Onderwerp: Re: [PLOT] ENDGAME do jul 27, 2017 2:37 pm
BUT I'M A CREEP
WHAT AM I DOING HERE
Als hij eerlijk moest zijn, had hij echt geen idee wat er juist allemaal gebeurde. Natuurlijk had hij meegekregen dat er mutanten ontvoert waren en dat een aantal mensen ze wilden gaan bevrijden, maar dat ze dat niet mochten van de leraren. Ze wilden niet nog meer studenten kwijtraken aan een slecht georganiseerde reddingsactie. Calvin zelf had zich wat afzijdig gehouden van de rest. Hij was pas naar een trainingsruimte gegaan op het moment dat de meeste anderen met andere zaken bezig waren. Hij werd zo al nagekeken door het feit dat hij een staart had, hij zou alleen nog maar meer aandacht trekken als hij in een overvolle ruimte ook nog eens zou laten zien dat het niet gewoon een nutteloos ding was. Daarbij had hij ruimte nodig wilde hij wat oefenen op een ander deel van zijn mutatie, teleportatie. Misschien zou het wel van pas komen als ze eenmaal een waterdicht plan hadden om die tien mutanten terug te halen. Calvin zelf kende geen een van de ontvoerde mensen persoonlijk, maar gewoon het feit dat ze in de school waren binnengedrongen om ze mee te nemen, was genoeg om hem furieus te maken. Hij beschouwde de school als een veilige plek en hij ging niet toestaan dat die veilige plek van hem werd afgenomen.
De jongen was net naar buiten gegaan met het idee om eens te testen hoe ver zijn limiet was op het gebied van teleporteren, zoiets kon moeilijk in een trainingsruimte gedaan worden, toen de hemel ineens erg donker leek te worden. Calvin legde zijn hoofd in zijn nek terwijl hij zijn staart als een soort automatisme om zijn bovenlichaam heen krulde. Sinds een paar medeleerlingen het een leuk idee gevonden hadden om in zijn staart te snijden, had hij altijd de reactie om deze dicht tegen zich aan te houden als er iets raars gebeurde. De sneetjes en de gebroken pols waren ondertussen al geheeld, al voelden beiden nog best gevoelig aan.
Een rilling gleed over zijn rug toen er ook nog eens een ijskoude wind kwam opzetten en kippenvel begon zich over zijn huid te verspreiden. Misschien had hij toch een dikkere trui aan moeten trekken, al zweerde hij dat het daarnet nog zonnig was geweest. Het was pas na een tijdje dat het kwartje viel dat er iets grondig mis was en dat gevoel werd alleen maar bevestigd toen er nog andere mensen naar buiten leken te lopen. Calvin ving de woorden hovercraft en strand op, genoeg om te weten dat wat er ook aan de hand was, ze waarschijnlijk naar daar moesten gaan om het allemaal te kunnen aanschouwen.
Zijn donkere kijkers vielen op twee personen die niet zo erg ver van hem vandaan stonden. Het meisje leek ook aanstalten te maken om richting het strand te vertrekken. Calvin bleef nog even naar haar kijken voordat hij zijn benen in beweging bracht en haar richting uitliep. ”Hey, ik neem aan dat je ook wilt weten wat er aan de hand is op het strand? Als je wil kan ik je best meenemen naar daar? Teleporteren gaat net iets sneller dan wandelen.” Het kon zijn dat hij pas in twee ‘sprongen’ helemaal daar raakte, maar dan zouden ze nog veel sneller zijn dan als ze gewoon zouden lopen. ”Het is maar een voorstel als je snel daar wil raken.” Waarom hij het haar juist vroeg in plaats van de andere mensen die buiten gelopen kwamen? Geen idee. Misschien omdat ze zoveel zelfvertrouwen uitstraalde, misschien omdat ze gewoon knap was. In ieder geval was ze het soort persoon waar hij misschien achter zou kunnen schuilen als er iets afschuwelijk aan de hand was op het strand. ”Ik ben Calvin trouwens, aangenaam.”
