Veel mensen leren het beste van hun fouten. Een hoop leren ook prima van andermans fouten. Jeffrey Bishop paste in geen van beide categorieën. Als hij had opgelet toen zijn vriend met een bloedneus en een blauw oog in wording naar de eerste hulp ging, had hij wellicht wat beter nagedacht vandaag. Als hij zich had gerealiseerd dat, een week eerder, het tussenbeiden komen van een docent goed beschouwd de enige reden was dat zijn eigen neus nog naar behoren functioneerde zou hij vermoedelijk al helemaal voor een andere, verstandigere avondbesteding zijn gegaan.
Maar in plaats daarvan besloot hij, in het bijzijn van twee jongens en een jongedame op wie hij vermoedelijk pijnlijk graag indruk wilde maken, de jongen lastig te vallen die zelfs aan meditatie en een joint op zijn tijd niet genoeg had om kalm te blijven als hij zich vernederd voelde.
En dat was iets waarover iedereen het vermoedelijk eens kon zijn dat het geen goed idee was.
"Hey, Sinaga, mag ik je wat vragen?" vroeg de jongeman met zijn ietwat nasale stem.
Liever niet, maar Dominic was zich er ook wel van bewust dat dit een volledig retorische vraag was en om die reden keek hij op van zijn telefoon met een blik die weinig goeds voorspelde en leunde hij - ogenschijnlijk ontspannen en kalm - achterover in de leunstoel waar hij zat.
Hij antwoordde niet waardoor het even stil was. Jeffrey keek even met een grijns om naar zijn gevolg en Dominic was zich even intens bewust van hoe bevredigend het zou zijn om die grijns van zijn muil te slaan. Maar hij hield zich in. Zo'n licht overhemd waste zichzelf niet uit en het was laat; hij was moe. Als Jeffrey wist wat goed voor hem was hoefde dit niet te escaleren.
"Hoezo zit je hier steeds alleen?"
Van onder zijn donkere wenkbrauwen keek Dominic hem strak aan. Zijn blik ging even van Jeffrey's gevolg terug naar de jongen zelf. Het meisje dat erbij was leek slecht op haar gemak en Dominic's mondhoek bewoog even, hoewel hij ver van vrolijk was. Zij begreep het.
"Zodat er niemand is om me tegen te houden als ik besluit mensen als jou hun eigen tanden door te laten slikken," kwam het er verrassend neutraal uit, al verried de spanning in zijn lichaamshouding iets anders; een klein duwtje en hij kon los gaan.
Jeffrey grinnikte, maar wat minder zelfverzekerd dan eerst. Een dreigement je eigen gebit te verorberen deed dat soms met je.
"Niemand om je tegen te houden?" zei hij spottend, gebarend naar zijn vrienden, die echter niet zo happig leken in te grijpen.
"Ik denk niet dat ze zo dom zijn, als ik zo vrij mag zijn. Zij zijn niet degenen die het gemiddelde IQ in deze ruimte lieten dalen toen ze binnen kwamen."
"Noem je me dom?"
"Ik ben aangenaam verrast dat je kan lopen en praten tegelijkertijd."
Dominic's donkere ogen hielden die van de ander nog steeds strak vast. Verbaal geweld was eigenlijk het enige wat hem er bij dit soort mensen van weerhield fysiek te worden.
"Pas op je woorden, Minnie."
In een ogenwenk was Dominic opgestaan en Jeffrey, die een kop kleiner was, deed instinctief een stap achteruit. Dominic greep met beide handen zijn kraag beet en drukte hem ruggelings tegen de dichtstbijzijnde kast aan.
"Herhaal dat eens."
[Met Jay dus]