dat hij medelijden kreeg. Het was onvoorstelbaar voor hem om zichzelf in zijn plaats voor te stellen. Veranderen in een moordlustig monster, zonder dat je er zelf iets van beseft. Het leven kon prachtig zijn, maar op sommige mensen was het echt om te vervloeken. Hij merkte goed genoeg aan Storm hoe erg hij er mee zat, en hij wilde zijn vriend van dat gevoel afhelpen. Hem ‘genezen’, daar was hij niet toe in staat, maar hij kon hem wel steunen in hetgeen hij onderging. En dat deed hij ook, door als eerste stap de kranten in de prullenbak te smijten. Hoofdstuk afgesloten, Devon moest en zou ervoor zorgen dat zo een dingen zich niet meer herhaalden, zo koppig als hij was. ”Wie weet wat de tijd brengt Hal.” zei hij met een zelfzekere knik. ”Misschien is het allemaal zo erg omdat je nog niet lang een weerwolf bent.” Hij haalde vragend zijn schouder op omdat hij wist dat zijn theorie ook maar verzonnen was. ”Misschien met de tijd dat het allemaal wat controleerbaarder wordt?” Devon haalde een hand door zijn haar en zuchtte, beseffende dat het niet gemakkelijk zou worden. ”We’ve got this.” Hij knipoogde zijn vriend bemoedigend toe en luisterde naar zijn stem toen hij hem bedankte, iets wat hij zelfs niet nodig vond. Het was nu eenmaal wat vrienden voor elkaar deden, elkaar helpen zonder dat daar iets voor terug in de plaats gedaan moest worden. De glimlach op Storms gezicht was zwak, maar Devon zou hem gemakkelijk terug feller laten worden.
Het bed kraakte onder de bewegingen die hij maakte toen hij zichzelf wat comfortabeler legde. ”Stel je voor dat het bij mij hetzelfde was…” Devon staarde uit het raam en kreeg een kinderlijke grijns op zijn gezicht, in zijn ogen stond een enorme fonkeling. ”Een weerbeer.” zei hij toen lachend en spande een arm op, waarmee hij drukte op het feit dat hij dan onmeetbaar sterk zou zijn, deels ook om het diepgaande gesprek van net wat luchtiger te maken. Storm zou moeten leren dat zijn mutatie iets was waar hij zich niet over moest schamen. Het zou iets moeten worden waar hij trots op moest zijn, ongeacht de gevolgen die hij teweeg kon brengen. Devon had hier al zo veel mutanten gezien die problemen hadden met hun mutatie, en Storm was echt niet de ergste. Uiteindelijk was er voor alles een oplossing, ook voor zijn weerwolvengedeelte, en Devon zou hem in die zoektocht bijstaan. Het liefste wat hij wilde zien was een gelukkige Storm die niet om de haverklap naar de hartslagmeter om zijn pols staarde.
Devons impulsieve bui om de kamer om te bouwen in een heus ‘armworstel-paradijs’ prikkelde overduidelijk Storms nieuwsgierigheid, en daardoor kreeg Devon er enkel maar meer zin in. Uiteindelijk zaten ze beide met een uitdagende grijns op hun gezicht tegenover elkaar en voelde Devon hoe de adrenaline langzaam maar zeker samen met het bloed door zijn aderen stroomde. ‘Twee weken voor volle maan nu, dit is wat ik heb. Klaar?’ Devon greep de hand van Storm stevig vast en kneep er kort in, met zijn hoofd maakte hij terwijl een bevestigend knikje. ”En of ik klaar ben.” Devon liet zijn tong over zijn lippen gaan en zijn kinderlijke grijns maakte plaats voor een meer serieuzere, geconcentreerde blik. Als het om competitie ging nam Devon het altijd serieus, zeker als het op het vlak van ‘de sterkste’ of ‘de beste’ zijn ging. Zijn doordachte blik stond strak op hun handen gericht en hij zag hoe de adertjes op zijn handen groter werden doordat hij zijn armspieren begon op te spannen. ‘Drie, twee, één.’ Devon haalde nog diep adem vooraleer hij ook zijn hand naar voren duwde en onmiddellijk voelde hoe ook Hal zijn best deed om zo veel mogelijk kracht op hem uit te oefenen. ”Is dat alles wat je hebt?” zei Devon en kort verscheen er een grijnsje op zijn gezicht. Hun handen hadden amper bewogen, doordat ze ongeveer evenveel kracht op elkaar uitoefenden, maar Devon had nog veel meer in zijn mars, net zoveel als dat Storm zou hebben wanneer het volle maan werd. Doordat ze beide een ongekende kracht op elkaar uitoefenden begon het hout van de bureau lichtjes in te deuken waar hun ellebogen stonden, en Devon verloor kort zijn concentratie doordat zijn elleboog verschoof. Hij voelde hoe zijn hand opzij ging en hij klemde zijn kaken op elkaar. ”Ow shiiiiiit.” piepte hij met een trilling in zijn stem en snoof luid. Onmiddellijk zette hij wat kracht bij en bracht hij zijn hand terug naar de oorspronkelijke positie, de tafel negerende, zijn blik richtte hij op Storm in plaats van op hun handen. ”Je bent sterk wolfie..” zei hij toen met een grijns. ”..maar niet sterk genoeg.” Devon lachtte zacht en zette weer die uitdagende grijns op zijn gezicht. Ditkeer was het hij die Storms arm naar opzij duwde, steeds dichter en dichter naar het gehavende tafelblad toe. ”Boooooom.” riep Devon door de kamer toen hij uiteindelijk Storms hand op de tafel kreeg. Hij sprong op van zijn stoel, liep door de kamer, maakte een sprongetje en liet zijn enkels tegen elkaar klappen terwijl hij door de lucht zweefde. Lachend draaide hij zich opnieuw om naar Storm en klopte hem bemoedigend op zijn schouders. ”Eindelijk iemand waarmee ik me kan meten.” zei hij met een oprecht goedkeurend knikje. ”Volgens mij zullen we wel even sterk zijn rond de volle maan.” Hij sloeg zijn armen over elkaar en keek met een lichte flikkering van trots in zijn ogen naar Storm. ”Volgens mij heb je je titel als ‘kamergenoot’ nu wel dubbel en dik verdiend.” Hij liet kort zijn blik naar het bed van Storm glijden en moest breed glimlachen.
Oh cherie amour, pretty little one that I adore ♦ ♦ ♦ robb stark |
| | | Gesponsorde inhoud
| Onderwerp: Re: Storm in the Hall of Devon [Devon] | |
| |
| | | |
Soortgelijke onderwerpen | |
|
| Permissies van dit forum: | Je mag geen reacties plaatsen in dit subforum
| |
| |
| |
|