Op het moment dat hij haar toestemming had gekregen, had hij met zijn ene hand haar arm vastgepakt en de andere op haar onderrug gelegd zodat hij haar wat kon ondersteunen. Hij wist uit ervaring dat andere mensen heel anders reageerde op het teleporteren dan hij deed en hij zou niet willen dat hij haar perongeluk pijn deed. Zoals verwacht raakte hij van de eerste keer niet helemaal tot op het strand. Ergens halverwege verschenen de twee weer in een wolk van kleurtjes. ”Gaat het nog? Ik denk dat nog een keer genoeg is om er te raken. Ik moet nog wat oefenen op afstand.” Een schaapachtige grijns verscheen om zijn lippen voordat hij zich weer concentreerde. Na een paar seconden waren ze terug verdwenen en het duurde niet langer dan een seconde voordat ze op hun bestemming aankwamen.
Zijn donkere kijkers werden groot toen hij de hovercraft zag en zijn mond viel bijna open toen hij de draak en de enorme wolf ook opmerkte samen met de andere mutanten. Dit zag er niet goed uit, helemaal niet goed. ”Horen ze niet aan onze kant te staan? Ik heb ze het gevoel dat ze allemaal klaar zijn om ons aan te vallen.” Hij had zijn staart ondertussen al terug ‘vrij’ gemaakt en liet het ding nu nerveus heen en weer zwiepen. Zijn huid had ook al een donkerpaarse kleur gekregen, gewoon omdat hij zich niet meer kon concentreren op het vasthouden van een ‘normale’ huidskleur. Dit alles kon gewoon niet goed aflopen.
De tijd was snel voorbij gegaan. Lydia maakte zich er niet druk over voor wat er zou gebeuren. Ze zat net als de andere emotieloos voor zich uit te staren. Er was geen verdriet te zien in haar ogen. Ze voelde zelfs geen haat voor de blondine die haar had gebroken. De motoren van de hoverboards waren het enige geluid dat ze hoorde. Ze bleef erop geconcentreerd, maar toen de klep open ging wist ze dat ze op moest staan en dat het begonnen was. Haar spieren stonden op spanning, toen ze van de hoverboard afsprong en landde in het zand van Genosha.
Ze hoorde een brul niet ver van haar vandaan, maar schonk maar kort een blik op de grote wolf die er stond. Er bevonden zich een aantal mensen op het strand, maar een daarvan sprong eruit. Ze voelde haat en woede. Energie vulde haar lichaam en met elke stap voelde ze haar eigen bloed door haar lichaam stromen. Ze marcheerde samen met het leger Mira over het strand. Ze ging nog een keer met haar ogen over de paar mutanten heen die niet gebrainwasht waren. Elke keer vielen haar ogen op de roodharige jongen. En ze liep ook meer zijn richting op. Uiteindelijk begonnen haar passen te vergroten en liep ze met een boze blik in haar ogen naar hem toe.
Lydia keek nergens anders heen dan de roodharige jongen die over het strand bleef kijken, maar zijn ogen ook elke keer de haren op zochten. Ze kon hem makkelijk met een zwiep van haar hand tegen een boom aan slingeren. Maar de kracht in haar mutatie werd met elke mate sterken. De adrenaline gierde door haar lichaam en de haat in haar ogen werd alleen maar erger. Lydia maakte haar handen tot vuisten en stond nog even stil, terwijl ze slechts vijf meter van Allen verwijdert was. Ze bekeek hem nog goed voordat ze zijn lichaam tegen een boom zou aan slingeren.
Sinds er studenten mee waren genomen was het niet meer hetzelfde op Genosha. De blondine persoonlijk kende maar één iemand van de meegenomen mutanten, maar dat maakte het niet minder erg. Het feit dat de wereld hen weg wilde hebben terwijl ze dacht dat dit eiland veilig was geweest. Niets bleek minder waar. Ergens voelde ze zich bedrogen, door de leiding van het eiland die hen altijd hadden verteld dat ze hier veilig zaten. Ze hadden dit allemaal laten gebeuren, ze hadden niets gedaan om hun studenten veilig te houden. In het holst van de nacht waren ze gewoon meegenomen, een aantal van hun sterkste. Alsof het helemaal niets was geweest. En als dat zo makkelijk ging, dan zou ze niet eens na willen denken over het moment dat ze terug zouden komen voor de rest. Misschien deden ze dat wel niet, wie weet zouden ze de rest van het eiland gewoon in lichterlaaie zetten.
