Onderwerp: Look how bright they shine for you {&Storm} vr apr 22, 2016 9:57 pm
Dennimae Elscot
TAG::Storm bae OUTFIT
Het was vrijdag avond, het einde van de schoolweek, begin van het weekend en de mei vakantie lag voor de deur. De hele dag had het zonnetje heerlijk geschenen en eerste bloemen begonnen al te bloeien. Dennimae had na de lessen heerlijk buiten rond gebracht. Een wandelingentje door het bos, waarbij ze terug dacht aan Valentijnsdag. De blondine was die dag met Devon geweest en had op zijn gigantische rug mogen rijden, terwijl hij in zijn berenvorm was. Vervolgens was Denni haar het strand gegaan, om weer terug naar de school te lopen. De bloementuin was ook nog even op haar pad gekomen voordat ze avond ging eten. Nu werd de warme douche uitgedraaid en begon de meid zichzelf af te drogen. Wat de meid in de avond ging doen wist ze eigenlijk nog niet zo goed. Misschien dat ze even bij Taylor en Karlie langs ging wandelen, of kijken of Katerzyna op haar kamer was. Devon en Storm zouden waarschijnlijk bezig zijn met.. Dingentjes. Bij de jongens kwam ze eigenlijk amper onaangekondigd binnen, je wist namelijk nooit wie ze mee hadden gebracht. En om eerlijk te zijn hoefde ze daar geen getuigen van te zijn om zo ontzettend veel redenen. Met enkel een bh en string aan huppelde de meid de badkamer uit naar de kledingkast. Het was nog steeds lekker op tempratuur van het heerlijke weer dat vandaag geweest was, waardoor een t-shirtje wel genoeg was. Na haar haren geföhnt te hebben, kleedde ze zich aan. Het zwarte mutsje was puur om haar wat harrige haren te verbergen aangezien ze niet echt veel zin had om wat aan haar uiterlijk te doen. Make-up vond ze dan ook overbodig, waardoor ze als een 'natural beauty' haar zwarte leren jackje van de kapstok trok en de kamer verliet. Terwijl haar -natuurlijk- witte nikes door de gangen liepen, vielen Denni's lichte ogen op één van de ramen. De meid stopte voor een seconde, om haar lichaam een slag te draaien en naar het raam te lopen. De hemel was prachtig helder. Het was een prachtige avond om de sterren te bekijken, waardoor ze dan ook besloot om naar het observatorium te gaan. Ze nam een kortere route via de jongensgang, waar haar lichtte kijkers het volgende pracht vonden. Storm liep in de gang en een grote glimlach vormde er rond Denni haar lippen. Zo zacht ze kon, wandelde ze op een wat sneller tempo richting de jongen toe. Ze hoopte dat hij haar niet al lang geroken had, want ze wist van zijn scherpere zintuigen. Ze had net haar haren gewassen met de shampoo die ze altijd gebruikte, en droeg ook altijd hetzelfde parfum. Zodra ze bij Storm gekomen was, sprong ze met een harde lach bij hem op de rug. Haar armen klemde ze om zijn nek, waarbij haar giechel door de gang galmde. "Good evening, Mister Hall." Sprak de blondine deftig, proberend zijn accent na te doen. Ze liet zich weer naar de grond zakken en nogmaals was een zachte grinnik te horen. "Heb je iets te doen?" Vroeg ze. Nu ze hem toch al tegen was gekomen -zonder chick, wat betekende dat de kust veilig was- kon ze net zo goed hem mee sleuren naar de sterren, right?
Onderwerp: Re: Look how bright they shine for you {&Storm} vr apr 22, 2016 11:09 pm
.Always live before you die.
Het was weer vrijdag … op vrijdag was iedereen blij. Het was het einde van de week en er lagen twee vrije dagen voor de boeg waarmee je kon doen wat je wilde. Iedereen was op vrijdag altijd een beetje vrolijker omdat iedere minuut eentje dichter was naar het weekend. Storm had sinds een dikke maand een hekel aan vrijdagen want voor hem was dat in zijn vrije uur gaan praten met een psycholoog. Het was een verplichting, net als de wekelijkse controle in de ziekenboeg, alles was wekelijks, niet langer meer dagelijks maar hij vond het nog steeds niet leuk. Het laatste wat hij graag deed was praten tegen onbekende over zichzelf, Lupos, alles eromheen. Om dan door te gaan naar de ziekenzaal voor een volledige check up, ze zouden onderhands al moeten weten dat heel zijn lichaam compleet wat hersteld van het ongeluk dat bijna vijf weken geleden had plaats gevonden. Maar ze vonden altijd iets nieuws, was het niet zijn hart dan was het zijn schouder die Kat zo gemakkelijk uit en weer in de kom had gekregen. Dus nee, de vrijdagmorgen was hel voor Storm. Gelukkig wachtte Devon hem altijd weer op en maakte hem vrolijk zodat vrijdagen minder erg begonnen te lijken.
Wat immers helemaal zijn vrijdag goed maakte was de post van die middag, een brief van het thuisfront met foto’s. Storm zat weer comfortabel en overdreven naar achter op zijn bureaustoel en staarde naar de foto’s, één voor één met een liefdevolle glimlach op zijn gezicht. Het leven was goed in Londen, dat maakte het voor hem net allemaal een beetje dragelijker. Hij was geruster en het maakte hem weer een beetje meer Storm Hall, alleen eentje met een weerwolf. Hij kneep zijn ogen samen toen hij merkte hoe donker het werd in zijn kamer. Devon was er niet, overduidelijk en hij wist ook niet waar zijn beste vriend was dus besloot hij maar zelf iets te verzinnen. Hij liet zijn voeten van het bureaublad glijden en kwam uit de stoel recht. Bij het raam bleef hij staan, staarde naar de heldere hemel, staarde naar de maan … zijn maan. Je kon het amper een maan noemen nu, het voelde zwak aan, de weerwolf voelde zwak aan. Hijzelf was een stukje zwakker daardoor. Hij trok zijn bril van zijn neus en wreef zijn vinger langs zijn neusbrug en staarde met een verzwakt zicht door het raam naar de stilte die het eiland op dit uur van de avond aanbood.
Hij trok geen jas of trui aan in het naar buiten gaan want daarvoor had hij een hoge lichaamstemperatuur, eens zien hoe handig dat zou zijn als het dertig graden buiten zou worden … Storm trok de deur achter zich toe en stak zijn sleutels samen met zijn hand weg in de zak van zijn donkergrijze jeans. Met zijn andere hand gleed zijn vinger over de social media van zijn gsm, alleen al daarmee kon je zien of er interessante dingen te doen waren op het eiland. En het nam hem zijn alertheid weg van zijn omgeving anders had hij Denni van ver kunnen horen komen, zeker omdat het meidenshampoo en parfum was in een jongensgang. Maar hij was niet oplettend, omdat zijn zintuigen en lichaam zwakker was en hij druk bezig was. Hij hoorde haar pas als ze met een luide lach op zijn rug sprong. En het koste hem amper twee seconden om op te maken dat het Denni was. Grinnikend en uit reflex greep hij haar benen vast om haar te ondersteunen. ‘Dat was verschrikkelijk slecht Denni.’ Zei hij met zijn versie van een keurig Brits accent. Zijn glimlach was allesoverheersend, hij liet haar los zodat ze van zijn rug kon glijden. Maar eens ze naast hem kwam te lopen sloeg hij zijn arm over haar schouder, trok haar wat dichter en drukte een kus tegen haar slapen. ‘Tweetygirl.’ Begroette hij haar geamuseerd. Na alles was hij een stuk voorzichtiger geworden met Denni, zowel met zijn daden als met zijn woorden. Hij wilde haar niet nog eens verliezen. Ze vroeg of hij iets te doen had, hij gaf haar een stralende glimlach en schudde langzaam zijn hoofd. ‘Niets. Wat doe jij trouwens in de jongensgang?’ Antwoordde hij meteen. ‘Jij want anders,’ hij greep haar hand en liet haar kort op haar hand onder zijn arm door draaien. ‘Ik kan best wat quality time gebruiken met de meest zorgzaamste, liefste, knapste jongedame van Genosha.’ Glimlachte hij charmant. Misschien was Denni precies wat hij nodig had, het onbezorgde, haar gezelschap, ze hadden elkaar al even niet meer gezien en praten was zoveel gemakkelijker met haar dan met eender wie …
Onderwerp: Re: Look how bright they shine for you {&Storm} za apr 23, 2016 1:15 am
Dennimae Elscot
TAG:: Storm Look how bright they shine for you
Een dag als vandaag was gewoon voor de blondine echt een dag om van te genieten. De lente en vooral de zomer brachten sowieso heel veel goeds met zich mee. De zon natuurlijk, wat weer voor een kleurtje zorgde. Niet dat Dennimae extreem bruin werd, maar je zag het wel altijd in haar gezicht. Evens als de weinige sproetjes die zich dan over haar gezicht verspreidde. En niet te vergeten dat de dagen weer langer werden. Langer licht, wat meer feestjes betekende. De zomervakantie kwam steeds meer in zicht wat alleen nog maar meer plezier met zich mee bracht. De aankomende vakantie zal Dennimae terug naar New Orleans gaan, naar haar broers. Iets waar de meid vollop naar uit kon kijken. Benieuwd hoeveel de kleinste gegroeid was en kon ze eindelijk de nieuwe vriendin van Djowie ontmoeten. Maar het was nog niet zover, ze moest nog een weekje knallen. Zo vrolijk als ze was had ze haar kamer verlaten. Dennimae voelde zich ontzettend goed vandaag en zat bomvol energie. Ze wilde haar vrolijkheid delen met één van haar vrienden en als geroepen kwam ze Storm tegen op de gangen. Met een enorme glimlach rond haar lippen was ze naar hem toe geglipt, om op zijn rug te springen. Tot haar verbazing was het nog gelukt ook en had hij haar niet opgemerkt. Haar luidde lach liet duidelijk horen dat zij het was terwijl haar armen zich om zijn nek sloegen. Storm ondersteunde haar benen en Denni probeerde zo goed mogelijk zijn accent na te spreken. Het ging nogal lastig, vooral met een grote glimlach op je lippen. ‘Dat was verschrikkelijk slecht Denni.’ Natuurlijk moest Storm even laten zien hoe het wel moest en de meid maakte een klein mopperend geluidje toen hij haar weer neerzette. "Als je me niet had verbeterd had niemand het geweten." Mompelde ze, al kwam de grote glimlach al snel weer terug. Storm sloeg zijn arm om haar heen, om een kusje op haar slapen te drukken. Voor een moment sloot Denni haar ogen, genoot ze van de lieve welkomst die ze kreeg. ‘Tweetygirl.’ Een klein grijnsje vormde haar lippen. Tweetygirl, zo had Storm haar genoemd vanwege haar instagram foto. Het bracht haar even terug naar het zwembad, waar ze elkaar ontmoet hadden. De meid had nooit verwacht dat in die, toch redelijk korte tijd, Storm zo veel voor haar was gaan betekenen. Dat ze nu al, aardig wat hadden mee gemaakt samen. En dan vooral Storm. Het was gek dat een persoon zo vertrouwd en veilig kon voelen, in zo'n korte tijd. Maar Dennimae vond het geweldig, geweldig dat ze iemand had als Storm. Hij was familie voor haar geworden, een lid die ze niet nogmaals kon en ging verliezen. ‘Niets. Wat doe jij trouwens in de jongensgang?’ Antwoordde Storm meteen op haar vraag of hij iets te doen had. Zachtjes grinnikte de meid, waarbij ze haar wenkbrauwen ophaalde. "Jou ontvoeren natuurlijk," Grijnsde ze waarna ze zachtjes met haar vinger in zijn wang prikte. ‘Jij want anders,’ Storm greep haar hand en liet haar kort op haar hand onder zijn arm door draaien. ‘Ik kan best wat quality time gebruiken met de meest zorgzaamste, liefste, knapste jongedame van Genosha.’ En daar waren de lieve woorden gevolgd door de charmante glimlach. Denni grinnikte zachtjes, duwde zachtjes tegen zijn schouder. "Stop, dadelijk maak je me nog verlegen." Voor een moment keken haar lichte ogen naar de bruine van Storm, waarna ze knikte. "Ja, ik ben het helemaal eens met die quality time," Glimlachtte ze. Na alles, konden ze dat zeker gebruiken. Ze hadden elkaar bij het kampvuur wel gezien en alles, maar dat was anders. Ze hadden gewoon tijd voor elkaar nodig zonder dat iemand anders in de buurt. Dat hadden ze ondertussen wel verdient. "Ik wilde naar de steren gaan kijken bij het observatorium, dus ik weet niet of je mee wilt? Of had je wat spannenders in gedachten?" Grinnikte ze, waarna ze de arm van Storm goed om haar schouders sloeg en haar hoofd tegen de zijkant van zijn lichaam legde, genietend van het vertrouwde gevoel die hij haar schonk.
Onderwerp: Re: Look how bright they shine for you {&Storm} za apr 23, 2016 1:12 pm
.Always live before you die.
Hij had Devon en Nadya gezegd dat hij het niet zou doen maar hij had het gedaan, hij nam onrechtstreeks uit veiligheid een beetje meer afstand van zijn vrienden. Het viel niet op, enkel als je er echt op zou gaan letten dan merkte je dat Storm niet overal meer aanwezig was. Dat hij en Denni naast het kampvuur niet meer met elkaar hadden gepraat, dat hij Nadya een beetje probeerde te ontwijken zodat ze elk hun gedachten konden ordenen. Dat hij onderwerpen vermeed, minder lessen volgde … het waren de kleine dingen, dingen die Denni zou opvallen. De enige persoon waar hij daadwerkelijk het meest was bij geweest was Kat en dat was omdat ze hem kon onderdrukken, omdat zij, van alle studenten, hem even kon doen vergeten. Maar het kampvuur had hem weer wat doen leven, in het algemeen, het was een geweldige avond geweest en hij had ervan genoten. Het was alsof hij terug de waarde vond bij zijn vrienden. En dat was genoeg om hem in een rechte lijn naar de zomer te trekken.
Het feit dat hij haar niet had horen komen was omdat hij compleet ontspannen was en dat was ook een goed ding. Zijn zintuigen had hij niet gebruikt op zijn omgeving, zijn alertheid was zwak en hij had zelfs zijn bril nog op zijn neus. Zijn gedachten bij de brief van Camille, zijn ogen op zijn gsm in de hoop iets te vinden om de avond door te komen. En dan was er Denni die met een meisjesachtig gegiechel op zijn rug sprong. Zijn snelle reflexen zorgden ervoor dat zijn gsm niet uit zijn handen viel en hij haar meteen wist te ondersteunen want stoppen deed hij niet, hij bleef gewoon wandelen. Zijn hart was een telletje sneller gaan slaan door het schrikken … en dat hij schrok was wel heel lang geleden. Maar het was lang niet zo erg, het was tenslotte Denni, zijn tweetygirl. Wat het compleet maakte was haar poging om zijn Brits na te bootsen in een begroeting. Hij moest luidop lachen en draaide zijn hoofd zodat hij haar kon aankijken. ‘Er is niemand die je gehoord heeft.’ Greens hij alvorens hij haar los liet. De gangen lagen er stil bij, alle studenten benutte hun vrijdagavond op elk hun eigen manier, zoveel was duidelijk. En Storm zou dat doen met één van de nauwste vriendinnen hier op het eiland, Dennimae.