Een onheilspellende sfeer hing over het eiland. Er bewoog iets in de lucht in de buurt van het strand, het was een groot voertuig in de lucht. Een hovercraft. Marilyn klemde haar kaken op elkaar en keek om zich heen. Wat zou er gaan gebeuren? Tijd om dat uit te gaan vinden dan maar. Ze haalde een keer diep adem, waarna ze een sprintje trok en tussen de bomen heen rende in de richting van het strand. Ze voelde hoe haar hart sneller ging kloppen van de adrenaline. Er waren veel onsterfelijke mutanten op dit eiland, maar zij was een levende. Het was gevaarlijk, maar als ze dit eiland zouden verliezen zou ze toch ten dode zijn opgeschreven. En er was nog een kleine kans dat ze een verschil kon maken, ze was een krachtige mutant net zoals vele anderen. In haar maanden hier had ze geleerd hoe ze haar krachten moest gebruiken.
Marilyn hield haar adem in toen ze bovenop een duin stil bleef staan. Vanaf hier kon ze het hele strand zien, inclusief de hovercraft die er was geland. Met grote blauwe ogen keek ze toe hoe er mensen uit kwamen, niemand minder dan de verdwenen studenten en hun ontvoerder. Samen met wat andere studenten kwam ze verder het strand op, nog even en chaos zou uitbreken. Toen ze Robb zag bewoog ze met haar hand waardoor er een ijsstraal over het zand - wat erdoor lichtjes glinsterde - naar de voeten van Robb schoot. Het ijs wikkelde zich om zijn benen, een poging om hem te weerhouden van lopen. "Robb, ik ben het," probeerde ze het eerst op deze manier. Maar er was iets anders in hun ogen, in hun houding, waardoor ze zich klaarmaakte om zichzelf te verdedigen. "Kom op, ik wil je geen pijn doen," voegde ze eraan toe. Wat had die bitch in de naam van de duivel met hen gedaan?
Onderwerp: Re: [PLOT] ENDGAME za jul 29, 2017 11:40 pm
Samen met de andere mutanten marcheerde hun kleine, maar dodelijke leger uit de hovercraft. Amadéo was de eerste die veranderde in zijn wolvengedaante en meteen een huil liet weerklinken die door merg en been zou gaan. De tijd was aangebroken. Nadya was al tweede getransformeerd in een draak om hun komst nog duidelijker te maken. Robb zelf bleef koelbloedig staan naast zijn strijdbroeders. In de verte spotte hij enkele studenten van de school zelf die duidelijk een kijkje kwamen nemen. Arme zielen, ze hadden helemaal geen idee wat er in de komende minuten zou gaan plaatsvinden. Hoeveel bloed hier zou gaan vloeien. Want ja, bloed ging er vloeien. Mira was duidelijk genoeg geweest over de aard van hun bezoek. Geen ziel zou met rust gelaten worden, geen student zou levend achter blijven of ze zouden zelf sterven. Kort kraakte Robb zijn nek, een simpele krak die luid genoeg was voor zijn omstaanders om te horen. Elke beweging op het strand die niet kwam van de groep waartoe hij behoorde had hij meteen gespot met dank aan zijn versterkte zintuigen. Van uit hun standpunt stonden ze langs de ene kant zwak opgesteld met het water achter zich, als ze op een hoger gelegen punt waren aangekomen en ze een afleidingsmanoeuvre op het strand hadden kunnen regelen dan zouden hun kansen beter zijn geweest. Maar hij vertrouwde op iedere aanwezige persoon hier dat ze sterk genoeg waren voor wie of wat er ook ging komen.
De glinsterende lijn die onderweg was naar hem had hij haast meteen in het oog gekregen. En hoewel het ijs zich vormde rond zijn rechtervoet sprong hij krachtig genoeg opzij om zich los te rukken. Met zijn eigen leven allicht in gevaar werd hij nog eens extra wakker geschut, een wraaklustige blik school in zijn ogen terwijl hij de blondine aankeek. Haar woorden ketste zo van hem af, deden hem haast niets. In plaats daarvan bewoog hij met bruuske stappen naar voor, in een rechte lijn ging de jongen op haar af. Op slechts twee meter afstand kwam hij akelig snel tot stilstand, waarop hij zijn hand waarop de grond rondom haar begon te trillen. Zo verbrak hij de cyclus van de stilte die aanwezig was op het strand, zorgde hij voor een gecreëerde chaos enkel en alleen op het meisje gericht. Want zo specifiek was de training en de foltering van Mira geweest. Nog steeds met een trillende ondergrond, al lang niet meer zo hevig duwde Robb zich af in het zand en begon hij al zigzaggend in haar richting te rennen. Met een felle slag gericht op haar hoofd leidde hij het meisje af, waarop hij haar onderuit trapte. Zo snel als hij er was, zo snel nam hij ook weer afstand van haar.