‘Ontvoeren.’ Herhaalde hij fronsend. ‘Hoe zou je dat gedaan hebben moest ik hier niet in de gang hebben gelopen?’ Hij trok haar spontaan naar zich toe, duidelijk tevreden met haar gezelschap. ‘Het zou trouwens geen ontvoering zijn als ik gewillig mee kwam.’ Ging hij gelijk verder. Want hij zou nooit weigeren om tijd door te brengen met Denni, hij voelde zich nog steeds schuldig voor wat er was gebeurd. Ondanks dat ze het precies voor een deel was vergeten was Storm dat nog niet vergeten. Het was één van de vele dingen die hem altijd zou najagen, het beeld van Denni die de ziekenzaal was uitgelopen, gebroken door zijn kille harde zelf. Hij duwde de gedachten weg nog voor ze zichtbaar konden worden in zijn blik. Dat ze verlegen zou worden … hij keek haar aan en schonk haar zijn scheve glimlach. ‘De waarheid moet gezegd worden daarnaast, ben je dat onderhands niet gewoon van mij.’ Hij knipoogde waarna ze instemmende met de quality time die ze beide best wel konden gebruiken blijkbaar. Dat zorgde voor nog een beter humeur bij Storm dan dat de brief van Camille had gedaan. Toen ze voorstelde om naar de sterren te gaan kijken en zich ook weer compleet tegen hem aan nestelde kon Storm het niet laten de liefdevolle glimlach op zijn lippen te toveren. ‘Iets spannender.’ Herhaalde hij haar woorden. ‘Spannend is tegenwoordig niet meer mijn stijl.’ Gaf hij toe, hij had al genoeg spanning in zijn leven gehad. ‘Maar, laten we eerst naar die sterren gaan kijken, misschien kom ik nog op een idee.’ Zei hij terwijl zijn wenkbrauwen kort op en neer wipten. En het was behoorlijk de prachtige avond om naar de sterren te gaan kijken, al week Storm zijn blik altijd weer af naar de maan. Eens ze buiten waren namen zijn zintuigen het compleet over, hij keek naar boven, naar de sterren. ‘Waarom de sterren? Ben je van plan er eentje te kopen en te verhuizen?’ Vroeg hij geamuseerd. Hij zou het haar niet kwalijk nemen als ze wilde verdwijnen van deze planeet, hij zou het zelf ook maar al te graag doen. ‘Ik zou je wel missen.’ Merkte hij op, hield haar nog wat steviger vast alsof hij echt schrik had dat ze ervandoor zou gaan …
Onderwerp: Re: Look how bright they shine for you {&Storm} ma mei 09, 2016 7:23 pm
Dennimae Elscot
TAG:: Storm Look how bright they shine for you
Het was heel fijn om Storm hier in de gang aan te treffen. Stiekem had de blondine al gehoopt dat ze iemand tijdens haar weg naar de sterren tegen zou komen en dat het Storm was maakte dat helemaal perfect. De twee hadden elkaar weinig tot amper gesproken, alleen bij het kampvuur. Daarna had ze weinig van hem gezien. Dennimae had gedacht dat het kwam vanwege wat er gebeurd was in de ziekenzaal, maar dat hadden ze bijgelegd. Natuurlijk nam dat niet meteen het gevoel weg, maar het was een begin geweest. En bij het kampvuur was het meer dan goed gegaan. Ze had haar maatje weer in Storm gevonden en had zijn afwezigheid dan ook niet helemaal begrepen. Maar Denni had hem die tijd gegund, hij had het schijnbaar nodig. En dat ze hem hier nu tegen kwam was zeker fijn. Haar poging om hem te verrassen was verbazingwekkend gelukt, aangezien Denni het niet verwacht had. Meestal had Storm haar al van verre opgemerkt, maar het was haar gelukt hem te verrassen. het gegiechel dat uit haar mond kwam moest zeker erg herkenbaar zijn, de blondine giechelde en grinnikte bijna altijd in zijn aanwezigheid. Het was Storms fijne persoonlijkheid die haar eigenlijk altijd wel vrolijk maakte. Storm moest luidop lachen om haar poging zijn accent na te boosten en het had Denni zelf ook even laten lachen. ‘Er is niemand die je gehoord heeft.’ Greens hij voordat hij haar los liet. Kort liet Denni haar lichte ogen door de gang glijden, die er inderdaad erg verlaten uitzag. ‘Ontvoeren.’ Herhaalde hij fronsend. ‘Hoe zou je dat gedaan hebben moest ik hier niet in de gang hebben gelopen?’ Storm trok haar naar zich toe en Denni liet het gewillig toe. Ze sloeg haar arm om zijn middel -zijn nek was te hoog voor haar- en grinnikte zachtjes. "Hm," Bedenkelijk fronsde ze haar wenkbrauwen. "Waarschijnlijk zou ik jullie kamer instormen, met een soort van bivak muts over mijn gezicht zodat ik onherkenbaar ben. Al zou mijn aanvalskreet het misschien verraden." Grijnsde ze. "En dan, ja. Zou ik je gewoon meesleuren." Nonchalant gooide ze een lok haren over haar schouder heen alsof het een eitje was. ‘Het zou trouwens geen ontvoering zijn als ik gewillig mee kwam.’ De meid knikte, waarbij er een lieve glimlach rond haar lippen onstond. "Maar met mijn bivakmuts ben ik onherkenbaar." Zei ze nogmaals, alvorens ze zacht in zijn zij prikte. Het voelde echt goed om zo naast Storm te lopen, wetend dat er iemand is die om je geeft. Het was natuurlijk geen geheim dat de jongen erg belangrijk was voor Dennimae. Maar om te weten dat jij ook belangrijk bent voor die gene, dat gevoel van veiligheid, dat is onbeschrijfbaar. "Kan ik anders vanavond bij jou slapen?" Vroeg Dennimae, waarbij ze kort haar hoofd omhoog haalde om hen aan te kunnen kijken en zijn scheve glimlach te ontmoeten. "Ik heb niet echt zin om vanavond weer alleen te zijn. Alleen slapen is toch.. Anders." Verklaarde ze haar vraag. Eveline was bijna nooit op hun kamer te vinden en Denni sliep bijna altijd alleen. Storm is iemand die ze vertrouwd, waar ze lekker tegen aan kan kruipen zonder verwachtingen. En dat was het geen wat ze zo fijn vond aan zijn gezeldschap. Denni hoefde niet bang te zijn dat Storm iets van haar zou moeten. Hij was gewoon haar knuffelmaatje. ‘De waarheid moet gezegd worden daarnaast, ben je dat onderhands niet gewoon van mij.’ Weer verscheen die lieve glimlach rond haar lippen. Ze mochten wel weer eens wat tijd met z'n tweeën doorbrengen. ‘Iets spannender.’ Herhaalde hij haar woorden. ‘Spannend is tegenwoordig niet meer mijn stijl.’ En dat begreep de blondine wel. ‘Maar, laten we eerst naar die sterren gaan kijken, misschien kom ik nog op een idee.’ Denni grinnikte terwijl ze Storm met haar arm rond zijn middel meetrok de hoek om. De gang van de jongens was lang, maar het was wel een snellere weg naar buiten. De avond was buiten nog prachtiger dan vanuit het raam. Denni's lichte ogen gleden naar de hemel, waar de sterren helder schenen. ‘Waarom de sterren? Ben je van plan er eentje te kopen en te verhuizen?’ Kort moest de blondine grinniken. "Als het had gekunt," Een zacht zuchtje verliet haar lippen voordat ze hem weer aankeek. ‘Ik zou je wel missen.’ Storm hield haar steviger vast en ook Dennimae drukte zichzelf wat dichter tegen hem aan en liet haar gezicht voor een moment tegen zijn arm verdwijnen. "Dan neem ik je toch gewoon mee? Er is vast ruimte genoeg op mijn ster." Glimlachtte ze. De weg naar het observatorium was gelukkig niet erg ver. Het lag bij de duinen, alleen dan net een stukje hoger. Denni liet Storm los om gemakkelijker omhoog te komen. "Wie heeft ooit bedacht om dat ding zo hoog te plaatsen." Mompelde ze tegen zichzelf, het ging haar duidelijk niet erg gemakkelijk af. Zachtjes grinnikte ze toen ze achter zich keek naar Storm. "Kom je nog? Of zijn behalve je zintuigen ook je spieren uitgevallen." Grapte ze, doelend op het feit dat hij haar in de gang niet had horen aankomen.
Onderwerp: Re: Look how bright they shine for you {&Storm} ma mei 09, 2016 8:55 pm
.Always live before you die.
Ze wilde hem ontvoeren … dat wou hij haar graag nog eens zien proberen. Ondanks dat ze hem daarnet had laten kunnen verrassen was het normaal een stuk moeilijker om Storm te laten schrikken. Tegenwoordig zonden zijn zintuigen zo overprikkeld dat hij het niet meer wist hoe het was om gewoon te ontspannen. De dagen na zijn ontslag uit de ziekenzaal was hij werkelijk voor alles bang geweest, ondanks dat hij troost op zijn eigen manier had gevonden … De weerwolf in hem vond geen rust. Maar Katerzyna had het voor elkaar gekregen, ze had hem in één menselijke stuk gehouden vorige week en dat deed alle spanning voor even van zich af glijden. Dat was dan ook meteen het moment dat je hem aan het schrikken kon krijgen iets wat Denni onrechtstreeks niet wist maar duidelijk was geluk. Toen Denni begon uit te leggen hoe haar ontvoering plan eruit zou zien kon Storm het niet laten om haar met die brede glimlach van hem aan te kijken. ‘Niet enkel je aanvalskreet.’ Verbeterde hij haar gelijk. Storm, net als Devon, kende de personen rondom zich, hij zou meteen zien aan haar kleding, de lengte, de vormen van haar lichaam dat het Denni was. Zijn blik gleed bij die woorden kort eens over haar lichaam, om zijn standpunt te versterken. ‘Onmogelijk dat je mij kan meesleuren, misschien moet je maar eens back up meebrengen, de volgende keer.’ Knipoogde hij. Als ze het nog eens wilde proberen dan zou hij erop voorbereidt zijn, maar je kon Storm niet zijn kamer uit sleuren. ‘Ik ben ervan overtuigd dat als ik slap op de grond blijf liggen dat je me voor geen centimeter vooruit zou krijgen.’ Zei hij op een ferme vals hoogachtende toon. Het idee alleen was wel al aardig lachwekkend.
“Maar met mijn bivakmuts ben ik onherkenbaar.” Knikte ze. ‘Dat denk jij, er is meer dan alleen je knappe gezicht waaraan ik je herken Denni.’ Glimlachte hij gelijk. Het was haar lichaam, haar geur, de vorm van haar stem, haar ademhaling, zelf haar hartslag zou het kunnen verraden. Het waren alle voordelen van een weerwolf die hij dan kon gebruiken, het zou haar niet lukken. Hij boog zijn lichaam mee toen ze in zijn zij prikte. ‘Dan nog, ik ben zeker dat je me niet kunt ontvoeren.’ Besloot hij dit hele ontvoeringsplan van haar als “failed” aan te duiden in zijn hoofd. Bij haar vraag of ze bij hem mocht slapen fronste hij meteen bedenkelijk zijn wenkbrauwen. Voor een kort moment was daar bezorgdheid maar haar uitleg erachter maakte het allemaal logisch. Ze wilde niet alleen zijn. Hij liet zijn adem ontsnappen. ‘Ik dacht al dat er iets was. Nee toch?’ Verklaarde hij meteen de korte bezorgdheid. Maar daar verscheen terug zijn scheve glimlach. ‘Natuurlijk.’ Stemde hij dan gelijk in, met één van die zeldzaam zorgzame en lieve blik van hem. ‘Dat weet je.’ Hij drukte een kus tegen haar haren en bedacht zich plots Devon. ‘Alhoewel, ik wil mijn kamergenoot niet jaloers maken,’ hij keek met een licht speelse blik opzij naar Denni. ‘Maar ik weet niet of hij nog tevoorschijn komt vanavond.’ Ging hij dan meer voor zichzelf verder. Normaal kon hij Devon’s geur gemakkelijk oppikken maar zo vlak achter volle maan was het een stuk moeilijker. ‘ik hoop alleen dat je een beetje onrustige wolf kan verdragen zo midden in de nacht.’ Nu was het zijn beurt om haar in haar zij te prikken, hij meende het niet. Hij schudde zachtjes zijn hoofd, haar aanwezigheid zou het waarschijnlijk sowieso afzwakken, net als ze hem altijd een beetje deed ontspannen door haar bijzijn.