Dagen voor hun vertrek naar het eiland had Robb nog een wapen gekregen van Myra. Een zwaard zo licht in de hand dat het niet eens aanwezig leek. Robb trok het uit de heupriem die hij aanhad, zodat het zwaard kon dienen als verlenging van zijn arm. Meteen pareerde de jongen een slag richting haar arm in de hoop dat die zou treffen. Toch bewaarde hij genoeg afstand, zodat wanneer zij enige aanval in zijn richting plaatste hij die mogelijk nog kon ontwijken. Maar zolang hij haar instabiel hield wist hij dat het meisje niet al te veel kon, en dan bedoelde hij niet instabiel op het vlak van de grond te laten beven maar op mentaal vlak. Met zijn mutatie kon hij haar geest lichtjes beïnvloeden haar proberen te laten geloven dat waar hij voor vocht het gene was waar iedereen voor zou moeten vechten.
Tag: Marilyn
Laatst aangepast door Robb Jones op zo jul 30, 2017 2:10 pm; in totaal 1 keer bewerkt
Amadéo Delvaux
Class 3
Aantal berichten : 262
Onderwerp: Re: [PLOT] ENDGAME zo jul 30, 2017 2:03 pm
Een tijdje voordat ze tussen de bomen vandaan kwamen, voelde hij ze al. Normaal zou hij extreem opgewekt en enthousiast zijn, maar er was geen ruimte meer voor iets anders dan woede en agressie. De roedel zag stormde het strand op, negeerde de aanwezigheid van alle anderen en liepen op hem af. Beter haalde niemand het in zijn kop hen aan te vallen, want ze waren hier ook om te helpen. Een alfa zonder pack was namelijk niet zo sterk. Met de hulp van zijn roedel zou hij veel meer schade kunnen aanrichten. De wolven sprongen eerst wild om hem heen, tot hij ze kalmeerde met een enkele blaf. Razendsnel gingen ze in formatie staan, deze keer niet om te trainen. Het was menens nu.
De eerste tegenstanders kwamen op het strand. Een wolf-achtige grijns kroop om zijn lippen, waarbij hij zijn scherpe tanden liet zien. Moest dit hen tegenhouden de rest van het eiland te vernietigen? Hij liet zijn blik over de tegenstanders gaan, en vervolgens naar zijn eigen groep. Sommigen gingen al in de aanval, terwijl hij netjes bleef staan. Hij was immers uitverkoren om Mira te beschermen, een taak die hij met hart en ziel zou uitvoeren. Hij wachtte geduldig tot iemand dichterbij kwam. Hij was niet van plan om genade te tonen. Nee, zijn tegenstander moest lijden. Evenveel als hij geleden had in die verdomde cel. Nu was hij wel eens benieuwd wie het lef zou hebben hem te benaderen.
Onderwerp: Re: [PLOT] ENDGAME zo jul 30, 2017 11:23 pm
Don't panic
Waar was hij in godsnaam in terecht gekomen. Cecil was nog niet eens zo heel lang teruggekeerd naar school toen er mutanten ontvoerd werden, waaronder Aurélia. Mensen konden gaan zeggen dat een onenight stand niets voorstelde, maar het meisje was echt een van de weinige mensen geweest die hij oprecht aardig had gevonden. Iemand die met zijn wat ‘grumpy’ karakter om kon gaan en hem ook nog eens een goede tijd kon bezorgen. Cecil had dus op het punt gestaan om de ‘rogues’ te joinen. Mutanten die van plan waren om zelf stappen te ondernemen om de ontvoerde mutanten terug te halen in plaats van te luisteren naar de leraren en te trainen. Spijtig genoeg voor hen hadden ze nooit een echt een kans gehad om ook maar iets te ondernemen. De leraren hadden ieder van hen constant in het oog gehouden en op de momenten dat ze iets hadden willen ondernemen, hadden ze het altijd voor elkaar gekregen om hun plannen te dwarsbomen. Dit had er allemaal voor gezorgd dat Cecil’s humeur nog verder achteruit was gegaan en dat hij op een gegeven moment zelfs gewoon geen volledige zinnen meer maakte. Het enige antwoord dat mensen van hem kregen, was een vaag gegrom terwijl hij zijn mutatie verder probeerde uit te bereiden. Hij moest op de een of andere manier toch meer klonen van zichzelf kunnen maken, toch? Als er een gevecht zou aankomen, wilde hij in staat zijn om zoveel mogelijk klonen te kunnen gebruiken. Hij wilde kunnen helpen.
Voorbijkomende leerlingen trokken zijn aandacht en voor het eerst in dagen sprak hij fatsoenlijk tegen iemand om te vragen wat er aan de hand was. Veel wist de persoon die hij had tegengehouden ook niet, alleen dat er blijkbaar iets aan de hand was op het strand. Zijn mondhoeken krulden om in een grijns terwijl hij zich een weg naar buiten baande. Onderweg dupliceerde hij zichzelf al een aantal keer zodat mensen bijna aan de kant moesten springen om alle versies van hem door te kunnen laten. Dat er commotie was op het strand kon maar een ding betekenen, de ontvoerders waren terug om waarschijnlijk meer mutanten mee te nemen…of dat was toch wat hij dacht.
De grijns droop al snel van zijn gezicht af toen hij op het strand arriveerde. In eerste instantie merkte hij alleen de hovercraft op, maar zijn blik was al snel naar de mensen op het strand gedwaald en vanaf het moment dat hij het groepje dat dicht bij de hovercraft stond herkende, leek zijn hart een slag over te slaan. Die personen leken als twee druppels water op de ontvoerde mutanten en voor zover hij kon zien, kwamen ze niet gewoon terug naar huis.
De jongen beet op zijn lip toen zijn blik viel op het bekende gestalte van Aurélia. Zijn replicaties leken de tweestrijd die momenteel in zijn hoofd aan de gang was ook op te merken. Een aantal begonnen al vooruit te lopen terwijl de rest gewoon bij hem bleef staan. Het was nadat hij andere stemmen opmerkte, andere mensen die vrienden hadden herkend, dat hij de knoop doorhakte. Als zij gingen vechten om te helpen, ging hij dat ook doen. Hij had zijn klonen om te helpen en die ging hij gebruiken ook. Langzaam begon hij zelf ook te bewegen. De jongen liet een kloon voor zich uitgaan, eentje die de klappen kon opvangen moest er iets misgaan.
”Aurélia?” Hij sloot de rest gewoon buiten, al hield hij zijn ogen en oren wel open om eventuele aanvallen op te vangen. Naast hem was een van de ontvoerde mutanten al goed bezig met op een student in te hakken en hij had het gevoel dat alle mutanten in het rare uniformpje wel eens zouden kunnen aanvallen. Cecil zelf bleef wat achteraan staan terwijl zijn kloon dichter naar het meisje toe liep. De replica nam zelfs zijn stem over om het te doen lijken alsof zijn kloon hem ook in werkelijk was. ”Ik weet dat ik even weg ben geweest, maar ik vroeg me af of we die onenight stand misschien nog eens konden overdoen?” Hij grijnsde lichtjes terwijl zijn donkere kijkers behoedzaam op het meisje gericht bleven.
Onderwerp: Re: [PLOT] ENDGAME di aug 01, 2017 3:12 pm
Zacht bewoog ze haar enorme vleugels. Zodat ze stil boven de mutanten kon blijven hangen. Als een enorme donderwolk, die klaar was zijn furie los te laten op de aarde onder hem. De lucht rondom haar leek te trillen. Door de hitte die van har ruisachtige lichaam af kwam. Vlammen leken te dansen onder haar ijzige blauwen schubben. De langgerekte huil van de vroegere halfling, die Amedéo werd genoemd, was voor haar een teken ook haar bek te openen. Een angstaanjagende brul welde op uit haar keel en werd mee gevoerd door wind.
Nadya’s gekleurde ogen scande het strand, het bos en alles wat in haar blikveld viel. Haar neusvleugels trilde lichtjes op het moment dat ze diep inademende opzoek naar geuren die haar iets konden vertellen over de vijand. De vijand waartussen ze een paar maanden terug nog had gelopen. Als een eenzame ziel, ronddollend tussen mensen die ze niet begreep. Mensen die haar niet begrepen. Die eenzaamheid, het onbegrip, het verdriet, de woede, de pijn. Alles was als een deken van haar af gevallen tijdens haar gevangenschap.