De buitenlucht maakte hem meteen weer een beetje alerter. In no time hadden zijn zintuigen zich in het best mogelijke aangescherpt en nam hij alles op vanuit zijn omgeving. Wonen op een ster, het was aanlokkend voor hem, het was ver weg van al het mogelijke gevaar. Hij keek naar de hemel naar de sterren en keek opzij bij haar opmerking. ‘Je eigen ster, de Dennister, klinkt zelf nog goed ook.’ Opperde hij meteen met een grijns van oor tot oor. Dat hij mee mocht dat voelde aan als een grote eer. ‘Ik voel me vereerd.’ Hij keek automatisch terug naar boven. ‘Maar zou het niet echt eenzaam worden, zelf als we daar samen zaten?’ Alsof het een reële kans was dat ze beide morgen naar een ster zouden verhuizen. ‘Ik zou me dood vervelen, te zwijgen over,’ hij zweeg, wilde eigenlijk Lupos zeggen maar hij zweeg gewoon. Praten over Lupos in haar bijzijn was nog steeds moeilijker dan erover praten met Devon, Nadya of Kat, hij beschouwde Denni als zoveel fragieler, wilde haar niet ten last zijn met zijn problemen. Ze liet hem los om omhoog te klauteren de duinen op naar het observatorium. Haar opmerking staafde de frustratie in haar lichaam om naar boven te geraken. ‘Hoor jou klagen. Het staat al meteen twee meter dichter bij de sterren nu.’ Wees hij richting de hemel. Hij sloeg zijn armen voor zijn borst en keek toe hoe ze begon te klauteren, hij kon het niet laten er zachtjes om te grinniken. Tot ze hem een opmerking toegooide waarbij hij met zijn ogen rolde. ‘Ha ha.’ Zei hij quasi beledigd. Hij begon zelf ook de klauteren, wat een stuk vlotter ging en hem ook het eerst boven bracht. Hij kon Denni het laatste eindje helpen door zijn hand aan te reiken. ‘Nu weet ik niet of ik je moet helpen of je gewoon moet laten lijden in je eigen gevecht.’ Merkte hij nuchter op, met een zweem van een glimlach op zijn lippen voor hij haar zijn hand aanreikte. Helpen … het zou altijd helpen zijn …
Onderwerp: Re: Look how bright they shine for you {&Storm} di mei 17, 2016 11:31 pm
Dennimae Elscot
TAG:: StormieWormie LOOK HOW BRIGHT THEY SHINE FOR YOU
Natuurlijk wilde ze hem ontvoeren. Wie wilde Storm nou niet ontvoeren? Menig dame had momenteel graag in haar schoenen gestaan, daar hoefde ze geen eens een woord aan vuil te maken. Denni's ontvoeringsplan liet een brede glimlach rond Storm zijn lippen verschijnen. Ze zag het al helemaal voor zich.. Een bivakmust over haar hoofd getrokken, waarbij alleen haar ogen zichtbaar waren. Haar blonde haren wild onder de muts gedrukt, misschien wat eigenwijze plukjes die er uit zouden steken. Zwarte kleren, natuurlijk. Ze moest wel onopvallend blijven in het donker. En misschien zou Dennimae zelfs haar leger jackje over haar zwarte outfit trekken, voor de échte camouflage. Onder haar bivakmuts, -het zou toch ooit af moeten- met zwarte lippenstift oorlogsstrepen maken. Ja, ze zag zichzelf al helemaal in het donker hun kamer binnen sneaken. En natuurlijk kon haar geweldige aanvalskreet niet ontbreken zodra ze hem uit bed probeerde te trekken. ‘Niet enkel je aanvalskreet.’ Verbeterde Storm haar gelijk. Denni giegelde zachtjes. "True, ik zou denk ik sowieso al twee opgefokte gasten naast me hebben staan voordat ik uberhaupth mijn aanvalskreet kan laten horen," Ook rond haar lippen bevond zich een grote glimlach, Denni dacht altijd in plaatjes en het senario speelde zich gewoon bijna voor haar neus af. "Maar misschien douche ik me wel gewoon niet en gebruik ik geen parfum. In het donker zou je mijn geur niet herkennen en zou je me niet kunnen zien." Alsof ze iets super slims had gezegd, trok ze haar wenkbrauwen uitdagend op en knikte ze zelfverzekerd. Onzin, natuurlijk. Iedereen droeg een eigen geur met zich mee en ook die was ondertussen meer dan bekend bij de jongens. ‘Onmogelijk dat je mij kan meesleuren, misschien moet je maar eens back up meebrengen, de volgende keer.’ Knipoogde Storm nadat hij haar eens bekeken had. Bedenkelijk staarde de blondine voor zich uit, sloot ze haar vingers om haar kin. "Hm, misschien. Misschien niet." Sprak ze denkend, voordat er weer een brede glimlach rond haar lippen onstond bij het horen van zijn woorden. ‘Ik ben ervan overtuigd dat als ik slap op de grond blijf liggen dat je me voor geen centimeter vooruit zou krijgen.’ De ferme, valse hoogachtende toon maakte zijn zin compleet en kon Denni niet van een lach weerhouden. "Hah, je weet niet hoeveel kracht er in dit kleine lichaam verschuild." Bij haar woorden trok ze haar arm op om haar spierballen te laten zien. Ofja, spierballen.. ‘Dat denk jij, er is meer dan alleen je knappe gezicht waaraan ik je herken Denni.’ Glimlachte Storm gelijk op haar bivakmuts theorie. Hij had gelijk en dat wist ze ook wel, maar hoe leuk zou het zijn als het haar zou lukken? Dit was iets dat ze op haar to do-list ging schrijven, 'Storm ontvoeren met bivakmuts'. Dennimae prikte in zijn zij, en zag hoe Storms lichaam mee bewoog. ‘Dan nog, ik ben zeker dat je me niet kunt ontvoeren.’ En hiermee sloot hij het gehele plan af. "Als ik jou was zou ik voortaan met één oog open slapen," Zei ze mystherieus, waarbij ze hem uitdagend aankeek. Toen ze vroeg of ze mocht blijven slapen, merkte ze meteen hoe Storm veranderde. Hij gronsde zijn wenkbrauwen en ergens dacht ze bezorgdheid in zijn ogen te kunnen vinden. Dennimae legde uit vanwaar ze het vroeg, en opgelucht liet de jongen zijn adem ontsnappen. Denni glimlachte lichtjes, Storm aankijkend. ‘Ik dacht al dat er iets was. Nee toch?’ Verklaarde hij meteen de korte bezorgdheid. Langzaam schudde de blondine haar hoofd waardoor haar haren kort heen en weer danste. De bekende, scheve glimlach van Storm kwam terug terwijl hij instemde. De zorgzame blik liet Dennimae bijna smelten en met een brede glimlach liet ze zichzelf tegen zijn lichaam leunen. ‘Dat weet je.’ Bij de kus op haar haren sloot ze voor een moment haar ogen, totdat Storms stem ze weer liet openen. ‘Alhoewel, ik wil mijn kamergenoot niet jaloers maken,’ Met een brede grijns keek ze omhoog, om Storms speelse blik te ontvangen. "Ach, dat zal wel los lopen. En anders komt hij er toch gezellig bij liggen?" Bij het laatste grinnikte ze even en zag ze een voorstelling van Devon, Storm en zij in één bed. Nah, misschien toch niet zo'n strak idee. ‘Maar ik weet niet of hij nog tevoorschijn komt vanavond.’ Well, ze zagen wel. Deze avond draaide nu toch om hun en eerlijk zou ze Devon niet eens missen. Ze had meer dan genoeg aan Storm alleen. ‘ik hoop alleen dat je een beetje onrustige wolf kan verdragen zo midden in de nacht.’ Sprak Storm, waarbij hij op zijn beurt in haar zij prikkte. Een korte giegel verliet Denni's mond bij het voelen van de vinger waarbij haar zij zich kort opkrulde. "Scheelt dat ik ook redelijk onrustig slaap," En dit meende ze wel, Denni kon aardig draaien en woelen 's nachts. De hemel was prachtig en Storms bijzijn maakte dat alles alleen maar mooier. Het wonen op een ster zou natuurlijk geweldig zijn, als het had gekunt. Of misschien alleen op de momenten dat je even van de realiteit wilde vluchten. Als het in het bereik van haar mutatie was geweest, had ze het hem laten zien. Had ze hun er nu samen naartoe gebracht. Maar helaas kon ze er geen voorstelling van maken. Iniedergeval niet genoeg om hem daar naartoe te kunnen brengen. ‘Je eigen ster, de Dennister, klinkt zelf nog goed ook.’ Dennister.. Het had inderdaad wel iets. De meid grinnikte zachtjes en knikte. En natuurlijk zou Dennimae Storm mee nemen naar haar Dennister. Hij was er meer dan welkom. Ze zou hem met alle liefde mee nemen. ‘Ik voel me vereerd.’ De blondine volgde zijn blik naar de hemel, om af en toe even naar voren te kijken om te zien waar ze liepen. ‘Maar zou het niet echt eenzaam worden, zelf als we daar samen zaten?’ Voor een moment fronsde Denni haar wenkbrauwen. Hm, daar had hij wel een punt. "Maar de rest kan toch een ster kopen direct naast de onze?" Opperde ze. Ja, het leek haar nog een goed plan ook. ‘Ik zou me dood vervelen, te zwijgen over,’ Storm zweeg en kort liet de meid haar lichte ogen naar zijn gezicht gaan. Ze wist wat hij wilde zeggen en dat hij er niet over wilde praten. Niet met haar, iniedergeval. En dat was prima, ze accepteerde het. "Als ik het kon, had ik je nu mee genomen naar onze ster. Maar helaas kan ik me er niet echt een voorstelling van maken om je er ook daadwerkelijk heen te brengen," Klonk ze een beetje sipjes, teleurgesteld dat haar mutatie niet breder was. De meid had sowieso nooit echt het totale nut van haar gave ingezien, hoewel er docenten genoeg waren die er de potentie van inzagen. Denni zelf niet echt. Het was handig, zoals met Devon in de ziekenzaal. Maar op dit soort momenten schoot het dan net weer iets te kort. Dennimae liet Storm los om naar het observatorium te kunnen klimmen. De meid is nooit een ster geweest in klimmen, uberhaupth niet in het omhoog komen van iets. Lopen in de duinen was al een hele opgave voor haar, laat staan dit. Haar korte beentjes gaven niet echt mee. ‘Hoor jou klagen. Het staat al meteen twee meter dichter bij de sterren nu.’ Wees Storm naar de hemel, waarna hij zijn armen over elkaar sloeg en toekeek hoe ze omhoog probeerde te komen. Denni voelde gewoon zijn scheve grijns op haar rug branden, een grijns die ze op dit moment graag van zijn gezicht zou vegen. "Zie meneer daar staan dan, genietend van het uitzicht?" Sprak ze naar beneden. Ze had zijn grinnikje wel gehoord, de smicht. ‘Ha ha.’ Sprak Storm quasi beledigd, doelend op haar vorige opmerking. Nu was het Denni's beurt om te grinniken. Storm kwam naar boven, wat hem natuurlijk een stuk gemakkelijker afging dan de blondine. ‘Nu weet ik niet of ik je moet helpen of je gewoon moet laten lijden in je eigen gevecht.’ En ook die glimlach had ze graag van zijn gezicht geveegd, op een goeie manier natuurlijk. Zelf moest de meid ook breed glimlachen en pakte ze zijn hand aan. "Ik dacht dat je me helemaal alleen zou laten zwoegen," Waarbij ze een pruillipje trok. Haar lichte kijkers vielen op het mega grote, ronde ding. "Heb jij enig idee hoe dit werkt?" Vroeg ze Storm, terwijl ze richting het gebouw ding liep. "Of hoe zelfs binnen moeten komen?"
Onderwerp: Re: Look how bright they shine for you {&Storm} do mei 19, 2016 7:41 pm
.Always live before you die.
Ze mocht zo hard haar best doen. Als ze dat wilde kon ze zich een week niet douchen en hem dan komen kidnappen, zelf op dat moment zou hij haar horen komen, haar ruiken nog voor ze door de deur naar binnen kon stormen. Binnen zijn maakte Lupos net altijd een tikkeltje alerter terwijl buiten zijn hem dan meteen een stuk vrijer maakte. Maar hoe je het ook keerde, Lupos was er in zekere zin altijd, buiten de week na een volle maan. Dus als Denni slim genoeg was dan moest ze hem maar komen kidnappen in de week na volle maan, dan was hij amper gevaarlijk te noemen, zou zelf een olifant hem kunnen besluipen. Dan zou hij haar niet horen komen, niet voelen komen en ook niet ruiken … moeilijker in ieder geval. ‘Ga een maand niet in de douche van mij part, ik ga je herkennen. Al verkies ik wel die frisse geur boven het andere.’ Gaf hij met een schalkse glimlach toe. Misschien moest hij maar eens beginnen met een camera op zijn bureau te zetten die richting de deur gericht was. Dan kon hij haar geweldige aanvalskreet en “kidnap” poging filmen het online gooien. Hij was zeker dat hij niet de enige zou zijn die het lachwekkend zou vinden.
Toen ze haar lichaam verdedigde door te zeggen dat ze wel wat spieren had gleden zijn ogen schaamteloos naar beneden. ‘Wil je dat ik je op je woord geloof of wil je het bewijzen?’ Daagde hij haar uit. Hij had zelf ook nog niet zijn volle kracht terug maar het zou hem gemakkelijk lukken. Haar lichaam was kleiner, brozer dan het zijne, wat logisch was. ‘Ik ben bereidt om veel te doen om mijn gelijk te krijgen.’ Vervolgde hij op een onheilspellend toontje. Het beetje spanning kon er nu wel zijn, hij was ongevaarlijk, dus hij zou veel doen, als Denni het maar voorstelde. Ze waarschuwde hem ervoor dat hij misschien beter met één oog kon open slapen. ‘Ik slaap altijd met één oog open,’ hij zweeg en boog wat dichter naar haar toe. ‘Je weet immers nooit wat je kamer binnen sluipt.’ Griezelde hij terwijl hij haar kort in haar zij kietelde een gelijk een beetje ruimte tussen hen inbracht omdat hij misschien wel een aanval kon terug krijgen. ‘En vergeet niet, ik heb een waakbeer in mijn kamer en de hele boel heeft valkuilen dus.’ Hij wiebelde uitdagend zijn wenkbrauwen. ‘Durf je het nog steeds aan.’ Greens hij charmant. De valkuilen waren niet waar maar de waakbeer wel … niet dat Devon zou wakker worden, hij was een beter waakhond, letterlijk dan, dan zijn kamergenoot. Het idee dat Denni zou blijven maakte het voor hem volledig, het was veel te lang geleden dat hij nog eens echt gezelschap had gehad. Dat hij nog eens deftig had kunnen slapen, wat hij sowieso zou doen met Denni in de buurt. Het ongeluk, zijn volle maan, er waren voor hij het wist vijf weken verstreken waarin hij in de constante druk en stress zat, gebroken en doodop. Dat was hij nog steeds, het was alleen niet zichtbaar. Denni nam door die vraag een deel van zijn lasten over, ze besefte het niet maar hij ontspande onder haar gezelschap, zeker als ze dan nog eens de hele nacht zou blijven. ‘Zo vrijgevig ben ik nou ook niet Denni.’ Merkte hij meteen op toen ze zei dat Devon er ook gewoon bij kon liggen. Stel je voor! Devon zou er waarschijnlijk toch niet zijn, zoals het vaker was. Storm had een vaag bericht gehad van hem over een meisje en daarmee was al genoeg gezegd. Maar blijkbaar was hij niet de enige onrustige slaper. ‘Ideaal, dan houden we elkaar wakker en zijn we de dag erna beide zombie genoeg om elkaar erdoorheen te krijgen.’ Merkte hij optimistisch op. Lang leven Storm en zijn mooie vooruitzichten.
Storm staarde naar boven, net lang genoeg om kramp te krijgen in zijn nek. Hij moest immers lachen bij haar voorstel om de anderen een ster te laten kopen naast die van hen. ‘Ja, want op de onze gaat geen plaats meer zijn met al onze wilde plannen.’ Grinnikte hij geamuseerd. Levi kon soms ook uren lang door het raam naar buiten kijken, zocht hij naar de verschillende symbolen terwijl Storm achter hem zat te studeren. Toen ze begon te praten keek hij gelijk weer opzij naar hem. Ze klonk teleurgesteld, omdat haar mutatie zo sterk niet was als ze wilde. ‘Ik hoef nergens heen gebracht worden als ik een perfecte ster hier naast me heb.’ Beurde hij haar met zijn allesoverheersende charme op, hopend dat het effect zou hebben. Lang tijd hadden ze niet want Denni begon aan haar klim naar boven. Het was niet echt heen stijl maar komisch om haar bezig te zien en nog veel meer natuurlijk. Toen ze zich draaide probeerde hij de glimlach op zijn lippen te onderdrukken. ‘Natuurlijk.’ Zei hij eerlijk, hij zou het nooit ontkennen en ze mocht dat weten. Hij zette zijn lichaam een stuk gemakkelijker in beweging en kwam eerder boven dan haar. Hij presenteerde haar zijn hand om haar de laatste meter omhoog te helpen. ‘Ik ben een Brit, de meest beleefde Brit die jij ooit zal ontmoeten, wij laten wanhopige dames nooit in hun eentje zwoegen.’ Glimlachte hij zijn charmante glimlach. Hij trok haar recht en dan draaide ze zich beide naar het gebouw. Bij haar vraag keek hij haar zijdelings aan. ‘Jij wilde sterren kijken.’ Merkte hij half lachend op, haar tweede vraag was net iet simpelere te beantwoorden. ‘Via de deur.’ Hij wandelde naar de deur en trok eraan, maar er gebeurde niets. Deden ze dit nou op slot? ‘Jij hebt toevallig geen sleutel?’ Vroeg hij met een korte blik opzij naar Denni, nee, tuurlijk zou ze die niet hebben. Hij baalde zijn hand tot een vuist waardoor er een knokkel kraakte, waarna hij de klink vast greep. ‘Dan maar op de harde manier.’ Hij zette al zijn energie in zijn mutatie, net genoeg om Lupos een beetje wakkerder te krijgen en extra kracht te krijgen, de deur vloog van het slot, gelukkig bleef het in zijn scharnieren. Hij draaide zich met een triomfantelijke glimlach naar Denni. ‘Dames gaan voor.’ Boog hij beleefd terwijl hij haar naar binnen wees. Een deur kon een weerwolf niet tegenhouden, al zeker niet deze weerwolf … OOC: Tag, StormieWormie, zie dat nu pas x’D
Onderwerp: Re: Look how bright they shine for you {&Storm} di mei 31, 2016 10:33 pm
Dennimae Elscot
TAG:: StormieWormie LOOK HOW BRIGHT THEY SHINE FOR YOU
Misschien was haar plan om Storm te ontvoeren toch niet zo'n succes. Maar het stond zeker op haar lijstje en de blonde meid zou het hoe dan ook uitvoeren. Op een moment dat hij het niet zou verwachten, over een paar weken misschien. Ze zou er toch een tijdje uitgaan vanwege haar week bij haar broers. Dennimae zou de squad heel graag aan haar broers voorstellen. Djayden zou helemaal wegsmelten voor Katerzyna en Djowie zou het ongetwijfeld super kunnen vinden met Storm. Beide dezelfde humor en hun kijk op vriendschappen. Dat vertrouwde en veilige gevoel herkende ze bij beide jongens, misschien dat dat ook wel meespeelde waarom Storm zo veel voor Denni betekende. Hij deed haar zo veel denken aan haar oudste broer. . ‘Ga een maand niet in de douche van mij part, ik ga je herkennen. Al verkies ik wel die frisse geur boven het andere.’ Gaf Storm met een schalkse glimlach toe en Dennimae moest zacht giechelen. "Ik zal aan mijn mede mutanten denken en gewoon douche." Verzekerde ze hem met een glimlach. Haar poging hem te doen geloven hoe sterk ze was, mislukte natuurlijk ook. Ieder kon zien dat Dennimae niet de sterkste was. Hoewel de meid misschien een strak lichaam had, kwam er weinig echt spierkracht aan te pas. Het enige dat ze een beetje trainde waren haar buikspieren en bilspieren. Verder vond ze alles eigenlijk wel prima. Maar er was dan niet echt iets om te showen aan Storm, maar het zorgde wel voor haar prachtige glimlach. ‘Wil je dat ik je op je woord geloof of wil je het bewijzen?’ Even was de meid stil, keek ze hem enkel met een grote glimlach aan. Je zag aan haar gezicht dat ze twijfelde wat te zeggen. ‘Ik ben bereidt om veel te doen om mijn gelijk te krijgen. Het onheilsspellende toontje in zijn stem liet Denni grinniken. "Hm, geloof me maar op mijn woord. Er komt nog wel een keer dat ik het je kan bewijzen." Knikte ze. Op deze manier had ze de tijd om iets te bedenken waarvan ze van hem zou kunnen winnen. "En trouwens, in het zwembad heb ik ook gewonnen," Knipoogde ze naar hem. "Bewijst mijn spierkracht genoeg." Zei ze heel zelfverzekerd, terwijl ze nogmaals haar arm hees om haar 'spierballen' te laten zien. ‘Ik slaap altijd met één oog open,’ Storm zweeg en boog wat dichter naar haar toe. ‘Je weet immers nooit wat je kamer binnen sluipt.’ Griezelde hij terwijl hij haar kort in haar zij kietelde en Denni griezelde met hem mee, terwijl haar lichaam zich licht boog door de kietel. Automatisch zette ze een stapje opzij waarbij ze haar arm als een soort van schild voor haar zij hield. "Begrijp ik goed, zeker als er twee rokkenjagers in één kamer slapen," Grapte ze. Tja, je wist maar nooit wie er die kamer binnen kwam wandelen. Er waren genoeg meiden die stiekem binnen zouden willen sneaken om langs één van hun te mogen slapen. Dennimae had het geluk om niet te hoeven sneaken, maar gewoon binnen te kunnen wandelen. . ‘En vergeet niet, ik heb een waakbeer in mijn kamer en de hele boel heeft valkuilen dus.’ Wiebelde Storm uitdagend met zijn wenkbrauwen. Dennimae grinnikte kort en zag hun kamer al voor zich, helemaal bedekt met boobitraps. ‘Durf je het nog steeds aan.’ En daar was zijn charmante grijns weer. Dennimae kon even niks anders dan alleen glimlachen en naar zijn gezicht kijken, voordat ze haar arm weer om zijn middel sloeg en zichzelf tegen hem aantrok. "Ik durf alles," Zei ze moedig, alsof ze de hoogste berg ging beklimmen met haar hoogtevrees. Dat ze bij Storm mocht blijven slapen had ze eigenlijk al verwacht, maar het was fijn om te horen dat hij het echt goed vond. Dennimae was toch wel iemand die zich snel alleen voelde, wat deels door haar verleden kwam. Een soort hechtingsangst, dat zich bij haar uitte als de angst om mensen waar ze aan gehecht was te verliezen. En wat er tussen Storm en haar gebeurd was speelde natuurlijk ook mee. Ze wilde gewoon lekker tegen hem aan kunnen kruipen, wetend dat hij haar niet nog eens zou verlaten. ‘Zo vrijgevig ben ik nou ook niet Denni.’ Storm wist haar altijd aan het lachen of grinniken te krijgen, net als nu. En ze zag het al voor zich, gezellig met z'n drietjes in één bed. "Ik zou jou vanacht ook niet willen delen, zelfs niet met Devon," Sprak ze iets zachter, omdat ze het meende. Denni had besloten dat vanavond hun avondje zou worden en dan moest ze er niet aan denken Storm met iemand te moeten delen. Zelfs niet als het Devon was die enkel bij hun in bed kroop. Al had Dennimae het gevoel dat Devon vanavond niet eens op zijn kamer zou slapen, of iniedergeval niet alleen. En ook dat zat de blonde meid ergens niet lekker. Maar, het was haar avondje met Storm. Dat wilde ze niet verpesten door gedachtens die toch geen kant op konden. ‘Ideaal, dan houden we elkaar wakker en zijn we de dag erna beide zombie genoeg om elkaar erdoorheen te krijgen.’ Merkte Storm optimistisch op over het onrustig slapen. Een volle glimlach werd er op Denni's gezicht getoverd terwijl ze zichzelf weer tegen het lichaam van Storm aan drukte.
De hemel was prachtig, zoals Denni al gezien had. De sterren, maan en zon hadden gewoon iets dat de meid aantrok. Sowieso het hele idee om samen met Storm op een ster te gaan wonen, hun vrienden op die er naast, trok haar aan. Natuurlijk kon het niet, maar dromen mocht. ‘Ja, want op de onze gaat geen plaats meer zijn met al onze wilde plannen.’ Grinnikte Storm geamuseerd. "Nee precies, ben benieuwd hoe we dat met feestjes gaan doen," Grinnikte ze. "Misschien dat we de sterren kunnen uitbreiden, zodat ze allemaal aan elkaar gekoppeld zijn. Dan hoeven we alleen maar te springen en we zijn bij de buren," Ging ze grinnikend verder. Dennimae zat vol fantasie, wat ze dan ook graag deelde. Haar lichte ogen waren nog steeds naar de sterren gericht, keken een enkele keer of ze nog wel goed liepen. Helaas kon ze hem niet werkelijk naar hun ster brengen. Zover ging haar mutatie helaas niet. Nog niet, iniedergeval. ‘Ik hoef nergens heen gebracht worden als ik een perfecte ster hier naast me heb.’ Denni's lichte ogen gleden naar Storm, waarbij een liefdevolle glimlach rond haar lippen sierde. Door de helderheid van de avond, de licht die de sterren gaven, leek het gezicht van Storm haast op te lichten. Met een grinnikje liet Dennimae een vinger over Storm zijn stoppelbaardje gaan. "Volgensmij ben jij hier de ster," Zei ze zachtjes, voordat haar blik weer naar de weg voor hun ging. En toen kwam de klim naar boven. Waarschijnlijk zou het overdag een stuk gemakkelijker zijn dan in het donker, maar de meid was nooit een held geweest in klimmen. God, je had haar moeten zien stoeien toen ze op Devon als beer probeerde te komen. Gelukkig was Storm er niet in de buurt geweest om het te kunnen zien, die grapjes had ze nu nog moeten aanhoren. Storm probeerde duidelijk zijn glimlach te onderdrukken toen de blonde meid zich omdraaide. ‘Natuurlijk.’ "En waag het om te lachen," Greens ze hem toe, terwijl ze haar wijsvinger dreigend naar hem uitstak. Net alsof ze hem met die vinger zo omver kon duwen. Denni's klim was veel moeilijk en klungeliger dan die van Storm. Het was dan ook niet zo raar dat hij haar al snel had ingehaald. Hij stak zijn hand uit om haar het laatste stukje te helpen en een brede grijns sierde er rond Denni haar lippen. ‘Ik ben een Brit, de meest beleefde Brit die jij ooit zal ontmoeten, wij laten wanhopige dames nooit in hun eentje zwoegen.’ "Wanhopig?" Herhaalde ze grinnikend. "En bedankt," Grinnikte ze terwijl ze zijn hand losliet en als een sassy prinses naar het gebouw wandelde. ‘Jij wilde sterren kijken.’ Merkte Storm half lachend op en Dennimae grinnikte zacht. "Dat betekend niet dat ik weet hoe dit werkt," Hapte ze terug, nog altijd met een glimlach rond haar lippen. De lichte kijkers van de meid bekeken het gebouw, en volgde Storms bewegingen naar de deur toe. ‘Via de deur.’ Er kwam geen beweging toen hij aan de deur trok en Dennimae kon haar lach niet inhouden. ‘Jij hebt toevallig geen sleutel?’ De meid legde haar handen op haar knieën, waarbij haar haren voor haar gezicht vielen. Haar lach galmde door de lucht terwijl ze zacht haar hoofd schudde. Echter toen Storm de harde manier ging gebruiken, stopte ze abrubt met lachen. Haar lippen droegen nog steeds de vorm van haar glimlach, maar aan haar ogen zag je de verbazing. Met een enorme kracht brak Storm de deur door het slot heen en vanaf Denni's kant leek het alsof het hem zonder enige moeite afging. De deur vloog open, maar bleef in de scharnieren. De glimlach die Storm droeg liet Dennimae automatisch lachen, waarbij ze haar hoofd schudde. ‘Dames gaan voor.’ Storm wees haar naar binnen en nog steeds hoofdschuddend bewoog Denni naar de deur. "Je bent me er ook ééntje, Mister Hall." Grinnikte ze zodra ze langs hem liep en een zacht klopje tegen zijn buik gaf. Het gebouw was van binnen donker, alleen de licht van de sterren scheen naar binnen. Dennimae graaide met haar hand naar knoppen langs de deur, waarbij er allemaal apparaten en lampjes aangingen. Ze schrok van haar eigen actie, maar het leek erop dat ze alleen de apparaten aanzette. Met haar blik op de hemel gericht liep ze verder het gebouw binnen, waarna ze met een grote glimlach naar Storm draaide. "Hoe gaaf is dit?" Sprak ze zacht, verbaasd door alles dat ze zag. Er stond een soort verrekijker, die door het open gedeelte van het dak stak. Als een vrolijk schoolmeisje liep ze naar het instrument toe, om haar oog voor het gaatje te houden. "Storm.." Zei ze zacht, terwijl ze haar gezicht naar hem draaide. "Ik heb onze ster gevonden."
Onderwerp: Re: Look how bright they shine for you {&Storm} wo jun 01, 2016 8:37 pm
.Always live before you die.
Inbreken, kidnappen, plannen maken om ongezien zijn kamer binnen te komen … het was niet wegdwalen van deze wereld voor Storm maar Denni zou gedreven en vrolijk te horen praten was net genoeg voor Storm om even te vergeten. Hij wenste dat hij even van dit eiland kon, naar een ster als het nodig was, hij had het nodig, al sinds die ene volle maan. Het was het enige waar hij aan had zitten denken sinds hij zijn laatste volle maan met Kat had overleefd, weg gaan van dit eiland, weg van Devon, van Nadya, weg van de problemen die uiteindelijk toch op hem zouden inlopen. Maar hij kon niet dus moest hij de verbeelding van weg gaan ergens anders gaan zoeken, en dat vond hij bij Denni. In Londen hadden hij en Camille ook altijd zo’n gekke plannen gehad, dus het was goed voor hem om Denni zo te horen praten. Hij kwam tot ontspanning, vond een beetje rust in zijn chaotische hoofd. Dit gaf hem een beetje een Camille-situatie, een ontspannen vrije sfeer waarin alles gezegd kon worden. Denni deed dit voor hem, ze wist het waarschijnlijk niet maar het was voldoende om Storm even weg te brengen van alles. En hij was haar daar zo ontzettend dankbaar voor, ondanks alles wat er was gebeurd waren ze enkel hechter met elkaar geworden.
Dat ze sterk zou blijken te zijn was iets waar Storm wel heel erg graag bewijs van zou willen. Zelf als hij geen bovennatuurlijke kracht had zou hij haar nog kunnen inmaken. Ze was eventjes stil, met een glimlach en haar lichte ogen op hem gericht. Hij fronste enkel afwachtend zijn wenkbrauwen, benieuwd naar wat haar antwoord zou zijn. En toen kwam het er en hij grinnikte gelijk, blij met de winst die hij had behaald want ze wilde het dus duidelijk niet nu testen. ‘Goed, ik kijk ernaar uit.’ En hij zou het niet vergeten. Toen ze immers begon over hun eerste ontmoeting rolde hij gelijk verontwaardigd met zijn ogen. ‘Dat heb je niet gewonnen met je spierkracht.’ Protesteerde hij meteen. Nee, hij wist het nog goed, onschuldige Denni had hem om de tuin kunnen leiden met dat lichaam van haar. Hij was er ingetrapt, typisch Storm om dat te doen, dus ze was gewonnen. ‘Dat hoge knuffelgehalte, dit lichaam en dit onschuldige gezicht,’ hij wees met een cirkelende beweging haar gezicht aan. ‘is de oorzaak dat je gewonnen hebt. En dat gebeurt geen tweede keer meer trouwens, je kan me niet meer zo afleiden.’ Maakte hij duidelijk, zo, het zou niet meer gebeuren. Niet meer bij Denni in ieder geval, of dat was wat hij ervan dacht. Als ze het echt zo willen zou het haar waarschijnlijk nog lukken, Storm had een te grote zwak voor het andere geslacht en het was nu niet dat hij volop in protest ging. Toen ze haar arm omhoog hield met haar zogezegde spierballen, voelde hij kort eens aan haar bovenarm. ‘Ik voel niets.’ Zei hij doodernstig. Maar hij kon zijn lach nooit lang achterhouden dus kwam hij algauw weer tevoorschijn. ‘Het bewijst wel dat je geen spieren nodig hebt om te winnen.’ Er waren zoveel mogelijke manieren om iets te winnen, door slim te zijn, door charme, het was haar gelukt met haar onschuldigheid. En Storm had daar nooit om geklaagd, ze had verdiend gewonnen. Het was haar gegund.