Nog voor haar gedachten verder af konden dwalen, werd haar aandacht getrokken door een geur die ze uit duizenden zou ontkennen. Nick. Max. Het was vreemd hoe zelfs zijn geur meer was gaan lijken op die van de jongen wiens geest hij in zich droeg. Had Nick Max een nieuw geurtje aan weten te smeren of was het een natuurlijk proces. Nadya’s blik gleed langs de bomengrens, tot die bleef rusten op twee gedaantes die het strand op kwamen lopen. Max en Salina. Nu kroop op de geur van de duivelse hond haar neusgaten binnen. Nadya had al eerder tegenover het meisje gestaan. Destijds had die haar bang proberen te maken in haar hondenlichaam, zoals Max haar bang had proberen te maken met zijn mutatie. Beide waren ze gefaald en vandaag zouden ze beide weer falen. Weer liet Nadya een angstaanjagende brul horen, om het tweetal te laten merken dat ze haar niet waren ontgaan. Om hen te laten weten, dat ze haar ook nu geen angst aan joegen. Er was überhaupt geen ruimte voor angst, zelfs niet in haar enorme drankenlichaam. Het enige wat haar omging was winnen. Voor Mira. Vechten, tot of zij of de vijand dood was. Meer was er niet.
Onderwerp: Re: [PLOT] ENDGAME vr aug 04, 2017 12:49 pm
Het duingras kietelde langs zijn blote benen, maar hij merkte het nauwelijks. Op ieder ander moment had hij zich een stoere spion gewaand, maar nu voelde het toch een stuk serieuzer.. Niet als het moment voor spelletjes of het opzetten van themamuziek. Al kon hij niet ontkennen dat voor een paar seconden het Pink Panther deuntje door zijn hoofd speelde. Gehurkt zat hij achter de laatste beschermende begroeiing en appte Wren een bevel om uit de buurt van het strand te blijven. Hij wist hoe koppig ze was, maar hoopte dat zijn dringende woorden toch afschrikwekkend genoeg waren om haar weg te houden. Hoe gevaarlijk het hier precies was wist hij niet, maar hij had liever dat Wren hem morgen keihard in zijn gezicht uitlachte omdat het een hoop gezeik om niets was dan dat ze hier gevaar liep. En bovendien, het laatste wat hij in zijn sluiproute kon gebruiken was een luidruchtige Wren.
Allen schrok op toen hij ijzingwekkend gehuil hoorde, de roep van de wolf en de eh draak vloeiden samen tot een afgrijselijk tenenkrommend geluid. Niet echt uitnodigend om dichterbij te komen, maar toch kroop-sloop Allen gestaag verder richting de rand. Mysterieus genoeg kwam van het marcherende groepje Lydia het meeste zijn kant op lopen. Alsof het zo bedoeld was dat hij haar zou confronteren. De jongen stond er niet echt om te springen, haar mutatie leek in staat de besturing van zijn lichaam over te kunnen nemen. Maar aan de andere kant, ze had de vorige keer iets met hem uitgehaald waar hij nog steeds aardig kwaad om kon worden als hij eraan dacht... Die boosheid en verontwaardiging liet hij nu volledig toe in zijn gedachten en gebruikte hij om zichzelf aan te sporen.
Allen kwam overeind, zette zijn blote voeten stevig in het zand en verliet zijn relatief beschutte plekje. Ver hoefde hij niet te lopen en ook geschreeuwde bedreigingen bleken onnodig om Lydia's aandacht te trekken. Ze koersde rechtstreeks op hem af. Oh boy. Allen spande zijn spieren aan en probeerde de gevechtshoudingen die je altijd op tv zag te kopiëren. De koude wind die boven hen aanzwelde was onaangenaam, maar zijn interne batterijen waren volledig opgeladen van zijn ontspannen ochtendje, waardoor hij de kilte nog redelijk kon negeren. Lydia keek hem aan en dat alleen al vond hij onprettig. Toch aarzelde hij nog. Maar toen er achter hem kabaal los brak van een jongen die een meisje aanvloog werd hij verlost van zijn twijfels. "Je had beter weg kunnen blijven," gaf hij aan, niet zozeer als dreigement maar als feit. "Niemand miste je." Het was niet eens een leugen. Allen was letterlijk niemand tegengekomen die leek te treuren om de afwezigheid van de trut. De jongen ademde diep in en stak zijn handen tegen elkaar aan naar voren om een grote straal licht te channelen. Hij richtte die felwitte beam op Lydia's gezicht, met het doel haar te verblinden. Het licht deed een beetje denken aan een flash bang, zou geen al te grote schade doen op iemands huid (eerder als een lichte verbranding door de zon), maar was wel fel genoeg om door gesloten ogen nog steeds indringend te zijn.