Dat hij met één oog open sliep was niet omdat hij en Devon zo’n rokkenjagers waren, maar het idee stond hem wel aan. ‘Zo erg zijn we nu ook weer niet Denni.’ Merkte hij met een scheve grijns op. Het was niet dat ze allemaal stonden te poppelen voor hun deur, ze waren trouwens niet de enige rokkenjagers op Genosha. Waarschijnlijk wel de enige twee in dezelfde kamer. Slapen was gewoon iets wat Storm tegenwoordig nog zelden deed, je zag het niet aan zijn blik want Lupos kon al die vermoeidheid recuperen maar het was er mentaal wel. Sommige nachten waren lang en eenzaam, eenzaam met zijn eigen gedachten en problemen. Storm had tegenwoordig een hekel aan gaan slapen, hij wist dat hij ergens rond drie of vier zou wakker worden door Lupos en hij wist dat de nachtmerries er zouden zijn. Dus dit was goed, Denni zou waarschijnlijk voor één van die zeldzaam goede nachten zorgen. Toen ze opmerkte dat ze alles aandurfde en terug haar arm om zijn middel sloeg legde hij zijn arm automatisch over haar schouders. ‘Je hoeft niet zo heldhaftig te zijn,’ prevelde hij glimlachend tegen haar blonde haren. ‘Ik ben er om je te beschermen.’ Hij drukte een kus op haar haren als teken dat zijn bescherming voor altijd zou zijn.
“Ik zou jou vannacht ook niet willen delen, zelfs niet met Devon.” De zachte manier waarop ze het zei maakte duidelijk hoezeer ze dit meende. Storm staarde voor zich uit, zijn blik versomberde een beetje omdat hij precies wist wat ze bedoelde. Na alles was Denni degene die hij bijna was kwijt geraakt en meer dan anders wilde hij haar nu nog meer in de buurt, wilde hij haar beter beschermen en er beter zijn als een vriend. Hij had zoveel goed te maken, niet enkel tegenover zichzelf maar vooral voor haar. En de woorden deden hem pijn, het brak hem ergens wel een beetje. Als ze zou opkijken zou ze het merken was zijn blik was voor een tijdje lang afwezig en met een zekere pijn erin naar voor gericht, naar het pad dat ze bewandelden. Hij zou zich nog honderdmaal willen verontschuldigen maar zou nooit genoeg zijn. Dus moest hij dit doen, voor haar, hij zou alles doen voor haar. Dat was de enige reden waarom hij zijn onrustige pijnlijke gedachten terug weg duwde en weer die glimlach op zijn lippen zette. Want dat deed hij dag in en uit, de schijn erop houden, andere gelukkig maken zonder dat ze door hadden dat hij nog steeds in geen geval was hersteld van dit volle maan.
Als ze dan toch samen op een ster zouden zitten konden ze maar beter voor wilde plannen zorgen. Dit was precies het soort discussies die hij met Camille ook zou voeren als ze eens een avond in de tuin naar de sterren lagen te staren. Dus het was een genot om Denni erover te horen vertellen. ‘We bouwen bruggen zodat iedereen gemakkelijk van ster naar ster kan. Ik ben zeker dat Devon een ster vlakbij zou willen,’ wees hij kort naar boven. ‘Te zwijgen over jouw squad.’ Hij gaf haar een veelbelovende blik. Hij wist er nog steeds niet alles van maar het idee dat Kat, Denni, Taylor en Karlie in dezelfde Squad zaten maakte hem op een gezonde manier argwaan. Maar goed, ze zouden een manier moeten vinden om die sterren aan elkaar te knopen. ‘Of we nu op aarde of op een ster zitten, feestjes zullen er zijn, en drank, en al dat leuke gezelschap.’ Ging hij haast onschuldig verder. Maar het was een fantasie, iets dat ze hier beneden ook hadden alleen was het hier een stuk meer overbevolkt. Dus hij hoefde niet naar een ster, hij had een sterretje hier vlak naast hem lopen. En aan de liefdevolle glimlach en de intensiteit van haar ogen te zien nam ze zijn compliment ten harte. Hij meende het dan ook, daar sprak zijn blik ook boekdelen over. Ze kaatste de woorden terug, haar vinger gleed kort over zijn stoppelbaard. ‘Ik heb in een hele lange tijd al niet meer gestraald.’ Gaf hij futloos antwoord. Hij keek haar aan en schudde zachtjes zijn hoofd, drukte zijn lippen kort tegen haar voorhoofd en keek terug naar de weg. Hij zei er niets meer van maar je kon aan zijn blik zien dat hij opnieuw was beginnen piekeren. De helling op forceerde dat gepieker uit zijn hoofd, zeker met de “elegantie” waarom Denni naar boven probeerde te geraken. Toen ze niet keek en zat te klauteren had hij die enorme geamuseerde grijns op zijn lippen, toen ze zich draaide beet hij op zijn onderlip, de glimlach onderdrukkend. ‘Nee, sorry baas.’ Knipoogde hij nadat ze hem waarschuwde niet meer te lachen. Uiteindelijk schoot hij haar ter hulp door zelf naar boven te gaan en haar omhoog te trekken. Toen hij haar wanhopig noemde kreeg hij meteen reactie terug. ‘Niet wanhopig, nooit wanhopig.’ Knipoogde hij gerustellend. Boven geraken was een makkie, binnen geraken voor Denni duidelijk iets minder. Storm wist hoe gemakkelijk het voor hem was maar dat wilde niet zeggen dat hij er genot in had om zijn extra kracht te gebruiken, zeker omdat hij Lupos daarvoor moest “wakker” maken. Denni haar lach galmde door de omgeving waardoor Storm het niet kon laten mee te grijnzen terwijl hij de deur forceerde, wat meteen lukte en Denni was achter hem meteen stil. Hij keek snel verontrust over zijn schouder om zo haar verbaasdheid op te merken. ‘Het monster heeft minieme voordelen.’ Verklaarde hij neutraal de kracht die hij had gebruikt om de deur open te krijgen. En hij wees haar als een echte Brit de weg naar binnen. ‘Ik weet het.’ Antwoordde hij haar uiterst beleefd en charmant alvorens hij volgde.
Het was een genot, echt, om Denni zo vol enthousiasme de ruimte in te zien wandelen, als een klein kind bij Kerstmis. Ze drukte wat knoppen en ze schrok nog eens van haar eigen reactie, Storm volgde iedere beweging die ze maakte. Van de bewondering in haar blik toen ze de ruimte rond keek tot de versnelde hartslag vanwege haar opwinding. Toen ze zich naar hem keerde kwam een haast liefdevolle glimlach op zijn lippen alvorens hij ook eens de moeite nam de ruimte rond te kijken. ‘Dit is,’ hoe meer details zijn gevoelige zintuigen opnamen hoe verbaasder hij was over het feit dat deze school zoiets had. ‘waanzinnig.’ Fluisterde hij alvorens zijn blik terug naar Denni gleed die al achter de reuze verrekijker was gaan staan. Zijn blik volgde haar glimlachend maar zelf bleef hij tegen de muur staan. Tot ze zijn naam zijn, zo zacht, vol opwinding en met het bericht dat ze hun ster gevonden had. ‘Nu al?’ vroeg hij gelijk. Hij wandelde naar haar toe en ging achter haar staan, duwde haar gezicht een beetje opzij en keek over haar schouder door het gaatje. ‘Welke is het? Ik zie er namelijk meer dan eentje.’ Grinnikte hij. Maar wauw, dat zicht was echt waanzinnig. ‘Ik denk dat we een lange brug gaan moeten bouwen, of gewoon iedereen op de Dennister laten wonen, tegen betaling natuurlijk.’ Hij trok zijn hoofd terug en keek haar grijnzend aan. Dit was geweldig, dit was vergeten, dit was in lange tijd een gevoel van perfectie en opluchting …
Onderwerp: Re: Look how bright they shine for you {&Storm} di jun 28, 2016 4:31 pm
Dennimae Elscot
TAG:: StormieWormie LOOK HOW BRIGHT THEY SHINE FOR YOU
Hun eerste ontmoeting, het was iets waar de blondine nog best vaak aan terug dacht. Het was dan ook een onverwachte ontmoeting geweest, eentje waar ze nu meer dan dankbaar voor was. Ze was in het zwembad gedonderd, terwijl ze nog zo haar best had gedaan om haar haren droog te houden. En daar was Storm, natuurlijk had hij het moeten zien. En vanaf dat moment was er heel veel veranderd voor Dennimae. Storm en Devon hebben haar echt uit haar schulp gehaald, waar ze dan ook meer dan dankbaar voor is. Door de jongens heeft ze Kat, Taylor, Karlie en Lorise ook tot haar vrienden mogen benoemen. En ze zou ze geen van allen meer kunnen missen. En toch was Storm specialer.
‘Goed, ik kijk ernaar uit.’ Kort grinnikte Denni, hopend dat Storm het zou vergeten. Ze wilde niet laten hoe sterk ze was, aangezien dat toch onbegonnen werk was. Storm kon haar elk moment zo vloeren zonder echt veel moeite te hoeven doen. ‘Dat heb je niet gewonnen met je spierkracht.’ Postesteerde Storm meteen en Dennimae kon haar lach niet meer onderdrukken. Hij had gelijk, dat was vanwege alles behalve spierkracht gegaan. Maar goed, ze had gewonnen, ookal had hij haar misschien een beetje laten winnen. Stiekem wist ze dat wel, al zou ze het nooit toegeven. ‘Dat hoge knuffelgehalte, dit lichaam en dit onschuldige gezicht,’ hij wees met een cirkelende beweging haar gezicht aan. ‘is de oorzaak dat je gewonnen hebt. En dat gebeurt geen tweede keer meer trouwens, je kan me niet meer zo afleiden.’ Weer moest de blondine grinniken. "Pas maar op, Hall, je weet niet wat je nog allemaal te wachten staat." Knikte ze naar hem, alsof haar hoofd vol slimme plannentjes zat. Storm voelde aan haar 'spierballen' en Denni zag hoe zijn gezicht betrok. ‘Ik voel niets.’ Zei hij doodernstig. Quasi beledigt sloeg ze zacht met de rug van haar hand tegen Storm zijn buik aan toen zijn lach weer verscheen. ‘Het bewijst wel dat je geen spieren nodig hebt om te winnen.’ Denni knikte instemmend. "Wie niet sterk is moet slim zijn."
Zo erg waren zou nou ook weer niet als rokkenjagers? Verbaasd en duidelijk niet eens met het geen Storm zei trok Denni gefronst haar wenkbrauwen samen. Haar lichte kijkers zochten die van Storm, voordat ze grinnikend haar hoofd schudde. "Geloof me, er zijn genoeg meiden hier die mij haast zouden vermoorden om hier zo met jou te mogen lopen," Ze wist het zeker, er waren genoeg meiden die graag hun arm om Storm zouden slaan. En ze kon het ze niet kwalijk nemen. Dennimae had momenteen op een slechtere plek kunnen lopen, ze had gewoon het geluk dat Storm haar Stormie wormie was. Och, wat had hij een hekel aan die bijnaam. Zachtjes grinnikte Denni om haar eigen gedachtens, waarma ze haar arm weer om Storm zijn middel sloeg. ‘Je hoeft niet zo heldhaftig te zijn,’ Pervelde Storm tegen haar blonde haren. Heldhaftig.. Dennimae is alles behalve heldhaftig. ‘Ik ben er om je te beschermen.’ Bij het voelen van de kus op haar haren sloot ze kort haar ogen, om een lieve glimlach rond haar lippen te laten verschijnen.
Haar opmerking over het delen veranderde Storm, dat merkte ze meteen op. Haar lichte ogen bleven op zijn gezicht hangen, terwijl ze doorliepen en Storm naar voren keek. Ze kon zijn pijn zien, haast voelen, de gedachtens die door zijn hoofd spookte horen malen. Denni had hem niet overstuur willen maken of pijn willen doen, het was niet haar bedoeling geweest hem daar aan te herinneren. En op dit soort momenten merkte ze dat Storm nog helemaal niet zo genezen was als hij zich voor deed. Maar ze durfde er niet naar te vragen, niet nu. En misschien wilde hij er wel helemaal niet over praten, ergens was ze nog steeds voorzichtig met het uit kiezen van haar woorden. Dennimae was niet bang meer dat hij boos zou worden, maar wel dat ze hem weg zou duwen. En ze wilde alles behalve dat nu. Misschien dat ze er later naar zou vragen. Ze drukte zichzelf even kort tegen Storm aan, zodat hij wist dat ze er was mocht hij willen praten. Ze was er voor hem, zoals ze er altijd zou zijn.
Als het had gekunt, dan had de blondine de jongen mee genomen naar de sterren. Ze wilde het hem laten zien, zo ontzettend graag, zodat hij even zou kunnen ontsnappen. En zeker als de sterren zo helder waren als een avond als deze. Maar het was wel heel leuk om met Storm over hun eigen ster te praten. ‘We bouwen bruggen zodat iedereen gemakkelijk van ster naar ster kan. Ik ben zeker dat Devon een ster vlakbij zou willen,’ wees Storm kort naar boven en Denni volgde met haar ogen naar de sterrenhemel. ‘Te zwijgen over jouw squad.’ De blik die hij haar schonk was goud waard. Een luide grinnik was er dan ook even te horen terwijl Denni hem mysterieus aankeek. "Mijn squad gaat ook zeker een ster naast de onze krijgen," Sprak ze terwijl ze haar blik weer naar boven liet gaan. "We moeten wel snel naar elkaar toe kunnen voor de feestjes en gekkigheid." ‘Of we nu op aarde of op een ster zitten, feestjes zullen er zijn, en drank, en al dat leuke gezelschap.’ En weer knikte de blondine instemmend. Zolang ze maar met de groep waren, dan kwam de gezelligheid vanzelf wel. Drank was er niet eens perse voor nodig. De opmerking van Storm dat zij zijn sterretje was, nam ze zeker ten harte. Storm antwoorde futloos dat hij lang niet meer geschenen had, waarbij Denni haar mondhoeken iets neutraler trok. "Voor mij heb je altijd geschenen, misschien niet zichtbaar. Maar hier," Ze drukte haar vinger zacht tegen zijn borstkast, bij zijn hart. "Ben je wel altijd blijven schijnen. Het duurde alleen even voordat je het zelf door had." Glimlachte ze naar hem, haar stem zacht. Het kusje op haar voorhoofd was een lief gebaar, maar hield het gepieker bij Storm niet weg.
De klim naar het observatorium duidelijk wel, ofja de manier hoe Dennimae klom. Ze voelde gewoon hoe zijn grijns in haar rug aan het branden was en kon zijn hoofd al helemaal zien. Hoewel zijn grijns weg was toen ze omkeek, wist Denni dat hij er wel gezeten had. ‘Nee, sorry baas.’ Knipoogde Storm naar haar en Denni grinnikte zacht. "Baas, daar kan ik best aan wennen." Mompelde ze in zichzelf, nog altijd een grijnsje rond haar lippen. ‘Niet wanhopig, nooit wanhopig.’ Ze waren boven gekomen en dat leek in eerste opzicht het gemakkelijkste stuk. Dennimae had eerst de hele deur niet eens gevonden, waardoor Storm de gentleman weer kon uithangen. Echter zat de deur op slot, al had Denni kunnen verwachten dat Storm er gewoon doorheen zou breken. Haar uitbundige gelach stopte vrijwel meteen toen de jongen de deur open gebroken had. ‘Het monster heeft minieme voordelen.’ Dennimae moest nog steeds wennen aan het feit dat Storm het 'monster' noemde, omdat ze er niet geheel mee eens was. Misschien kwam het omdat ze nog niet precies alles van Lupos wist en wat het met Storm kon doen op het moment van verandering. Ze maakte er echter geen opmerking over, was dan ook veel te enthousiats om de binnenkant van het gebouw te bekijken.