Het was best fijn dat hij zijn zonnebril op had, zodat hij gecombineerd met zijn mutatie geen last had van het felle licht. Nu hij toch bezig was zwiepte Allen de straal ook nog vlug van links naar rechts richting de andere tieners, die hij nu voor het gemak maar als mogelijke vijanden zag. Zo zou hij hen misschien ook een beetje af kunnen leiden. En zodra ze afgeleid waren konden ze hun echte intenties achterhalen.
Tag: @Lydia + een verblindende lichtstraal richting de mensen in de buurt van Lydia.
Onderwerp: Re: [PLOT] ENDGAME zo aug 06, 2017 3:30 pm
Faye Jupiter Jones
Nog voor het daadwerkelijk mee kreeg voelde ze het, alsof er een huivering over haar rug kroop en die stilte eraan vooraf ging. Was dit timing? Op het moment dat zij en Dante een overeenkomst maakte, op het moment dat ze de spanning vergaten en enkel van elkaars aandacht genoten. Faye sloot haar ogen toen haar raaf de beelden doorstuurde. Ze kon niet enkel communiceren met ze, ze gaven haar ook wat ze nodig hadden en op dit moment was dat een hovercraft en de mutanten die eruit kwamen, ze opende haar ogen en keek terug naar Dante. ‘Ze zijn er.’ Prevelde ze. Haar ogen gingen naar buiten, wolken waren er al, het zou niet moeilijk zijn voor haar om een onweer te onttrekken. Ze wilde hem nog iets zeggen maar trok zich uiteindelijk gewoon van hem los, niet wetend wat te doen, niet wetend wat te zeggen terwijl ze haar aandacht al voluit op het strand had gericht. Ze concentreerde zich op de vogels. De raaf sprong op en begon richting het strand te vliegen, net als iedere andere vogel, groot en klein dat zou doen. Ze keek naar boven, naar de dieren die begonnen over te vliegen alvorens ze terug keek naar Dante. ‘Wees voorzichtig.’ Zei ze met een snelle glimlach alvorens ze zich draaide, klaar om te vertrekken.
Een jongen kwam langs en Faye kneep haar ogen zachtjes samen bij zijn woorden, ze kende hem niet maar hij stelde voor om haar te brengen. Normaal zou ze transformeren en overvliegen maar dit kon waarschijnlijk nog sneller gaan. ‘Okey.’ Stemde ze zonder al teveel problemen in. Normaal zou ze niet zo happig zijn maar er was een zekere druk, de druk van een vijand dus er was geen tijd om andere te ondervragen, er was amper tijd voor iets. Hij stelde zich voor als Calvin en Faye grinnikte, geamuseerd om het feit dat er nog plaats was voor formaliteiten. ‘Jupiter.’ Knikte ze in begroeting alvorens hij haar arm pakte en haar onderrug ondersteunde. Teleporteren, voor alles een eerste keer. Ze kneep haar ogen onrechtstreeks toe toen ze de eerste “sprong” maakte. Toen ze haar ogen opende waren ze niet aan het strand. ‘Maakt niet uit.’ Reageerde ze op zijn woorden, rond zich kijkend naar de kleurtjes.