En hoe geweldig was het. Hoewel het eerst nog wat gedoe was om de lampen te vinden, Denni had vanalles aangezet doordat ze op random knopjes had gedrukt. Maar toen het eenmaal belicht was, keek de blondine haar lichte ogen uit. Misschien had ze toch maar sterrekunde als extra vak moeten kiezen. Met een brede glimlach draaide ze zich om naar Storm, om zijn liefdevolle glimlach te ontmoeten. ‘Dit is,’ Zei hij, nadat hij even de moeite had genomen om de ruimte te bekijken. ‘waanzinnig.’ Eerlijk gezegd had de blonde meid niet echt de tijd genomen te luisteren naar wat Storm te zeggen had. Haar innerlijke kind en nieuwsgierigheid had het overgenomen en Dennimae moest gewoon door de mega verrekijker kijken. Op dit soort momenten kwam de échte Denni naar voren. De vrolijke, toch ergens wel spontane en nieuwsgierige meid. Ze hoefde zichzelf nu niet te verstoppen, weg te stoppen achter een masker. Ze was met Storm hier, iemand waar ze totaal niet bang was om zichzelf te laten zien. En tevens, deze ruimte bracht zo veel in haar naar boven dat ze zichzelf niet eens kon inhouden. ‘Nu al?’ Vroeg hij gelijk, toen ze vertelde dat ze hun ster had gevonden. Met een brede glimlach volgde ze met haar ogen hoe hij haar kant op kwam. ‘Welke is het? Ik zie er namelijk meer dan eentje.’ Grinnikte hij zodra hij door het gaatje keek. "Die, daar zo." Wees de meid omhoog, ergens in een richting waar veel sterren zichtbaar waren. Al was er eentje, een beetje rechts van de rest, die wat helderder scheen. "Die ene die helder schijnt dan de ander." Hielp ze hem een beetje, want aan haar 'die, daar zo' had hij natuurlijk weinig. ‘Ik denk dat we een lange brug gaan moeten bouwen, of gewoon iedereen op de Dennister laten wonen, tegen betaling natuurlijk.’ De blonde meid grinnikte. "Precies, we moeten er wel wat aan verdienen natuurlijk." Grapte ze met hem mee. Een tevreden zucht liet ze horen, waarna ze zichzelf tegen de reling achter de verrekijker liet zakken. Ze trok haar knieën op, waar ze haar armen omheen sloeg. Haar lichte ogen keken naar de sterren en even leek ze verdwaald in haar eigen wereldje. "Ik denk dat als mensen vaker naar de maan kijken, er minder problemen zouden zijn," Sprak ze zacht, terwijl ze haar lichte kijkers naar Storm richtte. "Minder ruzies, minder gedoe. Weetje waarom? Omdat je dan ziet hoe vredig en prachtig het leven kan zijn. De maan en de sterren schijnen alleen in het donker, als de zon plaats heeft gemaakt voor de nacht. Het is net alsof de zon en de maan hun moment verdelen om te schijnen. Alsof de zon de maan een kans wilt geven om zijn pracht te kunnen laten zien. Want zonder de zon kan de maan niet schijnen. De zon geeft dat aan de maan, op de een of andere manier. En als je daar overna denkt, zijn het dus maar de kleine dingen die voor een ander heel groot kunnen zijn." Even was ze stil, waarbij haar blik weer naar de sterren ging. "Want dat schijnen, is voor de zon iets normaals. Maar ze geeft het wel 's nachts aan de maan. Dus iets normaals, kan voor een ander heel bijzonder en groot zijn."
Onderwerp: Re: Look how bright they shine for you {&Storm} di jun 28, 2016 9:50 pm
.Always live before you die.
Wie niet sterk is moet slim zijn … Storm was beide kanten van die munt, beide weliswaar in een heel andere vorm. Hij was slim als Hall zijnde maar Lupos was de sterkste … hij was alleen niet zo slim. Hij glimlachte dan ook zachtjes om wat Denni net had gezegd, omdat hij het begreep en al zeker omdat hij wist dat kracht er soms helemaal niets mee had te maken. En het was een eigenschap die vrouwen aardig wisten te gebruiken, ze waren altijd het creatieve geslacht en dat was iets dat hij niet zou ontkennen. Maar ze wilde zijn eerdere woorden duidelijk op proef stellen. Nee … hij wist niet wat er hem nog allemaal te wachten zou staan en eerlijk, hij wilde het niet weten. Maar dingen als dat waren welkom, ondanks dat hij zou proberen om er niet meer in te trappen, hij wist dat ze ooit wel eens zouden gebeuren en voor dat soort momenten zou hij het toe laten. Voor dat soort momenten zou hij expres moeite doen om erin te trappen want het waren die momenten die hem terug deden leven. Hun eerste ontmoeting was één van die momenten geweest en die versie van Denni was al zoveel gegroeid. De Denni die nu naast hem stond, eerst had ze zo onzeker geleken en nu zou ze de wereld aan kunnen. Zolang ze maar iemand had om op te rekenen, om op te steunen. In veel gevallen had ze veel weg van Camille, zijn beste vriendin in Londen. Het was raar, maar hij zag de gelijkenissen en dat stelde hem ergens een beetje gerust.
Denni was het dus duidelijk niet eens met zijn stelling dat hij helemaal niet zo erg was. Toen ze hem aankeek moest hij zijn best doen om niet op één of andere manier onschuldig over te komen en daarmee in te stemmen met haar woorden. Ja, hij was een rokkenjager en hij deed het goed, met charme en overtuigingskracht. Dat was geen misdrijf, integendeel, zolang iedereen er akkoord mee ging was er nergens een probleem. Bij haar woorden verbreedde de glimlach wat op zijn lippen. ‘En als iemand jou zou vermoorden voor mij,’ hij zweeg en schudde zachtjes glimlachend zijn hoofd. ‘Laten we zeggen dat ik momenteel met niemand liever wil zijn dan met jou.’ Zei hij vervolgens. ‘Dus, laat ze maar proberen, ik kan ze wel aan.’ Beloofde hij plechtig. Storm zou ze aan kunnen, het was meer de vraag of Lupos het zou aankunnen om de hele tijd van de zijlijn toe te kijken. Hij duwde die gedachten weg en grinnikte zachtjes om wat ze net had gezegd. ‘Je hebt misschien wel een klein beetje gelijk.’ Gaf hij uiteindelijk toe. Ze waren populair, hij was dat, Devon was dat en geen van beide had er erg bij.
Denni drukte zich wat steviger tegen hem aan … Storm sloeg zijn ogen neer bij het besef dat ze hem onderhands al wel wat beter kende om te weten te komen dat hij misschien meer achter hield dan anderen dachten. Hij had er nochtans zo op geoefend, om het verborgen te houden en Denni had het gezien in zijn blik. Hij kon maar aan één ander persoon denken die het zou merken en dat was Nadya. Ergens voelde het als een ontlading maar anderzijds voelde hij weer die spanning in zijn borst. Het feit dat Denni er niet naar vroeg stelde hem dan weer gerust. Mocht ze er immers naar vragen zou er niets in zijn lichaam zijn om de woorden tegen de houden en dat had ze enkel te danken aan de dichte band die ze onderling hadden. En ergens wilde hij alles los laten maar hij slikte het door, net als de ontelbare andere keren. In het moment dat ze zich wat dichter tegen hem aan trok, kneep hij kort eens in haar schouder. Als een bedankt? Een geruststelling?
Het idee, de illusie om op de sterren te gaan wonen maakte de problemen in zijn hoofd, de worstelingen in zijn lichaam zo klein dat ze amper tastbaar waren. Het was zoiets doms maar hij had er zoveel aan, alsof hij daadwerkelijk kon ontsnappen naar een ster en Lupos hier kon achterlaten. Hij ging er dan ook doodserieus op in, alsof het een reëel en werkelijk iets was. Terwijl hij naar de sterren staarde en de mensen opsomde die dichtbij zouden willen zijn begon ze luid te grinniken. Storm keek haar grijnzend aan. De mysterieuze blik hielp niet echt om niet opnieuw vragen te stellen over de squad want hij en Devon wilden er eigenlijk graag meer over weten. Maar zoals hij had verwacht zei ze niets meer dan het feit dat de squad wel een ster naast hen zou nemen. ‘Natuurlijk!’ Stemde hij in met haar woorden. ‘Niet omdat we op sterren wonen dat we niet gaan feesten.’ Lachte hij verbluft. Er was geen enkel leven waar Storm zich een voorstelling bij kon maken dat hij niet zou feesten. Het lag in zijn aard en die aard van hem kon je moeilijk veranderen. Zolang ze maar samen waren, Storm had nood aan vrienden rondom zich heen, het was een overlevingsinstinct dat niet vast hing aan Lupos maar puur van Storm afkomstig was. In Londen had hij zijn squad gehad en Camille, hier was die groep er ook, alleen met meer dames en mutaties. Maar de basis was hetzelfde en Storm klampte zich eraan vast ondanks dat hij wist dat het zo snel in duizend kleine stukjes kon breken. De woorden waren er dan ook een stukje sneller uit dan hij zou willen, nee … hij scheen niet, hij leek in geen honderd jaar op de sterren aan de hemel. Met een blik naar boven luisterde hij naar de woorden van Denni. Toen ze haar vinger tegen zijn borstkast drukte rukte hij zijn blik van de sterren en keek omlaag naar Denni, naar de tederheid in haar blik en de zachtheid in haar woorden. Het was veruit het liefste dat ze ooit had gezegd, en Storm wilde het zo graag omarmen, haar woorden maar het hield hem tegen. Hij zei er niets over, hij antwoorde er niet op en gaf haar enkel een kus op haar voorhoofd. Maar het bleef in zijn gedachten hangen, haar woorden, en ergens diep vanbinnen begon zijn hart een beetje te breken … een beetje meer te schijnen want ze had gelijk. Lupos veranderde hem maar je kon nooit zijn hart veranderen, dat zou de weerwolf nooit kunnen overnemen.
Genosha had een hele nieuwe wereld voor hem geopend en dat bleef het eigenlijk ook doen, van docenten in wie hij vertrouwen had gekregen tot gebouwen die hij nog niet had gezien. Van buiten af was dit een normaal uitziend gebouw, het was rond, en het had een koepel maar het was gemaakt met bakstenen en hout. Vanbinnen immers, het leek wel alsof je binnen stapte in één of andere film waarin je terug keerde naar de tijd. Alles was zoveel anders, een zekere rust maar toch al dat mysterieuze. Storm gaf zijn ogen de kost, liet ze over alle knopjes glijden en dan weer naar de koepel boven hen gaan waardoor je de sterren al kon zien. En het apparaat op zich, een giga verrekijker om het maar zo simpel te zeggen. Hij was verbaasd, misschien moest hij sterrenkunde maar overwegen als een vak. Wat nog leuker was, was Denni en haar nieuwsgierigheid. Nadat hij alles had bekeken keek hij toe hoe ze door de ruimte wandelde en alles in zich opnam. Er kwam een zwak liefdevolle glimlach op zijn lippen toen hij haar vingers overal langs liet strijken, als een kind die voor de eerste keer de speelgoedwinkel binnen kwam. Toen ze door de telescoop tuurde duurde het niet lang of ze had al een ster gevonden die voor hem perfect zou dienen als nieuwe woonplaats. Dus hij ging meteen naar haar toe, keek door het gaatje en ging op zoek tussen al die sterren. Het was wel heel dichtbij allemaal, ondanks dat er nog veel waren zag hij ze een stuk helderder. “Die daar zo.” Wees Denni. Storm rechtte zijn hoofd en keek haar met een veelbetekenend glimlach aan, wat had hij daar nou aan? Maar toen ze zei dat hij helderder scheen zag hij het. ‘Dat is nou net precies het soort ster dat bij je past.’ Hij hief zijn hoofd weg van het gaatje en knikte goedkeurend. ‘Dat word een mooie Dennister.’ Glimlachte hij opgelaten. De ster was er, het plan was er voor bruggen te bouwen, nu nog genoeg aan verdienen. Daar waren hij en Denni het duidelijk over eens.
Ze zuchtte op een manier waarop Storm ook wilde zuchten, een vredige manier, een ontspannen manier. Hij keek toe hoe ze neer zakte en haar knieën op trok, ze keek naar boven, naar de sterren en voor een moment lang zakte ze weg in haar eigen gedachten. Hij kon het zo zien aan haar blik. Hij eek haar een moment zwijgend aan voor hij terug door het gaatje keek, deze keer niet naar de sterren maar naar de maan. Hoeveel de maan niet zoveel voorstelde voelde hij hoe het een zekere hunkering op riep bij Lupos. Denni begon te praten en Storm draaide zich resoluut weg van de verrekijker en ging naast haar zitten, zakte wat door zodat hij gemakkelijk naar boven kon kijken. Hij volgde haar woorden, terwijl zijn ogen naar de sterren en de maan staarde. Wat ze zei maakte hem aan het denken en het was zo mooi … alles wat ze zei was zo prachtig gezegd. Hij knikte langzaam en richtte zijn blik voor een kort moment naar Denni. ‘Dat,’ hij zweeg en wees naar de maan. ‘Zal voor mij nooit vredigheid geven, die maan is mijn grootste probleem. Maar ik begrijp wat je bedoeld.’ Hij zweeg en dacht voor een moment terug aan Camille. ‘Camille is net als jou, ze zoekt altijd het goede in de kleine dingen.’ Hij zweeg en glimlachte zachtjes. ‘Haar huis is zo gemaakt dat je op een schuin dak uit komt als je uit haar kamerraam klimt. En soms had ze van die dagen dat ze s’nachts daar lag en me belde. Uiteindelijk lagen we daar allebei op dat dak, praten over niets in het bijzonder of over onze problemen. Het was vredig, net als dit.’ Hij zweeg en keek terug naar Denni, glimlachte dankbaar, liefdevol. ‘Dit geeft me net hetzelfde gevoel alsof er niets anders is dan jou, mij en de sterren. Alsof ik niet de hele tijd moet doen alsof maar gewoon voor eventjes kan,’ hij zweeg en zijn glimlach werd een beetje breder. ‘Schijnen.’ Maakte hij zijn zin af, want dat is exact wat hij nu deed, wat Denni voor hem had gedaan …
Onderwerp: Re: Look how bright they shine for you {&Storm} vr jul 01, 2016 11:47 pm
Dennimae Elscot
TAG:: StormieWormie LOOK HOW BRIGHT THEY SHINE FOR YOU
De blondine kon niet blijven herhalen hoeveel geluk ze wel niet had gehad dat ze Storm heeft leren kennen. En om eerlijk te zijn had ze dit nooit verwacht, zo'n band en gevoel bij iemand te kunnen hebben. Dennimae had vroeger nooit echt vrienden. Het dorpje waar ze in woonde, waren erg gelovig en de blonde meid was een dochter van alles dat slecht was. Haar moeder als drugsverslaafde, ongetrouwd en 4 kinderen bij 3 verschillende mannen, was alles behalve geliefd in het dorpje. Djowie, haar oudste broer en Dennimae zelf hadden dan ook nog eens een 'gave' waar de dorpbewoners niet mee konden hendelen. Hierdoor kotste iedereen de familie Elscot uit, werden de kinderen verboden om vrienden met dat geschift te maken. Dennimae had hier altijd erg veel moeite en last mee gehad, waardoor ze uiteindelijk gevormd was tot dat onzeker en eigenlijk angstige meid. En dat ze dan nu iemand als Storm in haar hart had mogen sluiten.. Soms moest ze zichzelf even knijpen om te kijken of het allemaal wel echt was. Of ze kneep Storm, om te kijken of hij echt was. En dat was hij, echter kon niet. Hij was hier nu, echt aan haar zijde. En toch kneep ze zachtjes in zijn bovenarm om het zeker te weten.
‘En als iemand jou zou vermoorden voor mij,’ Storm zweeg en schudde zachtjes glimlachend zijn hoofd. Ook Denni glimlachte, trok nieuwsgierig haar wenkbrauwen op. ‘Laten we zeggen dat ik momenteel met niemand liever wil zijn dan met jou.’ En daar verscheen weer die uitdrukking op haar gezicht waarbij je kon zien dat ze weg smolt. ‘Dus, laat ze maar proberen, ik kan ze wel aan.’ Beloofde Storm plechtig en Denni kon een grinnik niet onderdrukken. "Mijn eigen persoonlijke bodyguard." Knikte ze instemmend. En dit was weer zo'n voorbeeld van het fijne, veilige gevoel dat ze bij Storm had. Wetend dat hij haar echt zou helpen, mocht ze ooit in zo'n situatie komen. En niet alleen Storm, iedereen die zich in de squad bevond. Het was net één grote familie waar Dennimae met meer dan liefde deel van uit maakte. ‘Je hebt misschien wel een klein beetje gelijk.’ Gaf Storm uiteindelijk grinnikend toe. De blondine toverde een zelfverzekerde glimlach op haar lippen en haar haren dansde iets op en neer doordat ze knikte. "Ik heb altijd gelijk, Mister Hall. Dat moet je ondertussen wel weten." Plaagde ze, waarna ze plagend het puntje van haar tong uitstak.
Het was de blonde meid niet ontgaan dat Storm zijn mood veranderde. Ze kon het hem niet kwalijk nemen, na alles wat er was gebeurd begreep ze maar al te goed dat het misschien nog steeds niet zo goed met hem ging als hij wilde dat andere dachten. Dennimae wist niet precies wat er allemaal gebeurd was, maar genoeg om te weten dat het een enorme afdruk op hem achtergelaten had. En mocht hij er over willen vertellen dan was ze er en dat liet ze hem merken door zichzelf wat dichter tegen Storm aan te drukken. De kneep in haar schouder vormde een klein, lief glimlachje rond haar lippen. En weer kreeg ze die bevestiging dat Storm echt was, dat dit allemaal echt was.
Het zou wat zijn hoor, hun op de sterren.. Katerzyna, Devon, Taylor, Karlie, Storm en Dennimae. Wat een zooitje ongeregeld zou dat worden. Maar een goed zooitje ongeregeld. Eigenlijk zouden ze eens met z'n allen op vakantie moeten gaan, iets leuks gaan doen op een andere plek dan dit eiland. Gewoon om hun vriendschappen met een goude stempel te kunnen bevestigen. Dennimae wist maar al te goed dat Devon en Storm graag meer wilde weten over Kadekata, dat het ergens toch wel argwaan opwekte. Maar meer dan een grijns kon ze er niet over kwijt, ze vond het juist leuk als de jongens met een schuin oog zouden moeten kijken. En zoals ze eerder gezegd had, moest Storm tegenwoordig maar met één oog open slapen. Zeker als Kadekata in de beurt was.. niets meer dan het feit dat de squad wel een ster naast hen zou nemen. ‘Natuurlijk!’ Stemde Storm in met Denni haar woorden. ‘Niet omdat we op sterren wonen dat we niet gaan feesten.’ Lachte hij en ook Dennimae moest zachtjes lachen. "De Partysquad moet ook op de sterren blijven bestaan." Knikte ze overtuigend, waarna er een grote glimlach op haar lippen ontstond. Ze zag het al voor zich, hun allemaal op de sterren. "Maar, als we dan op de sterren zijn," Begon Denni zachtjes. "Waar moeten we dan naar kijken, als we naar de hemel staren?" Nadekend keek ze Storm aan en het was net alsof je haar hersenen kon horen kraken. "Zouden we de aarde dan zien? Of juist meer sterren?" Meer vragen vormde zich in haar hoofd, maar verder vroeg ze er niks over. Het waren vragen waar ze geen antwoord op zou kunnen krijgen, want Storm was natuurlijk ook nog nooit écht naar een ster geweest. Storm was het niet eens met wat ze zei over het schijnen, maar voor Dennimae scheen Storm wel degelijk. Misschien droeg Storm iets met zich mee waar hij een hekel aan had, iets dat absoluut niet scheen. Maar dat betekende niet dat Storm zelf niet scheen. Hij gaf haar zo veel warmte, veiligheid en liefde. En in de lichte ogen van Dennimae was dat het geen wat schijnen was. En natuurlijk zaten er donkere kanten aan, een ster schijnt ook niet altijd. Maar als ze schijnen, zijn ze prachtig. En zo zag Dennimae Storm ook.
Het gebouw was meer dan Dennimae had kunnen verwachten. Het was zo apart van binnen, dat ze er haast moeite mee had om het allemaal in zichzelf op te nemen. De blonde meid liet haar vingertoppen over bijna alles dat in haar handbereik was voelen. Van de harde, bobbelige knopjes, tot de warme lampjes aan de zijkant van het gebouw. Het ijzere, koude statief van de verrekijker tot de zachtheid van het tappijt dat zich onder de verrekijker bevond. Het was, op de lichtjes van de knopjes na, niet heel kleurrijk in het gebouw. Maar hierdoor kwamen de sterren nog meer tot hun recht. Over de indeling was zeker heel zorgvuldig nagedacht en het verbaasdde Denni hoe creatief Jamie en Jean konden zijn. En daar was hij, de Dennister. Ze wist het zeker, die felle moest hun ster zijn. Dennimae riep Storm er bij, die met een glimlach door de verrekijker keek. Haar instructies over de ster waren niet echt helpvol, maar na het zien van de glimlach van Storm verbeterde ze haar instructies. De brede glimlach die op haar lippen lag leek onmogelijk om te verdwijnen. Denni was net een vis in het water, ze voelde zich hier nu al helemaal op haar gemak. Alsof ze thuis gekomen was en Storm voor het eerst haar mooiste bezit liet zien. ‘Dat is nou net precies het soort ster dat bij je past.’ Storm hief zijn hoofd weg van het gaatje en knikte goedkeurend. ‘Dat word een mooie Dennister.’ Glimlachte hij opgelaten. Dennimae grinnikte zachtjes, dit sterrenplan zou helemaal goedkomen. Ze waren het zelfs al eens over de manier van verdienen.
Dit was één van de weinige momenten dat Dennimae haar gehele lichaam oprecht kon ontspannen. Totaal geen stres, zenuwen of onzekerheden. Alsof er een last van haar schouders viel, liet de meid zichzelf zuchtend tegen de reling zakken. Haar lichte ogen werden getrokken door de felheid van de sterren en met een heel klein glimlachje staarde ze de oneidigheid van de hemel in. Dennimae begon haar gedachtens met Storm te delen, nog voordat ze uberhaupth besefte dat ze aan het praten was. Storm voegde zich bij haar op de grond en voor een moment liet Denni haar ogen naar hem afdwalen. ‘Dat,’ Storm zweeg en Dennimae volgde zijn vinger naar de maan. ‘Zal voor mij nooit vredigheid geven, die maan is mijn grootste probleem. Maar ik begrijp wat je bedoeld.’ Nee, natuurlijk was het voor Storm anders. En dat begreep ze, volledig, al was het in haar ogen zo'n prachtig verschijnsel. De natuur maakte de mooiste dingen en de maan en de sterren waren iets dat de mensheid niet kon verwoesten. En daar was ze zo dankbaar om. ‘Camille is net als jou, ze zoekt altijd het goede in de kleine dingen.’ Zonder iets te zeggen keek Denni Storm aan, ontmoette ze zijn kleine glimlach. Deze glimlach zorgde er meteen voor dat ook zij een klein glilachje kreeg, Storm had nooit echt over Camille gepraat. Het was ontzettend mooi om te horen hoe Storm over Camille sprak, over het leven dat hij in Londen had. Het moment dat Storm dankbaar, liefdevol glimlachte legde Dennimae haar hoofd op zijn schouder. Ze haalde haar armen van haar knieën af, om haar handen tussen haar buik en benen te plaatsen. Een tevreden zuchtje verliet haar neusgaten. ‘Dit geeft me net hetzelfde gevoel alsof er niets anders is dan jou, mij en de sterren. Alsof ik niet de hele tijd moet doen alsof maar gewoon voor eventjes kan,’ De blondine hief haar hoofd iets op het moment dat Storm zweeg, om bij het woord ‘Schijnen.’ zacht te grinniken. "Camille klinkt echt als een lief iemand, iemand die je veel goed heeft gedaan." Zei ze zachtjes, glimlachend. Het was bijzonder om Storm zo te horen praten, omdat ze nog niet veel van die kant van hem kende. "Wil je me meer over haar vertellen?" Vroeg ze, waarbij ze haar hoofd weer iets kantelde om hem aan te kunnen kijken.
Onderwerp: Re: Look how bright they shine for you {&Storm} za jul 02, 2016 1:04 pm
.Always live before you die.
Ondanks dat hij Londen een beetje had los gelaten was het moeilijk voor hem om in dergelijke situaties niet aan thuis te denken. Iedere keer hij dat beetje ontlading vond bij iemand, zijn lichaam zich ontspande voelde het alsof hij weer een stapje dichter was naar thuis toe. Denni gaf hem dat gevoel, ze gaf hem het gevoel zonder Lupos, alsof deze nacht enkel van hen was en hij op terug weg was naar huis … naar Londen. Maar realiteit schopte altijd zo hard binnen dat die droom maar slechts vijf seconden stond hield. Er was altijd iets, een geluid dat hij op pikte, een geur die Lupos herkende of Denni die een kneepje gaf in zijn schouder. De vredigheid van deze omgeving had hij wel nooit echt thuis gehad. Ja, hij wandelde soms met Camille naar huis maar het was tussen de huizen, tussen reclame en het nacht leven. Het was er nooit zo vredig rustig als nu. Dus ergens was loslaten gemakkelijker … omdat hij hier ook dingen had die nieuw waren, dingen die hij thuis niet had, zoals Denni, de natuur, de stilte in zijn hoofd. Maar anderzijds was het dat deeltje menselijke hunkering in hem, als een magneet die naar zijn tegenpool werd getrokken. Hij wilde zo graag naar huis, één dag desnoods, maar kon het niet. Toch … Denni bewees dat hij geen controle nodig had om het te overwinnen. Hij had haar weg geduwd en hij had haar terug gewonnen. Het hoefde niet zo hard te gaan, toch was hardheid het enige wat Storm momenteel kende. Ze deed die visie smelten, haalde een beetje van de tederheid boven die Storm in een hele lange tijd niet meer had laten zien. Die hij enkel voor Camille had, voor Nadya en toch … zijn blik gleed kort opzij naar Denni, ze deed het.
“Mijn eigen persoonlijke bodyguard.” Zei ze. Storm keek haar aan en glimlachte charmant. ‘Voor zolang je wilt, wanneer je maar wil.’ Knipoogde hij. Hij wist dat Denni snel gebroken kon worden, ze was in zekere zin een stukje wisselvalliger. Hij had haar leren kennen als een verlegen meid met een sterke kant. Ze was altijd een beetje op haar hoede, nooit compleet op haar gemak bij totale vreemdelingen dus hij wist ze de bescherming daadwerkelijk nodig had. Hij kon tal van situaties opsommen waar Denni nooit helemaal zichzelf was geweest, dat ze niet durfde tonen wie ze echt was omdat ze er een stukje onzekerder over had. Dus ja, hij meende ieder woord dat hij zei, hij zou haar bescherming, voor zolang ze dat wilde en wanneer dan maar ook. Hij had voor al zijn vrienden veel over maar voor haar … hij wist dat ze het nodig had. Hij had geleerd hoe hard hij de herinneringen moest koesteren, hoe hard hij moest genieten van de dag, de uren, de minuten en dat was exact wat hij deed want hij meende wat hij zei … hij wilde met niemand anders zijn op deze nacht anders dan Denni. Toen ze opperde dat ze altijd gelijk had schudde hij grijnzend zijn hoofd. ‘Jullie wíllen altijd gelijk hebben, dat is iets helemaal anders.’ Corrigeerde hij haar grijnzend, wetend dat hij daar sowieso weer reactie op zou krijgen. ‘Dat is een vrouwending.’ Knipoogde hij plagend. Het was wel waar, welke vrouw wilde nu niet altijd gelijk hebben? Of het laatste woord?
Partysquad … ja, dat waren ze inmiddels geworden. De laatste keer dat hij dat had gehad was in Londen, hij, Ethan en de jongens. De herinneringen, de momenten met hen gingen zoveel jaar terug dat Storm eigenlijk niet meer wist hoe de squad ontstaan was. En nu was de naam dood, buiten hij en Ethan had niemand die ene nacht overleefd. Storm had het zichzelf nooit vergeven voor die nacht en het feit dat hij hier ook zoveel vrienden in de buurt had maakte hem ook ergens bang. Het feit dat Denni sprak over de partysquad maakte hem bang, hij had drie van hen al eens in gevaar gebracht. Zowel Kat als Devon tijdens een volle maan en Denni door zijn eigen egoïstische instinct om haar weg te duwen. Hij kon al drie personen kwijt zijn geraakt en toch wisten ze zich er alle drie bovenop te zetten. Hij kon enkel maar instemmend knikken, terwijl hij naar boven staarde. Bij haar vraag opende hij zijn mond maar zweeg dan uiteindelijk nog wat langer … bedenkelijker. ‘Ik denk dat op welke ster je ook zit, je altijd andere sterren zal zien.’ Hij keek opzij naar Denni en haalde zijn schouders op. ‘Ik denk dat de aarde er vanuit de hemel behoorlijk spectaculair moet uit zien.’ Zei hij dan zachtjes. Ja, je zag het op tv in de lessen maar het moest iets helemaal anders zijn om het vanuit de ruimte te zien. ‘Zou jij het durven, de ruimte in gaan om de aarde te zien van bovenaf?’ Vroeg hij haar nieuwsgierig. Hij zelf niet, Storm had een lichte vorm van hoogtevrees, een angst die werd versterkt door Lupos en zijn overlevingsinstinct. Dus het was een no go voor hem. Maar het zou mooi zijn, een hele andere beleving.
De Dennister scheen, het scheen harder dan de andere sterren maar toch niet zo hard als de poolster. Storm had zijn broertje ooit eens iets proberen leren over sterren, grote beer, kleine beer en van die dingen. Maar het had hem nooit volledig geboeid, dit, veranderde dat een beetje. Om door dit apparaat te kijken voelde hij zich plots zo dichtbij de sterren, alsof hij plots details kon zien die hij dan niet had kunnen zien. Het was bijzonder en daar dacht Denni duidelijk hetzelfde over. Dit totaalbeeld, de ster, de Dennister zou voor altijd in zijn herinneringen staan. Iedere keer hij naar boven zou kijken zou hij aan Denni denken, zou hij aan deze avond denken. Zelf als er jaren waren verstreken, ze misschien niet meer samen waren zou het altijd een herinnering blijven die hij zou koesteren. Zou hij zich voor de geest proberen halen hoe zij naar boven keek op het moment dat hij dat deed. Op slag had de hemel een andere betekenis voor hem. Waar het altijd de maan was die hem dwong te transformeren was nu ook die ene ster, die ene ster die hem tot rust zou brengen, die hem de ongewone capaciteit zou geven om liefde te tonen. ‘Je weet toch dat ik vanaf nu, als ik naar boven kijk, ik aan jou zal moeten denken?’ Hij trok zijn mondhoek op in een charmante glimlach. Wie zou het nou niet willen dat Storm Hall aan hen dacht? Maar het zou een mooi iets zijn, de hemel had nu iets meer betekenis voor hem.
Hij ging naast haar zitten, liet zijn hoofd op de reling rusten terwijl hij naar boven keek. Volkomen ontspannen ookal was het onderwerp voor enkele seconden het tweede deel van zichzelf. Maar Denni zei er niets over, ze begreep hem ongetwijfeld wel maar ze zei er niets van. Hoe mooi het natuurfenomeen was waarin de maan groeide, hoe een streepje licht van de zon iedere dag weer een grotere maan opleverde. Storm had een hekel aan dat natuurfenomeen, zelfs nu. Hij staarde ernaar, naar de perfecte halve cirkel en de moed bij het idee aan transformeren alleen zonk hem al in de schoenen. Het beeld vervloog een beetje toen hij over Camille begon en toen Denni haar hoofd op zijn schouder liet zakken. Hij keek voor een kort moment naar beneden, naar zijn eigen handen alvorens zijn bruine ogen weer naar boven gleden. Toen Denni de naam van zijn beste vriendin in haar mond nam glimlachte hij liefdevol. ‘Ze heeft me veel goed gedaan, maar ik haar ook.’ Merkte hij zachtjes op na wat ze net had gezegd. Hij liet zijn hoofd kort op het hare rusten terwijl hij met zijn gedachten terug in Londen was. Toen ze zich een stukje losmaakte om hem aan te kijken en haar vraag stelde, glimlachte hij zwak. ‘Camille Troy,’ begon hij haast fluisterend. ‘Ik was zeven jaar, zij vijf toen we elkaar leerden kennen. Ons ouders staken ons voor de zomer in zo’n speeltuinvakanties, in ieder geval … zo begon het.’ Hij grinnikte om de herinneringen. ‘Ik denk dat er niemand in de wereld meer capabel is om me te kennen dan haar. Ze had zo van die momenten dat ze een dag tevoren wist dat ik ziek zou worden omdat ik stiller was. Of dat ze met me uit ging en ze me veilig weer thuis bracht omdat ik het zelf niet zou kunnen.’ Hij schonk Denni een kort onschuldige blik. ‘In veel vlakken is ze al eens zus voor me. En iedereen zat erop te wachten, het moment dat zij en ik iets zouden krijgen en het kwam er gewoon nooit van. Omdat we al jaren de beste vrienden voor elkaar waren was voor ons alles zo normaal. Ik ging altijd mee naar haar balletvoorstellingen, was de gentlemen die achteraf haar points droeg en haar voeten masseerde omdat ze ze weer overbelast had. We zaten allebei vast in Londen, voor ons is er nooit iets anders geweest dan de vriendschap die we hadden en Londen zelf.’ Hij zweeg, voor een lange tijd terwijl hij dromerig voor zich uit keek. ‘Er was eens een avond dat we op het dak lagen, starend naar de sterren. En dan discussieerden we over hoe ons leven er zou uit zien als we in een ander land woonden, een ander tijdperk, een andere situatie. Uiteindelijk kwamen we altijd tot de conclusie dat we ergens wel altijd weer samen zouden eindigen.’ Hij glimlachte weer liefdevol en schudde zachtjes zijn hoofd. ‘Camille heeft niet de thuis situatie die ik heb. Ze heeft ouders die zaken doen, die meer van huis zijn dan iets anders. Dus ze was vaak bij ons, mijn moeder hield van haar als een dochter. Ze was altijd belachelijk vroeg s’ochtends, met koffiekoeken ergens tegen zeven uur. Dan kwam ze altijd naar boven, zette thee op mijn nachttafeltje en maakte me wakker door mijn hoofdkussen weg te trekken of één van mijn boeken naast mijn oren dicht te klappen. Ondanks dat ik humeurig wakker werd wist ze dat ik nooit lang boos kon blijven op haar. En als zij dagen had dat ze thuis zat te studeren tot een stuk in de nacht en ik niets te doen had dan ging ik extra vroeg naar haar huis en maakte ontbijt. Het zijn de simpelste dingen die de vriendschap zo echt maken, ik en Camille zijn altijd onafscheidelijk geweest. Het brak mijn hart dat ik haar moest achter laten om hierheen te komen, maar ik besef wel dat het beter is zo.’ Sloot hij zachtjes af, nog steeds met die liefdevolle glimlach op zijn lippen. ‘En als je me morgenvroeg durft wakker maken op één van die manieren Denni, dan ga je niet weten wat je overkomt!’ Waarschuwde hij haar met een speelse knipoog …
Onderwerp: Re: Look how bright they shine for you {&Storm} wo jul 06, 2016 12:49 am
Dennimae Elscot
TAG:: StormieWormie LOOK HOW BRIGHT THEY SHINE FOR YOU
Dennimae dacht regelmatig terug aan de dag van de ziekenzaal en het moment dat Storm later in haar kamer verscheen. Het beeld hoe hij in het ziekenbed had gelegen, hoe klungelig hij op de krukken liep.. De blonde meid wist niet of ze het ooit zou kunnen vergeten. Hij en Devon hadden er zo slecht uit gezien dat Denni serieus had gedacht twee vrienden op hetzelfde moment te verliezen. En Storm had ze bijna echt verloren, verloren voor altijd. Hij had zichzelf hersteld, maar toen had ze hem op een andere manier verloren. Kort verdween het glimlachje rond haar lippen bij deze gedachtens. Het sneed nog altijd in haar hart. Het aanzien van Storm, zo koud en kill. Onder de blauwe plekken, net alsof ze in een film was gestapt. Het was Storm niet geweest op dat moment, dat werd later in haar kamer wel weer duidelijk. De Storm die toen, zo klungelig als hij was op zijn krukken, haar kamer kwam binnen gestrompeld was de Storm die ze kende. De Storm die ze nu hier naast zich had lopen, de persoon die ze in haar hart gesloten had. En de jongen mocht wel verdomd veel moeite doen om haar nogmaals van zich af te duwen. Want ze zou het niet toelaten, ze zou hem niet nogmaals de kans kunnen geven om zich van haar af te sluiten. Ze was er nu en ging niet meer weg.
De charmante glimlach rond Storm zijn lippen was iets dat Dennimae graag zag. Het was charmant, wie wilde dat nou niet zien? Maar het was ook echt Storm. Het was het Britse deel dat in hem schuilde, het geen dat Denni liet zien dat hij echt wel menselijk was. Ookal gaf Storm dat vaak niet toe, hij was meer menselijk dan sommige andere mutanten op dit eiland. Lupos maakte natuurlijk een groot deel uit van zijn leven, maar soms vergat hij zijn andere kant. Zijn goeie kant, het deel van Storm dat hem Storm maakte. Het deel waar Dennimae zo veel van hield, wilde koesteren. ‘Voor zolang je wilt, wanneer je maar wil.’ Knipoogde Storm, op het bodyguard gedeelte. Dennimae grinnike en knikte goedkeurend. "Gratis? Of moet je er wat aan verdienen?" Vroeg ze, met een grijns van oor tot oor. Eigenlijk was een bodyguard wel iets dat de meid kon gebruiken. Ze was zo ontzettend sfeergevoelig, ergens wel onverschillig en snel van haar stuk te brengen. Er was maar weinig nodig en Denni sloot zich af, werd onzeker. Maar er was ook weinig nodig, door de juiste personen, om haar weer geheel terug te krijgen in de leuke meid die ze is. ‘Jullie wíllen altijd gelijk hebben, dat is iets helemaal anders.’ Corrigeerde Storm haar grijnzend en meteen betrok Denni haar gezicht. Quasi beledig keek ze Storm aan, sloeg ze haar armen over elkaar. "Pardon?" Haar stem klonk beledigt, ietwat sissend. "Wij vrouwen hebben altijd gelijk, Mister Hall. Dat willen we niet, dat is gewoon zo. Een voordeel van het vrouw zijn." Verdedigde ze zichzelf, waarna de grijns al snel weer terug kwam bij het horen van zijn volgende opmerking. ‘Dat is een vrouwending.’ Zachtjes gaf ze hem een duwtje, waarbij ze grinnikte. "Een voordeel." Verbeterde ze hem zachtjes, om op haar beurt plagend naar hem te knipogen.
De blondine vond het geweldig om samen met de squad te zijn. De feestjes, gezelligheid, ze had het nodig. En zo lang naar gehunkerd, gezien hoe andere mensen plezier maakte. Het had ook eventjes geduurd voordat Dennimae wist hoe ze plezier moest maken en soms nog moest ze haar weg er in zoeken. Het scheelde dat er vaak drank in het spel was, waardoor ze wat losser werd. De groep nam haar er ook zo ontzettend goed in mee, dat het leren van zelf ging. En nu hier ook, met Storm. Ze was op haar gemak, zichzelf en had plezier. Oprecht plezier. Ze was ontspannen en gelukkig. Het ging allemaal vanzelf, hoefde niet over haar acties na te denken. Kon zeggen wat ze wilde, dacht en vooral gewoon haarzelf zijn. Het kon, Storm liet haar dat doen. En zo kwamen Dennimae haar vragen over de sterren, alsof Storm er antwoord op wist. Bedenkelijk keek hij voor zich uit en Denni kon er niks aan doen zachtjes te grinniken. Storm kreeg een rimpel in zijn voorhoofd als hij nadacht. ‘Ik denk dat op welke ster je ook zit, je altijd andere sterren zal zien.’ Dennimae knikte, daar zat wat in. ‘Ik denk dat de aarde er vanuit de hemel behoorlijk spectaculair moet uit zien.’ Even was de meid stil, wendde ze haar blik naar de hemel. "Ik denk dat de aarde er dan net zo vredig en rustig uit ziet als de hemel." Zei ze zachtjes. Waarschijnlijk zou het er gelukkig en mooi uitzien. ‘Zou jij het durven, de ruimte in gaan om de aarde te zien van bovenaf?’ Bedenkelijk keek Dennimae Storm aan, ietwat verbaasd door zijn vraag. "Ehm," Kort fronsde ze haar voorhoofd, waarna ze haar hoofd schudde. "Nee, ik denk het niet." Sprak ze zachtjes. "Ik heb hoogtevrees en het zou echt niks voor mij zijn om geen grond meer onder mijn voeten te hebben. Tevens hou ik heel erg van de geur van de natuur, die heb je in een ruimteschip denk ik niet." Dennimae sprak het woord 'ruimteschip' zachtjes uit, omdat ze nu een echt schip zoals ze in het water liggen, in de ruimte zag.
Het was heel bijzonder om dit moment met Storm te mogen delen. Hun eigen ster, eentje die prachtig helder scheen. Dennimae was altijd al wel getrokken door de sterren, maar deze avond voelde het intenser. Alsof ze echt op de sterren konden gaan wonen, alsof ze de sterren zou kunnen aanraken. En het was goed dat Storm er was, veilig. Denni zou niet weten of ze dit alles zo zou beleven als er hier iemand anders was geweest. Het was vertrouwd bij Storm, alsof ze nooit anders gedaan had dan met hem naar de sterren staren. ‘Je weet toch dat ik vanaf nu, als ik naar boven kijk, ik aan jou zal moeten denken?’ En daar was die charmante glimlach weer. Dennimae glimlachte klein, waar weer die uitdrukking bij verscheen dat ze langzaam wegsmolt. "Dan weet ik zeker dat je me nooit zult vergeten." Zei ze zachtjes, om met een glimlachje voorzichtig haar blik naar de sterren te laten glijden.
Dennimae had het zichzelf gemakkelijk gemaakt op de vloer, haar rug leunend tegen de reling. Storm kwam naast haar zitten en de stilte die kort onstond liet Denni haar aandacht naar de maan glijden. Ze kon zich niet voorstellen hoe het voor Storm moest zijn tijdens een volle maan. En ergens maakte het haar bang dat de volgende volle maan helemaal niet zo gek ver weg was. De lichte spanning in haar lichaam zorgde er voor dat ze zichzelf wat rechterop duwde en kort haar blik naar Storm liet gaan. Ze kon hem er niet mee helpen en dat knaagde als een gek aan haar. Want ze wilde hem helpen, zijn pijn verzachten, maar het enige dat ze kon was machteloos in haar kamer wachten tot de volgende dag. Hopen dat het goed zou gaan, ze niet weer een ziekenbezoek zou moeten afleggen.. De woorden van Storm over Camille brachten haar terug en lieten haar weer volledig ontspannen. Ze legde haar hoofd op zijn schouder, om te glimlachen bij zijn woorden. Het was prachtig om de liefdevolle glimlach van Storm zo te zien. ‘Ze heeft me veel goed gedaan, maar ik haar ook.’ Toen Storm zijn hoofd op het hare legde, sloot de meid kort haar ogen om van het moment te genieten. Maar nieuwsgierig als Dennimae was, vroeg ze of Storm meer over Camille wilde vertellen. Dit was de eerste keer dat ze echt ter sprake kwam. Denni had de naam wel ooit eens horen vallen, foto's gezien, maar nooit echt verhalen over haar gehoord. ‘Camille Troy,’ begon Storm haast fluisterend. Denni luisterde geinteresseerd naar zijn verhalen en grinnikte af en toe, zag het hele gebeuren voor zich. Op het moment dat hij zweeg, haalde de blondine haar hoofd van zijn schouder om naar zijn gezicht te kunnen kijken. Een liefdevolle, grote glimlach sierde haar lippen toen hij verder sprak. "Wauw," Ferluisterde ze zachtjes. "Ik wilde dat ik zo'n jeugd met iemand als haar had kunnen delen." Haar stem was nog steeds zacht. Ergens was ze wel jaloers op Storm zijn verhaal. Puur om het feit dat zij zelf nooit iemand heeft gehad vroeger, behalve haar broers. En de manier hoe Storm over Camille sprak.. De meid kon zijn liefde voor Camille bijna voelen bij zijn woorden. ‘En als je me morgenvroeg durft wakker maken op één van die manieren Denni, dan ga je niet weten wat je overkomt!’ Waarschuwde Storm en Denni lachte opgewekt. "Pas maar op, Storm. Ik heb veel leukere manieren." Onheilsspellend wiebelde Denni met haar wenkbrauwen, voordat ze nogmaals in de lach schoot. Terwijl ze nog aan het na grinniken was, legde ze haar hoofd terug op zijn schouder. "Trouwens," Ferluisterde ze, zodra ze uitgelachen was. "Misschien dat ik je binnenkort toch naar onze Dennister kan brengen." Glimlachte ze lief. Als de door deze verrekijker de ster zou observeren, plaatjes in boeken zou opzoeken en de informatie opslaat, zou ze zich er een voorstelling van kunnen maken. Ze zou Storm er dan misschien naar toe kunnen nemen, hem even laten ontsnappen van de realiteit die zich op het eiland afspeelde.
-Zoveel liefde! <'3
xo
Gesponsorde inhoud
Onderwerp: Re: Look how bright they shine for you {&Storm}