De tweede keer kwamen ze er wel. Jupiter hapte naar adem en liet haar ogen meteen rond glijden, draak, wolf … Samantha … Haar ogen gleden over iedere mutant alvorens ze op één iemand bleven hangen, de persoon die ze helemaal niet kende, het meisje dat een tijdje op Genosha was geweest nadat de docenten haar hadden gered. Jupiter keek opzij naar Calvin en haalde haar schouders op. ‘Als dit over is moeten we maar samen eens iets doen, tenminste, als we dit overleven.’ Prevelde ze. Ze reikte haar hand naar de hemel en een luid gerommel begon zich los te maken van de wolken. Een bliksem schoot naar beneden, ze absorbeerde het met haar hand in de vorm van een speer. Ze was niet bang om te vechten en ze zou zeker niet bang zijn om te sterven. De vogels vlogen in grote cirkels over het strand onder het wolkendek en Jupiter haalde diep adem, keek opzij naar Calvin in een bemoedigend gebaar alvorens ze terug over de mutanten keek … shit. Tag: Calvin - Mira Outfit
Onderwerp: Re: [PLOT] ENDGAME vr aug 11, 2017 10:16 pm
Het was alsof er iemand op oorlogstrommels sloeg. Een gestaag, ritmisch gedonder aan de binnenkant van zijn hoofd. De themesong van een thriller die op het punt stond om aan te tonen waarom het de naam thriller waardig was. Topaz hield zijn ogen stijf dichtgeknepen en liet zijn hoofd in een knikje omlaag hangen. Hij herinnerde zich de ontvoering als de dag van gisteren. In het holst van de nacht, een klopje op zijn deur en vervolgens de ronkende motoren van een hovercraft. Diezelfde ronkende motoren waren opnieuw hoorbaar, en Topaz wist onmiddellijk wat het betekende. Ze gingen terug. Ze gingen terug naar de school, maar niet als de studenten die ze ooit geweest waren. Voor velen was Mira’s tirannie de eerste marteling die ze doormaakt hadden, maar voor minstens evenveel was het niet de eerste keer dat ze werden onderworpen aan iemand anders zijn grillen. Topaz behoorde tot de laatste categorie. En hij kon niet uitmaken welke van de twee hij het ergste had gevonden.
Toen het toestel in hoogte afnam, opende hij voor het eerst zijn grijsgekleurde ogen. In de anderen hun ogen las hij angst, woede, verdriet en wanhoop, maar hij wist dat die van hem gewoon somber stonden. Hij wist wat er aan zat te komen, hetgene waar hij goed in was. Topaz kon de rode kleur van het bloed dat zou stromen zich al levendig voorstellen. Maar hij voelde er geen enkele emotie bij, niet meer. Mira was erin geslaagd was Harriet niet gelukt was: Topaz had opgegeven.
Als een van de laatste stapte hij uit de hovercraft, en meteen begon hij zijn omgeving te scannen. Het was alsof alle mutaties van de gevangenen die Mira zodanig onderdrukt had, nu dubbel zo hard naar voren kwamen. Het gebrul van een woeste draak deed zijn haren rechtop staan, en kort vroeg hij zich af wie van zijn medegevangenen dat was. Een vreemde gloed kroop door zijn lichaam en Topaz kreeg een bittere smaak in zijn mond. Voor het eerst kwam er weer een zweem van emotie tevoorschijn op zijn gezicht: Angst. Als de anderen hun mutatie losgelaten was, dan zat het er bij hem ook aan te komen. Hij rechtte zijn hoofd en zag dat er voor hen, aan de andere kant van het strand studenten opdoken. Zijn ogen flikkerden blauw, zijn handen balden zich tot vuisten. ”Nee.” mompelde hij tussen zijn samengeperste lippen door, maar het baatte niet. Net zoals het water achter hem golfde, golfde de woede in zijn lichaam. Het was alsof een tsunami aan haar hem overspoelde en een ander mens van hem maakte. Al was hij nadat zijn ogen rood flikkerden al lang geen mens meer te noemen. Een menselijke schreeuw weerklonk die halverwege veranderde in een mechanisch gereutel. Zijn huid week opzij, maakte plaats voor een carbonadium pantser met rode, lichtgevende lijnen die over zijn torso en ledematen liepen. Opnieuw een mechanisch gezoem, ditkeer afkomstig van zijn linkerarm. Zijn hand maakte plaats voor een launcher die meteen een lading radioactieve stof afschoot. Terwijl zijn arm terugschokte van de klap van het vuurwapen, veranderde het weer naar zijn hand. Zijn schot was voor niemand specifiek bedoeld, nog niet. Het was gewoon een teken om kenbaar te maken dat hij aanwezig was, net zoals de draak deed door zijn gebrul door de hemel te laten schalmen. Topaz zoomde in met zijn blik om te kijken waar zijn schot geland was: In het zand, enkele meters verwijderd van enkele vijandige scholieren. Het radioactieve gamma-materiaal had een gat in de grond weggevreten en liet het zand rondom borrelen. Niet iets wat je in je gezicht wilde krijgen.
Onderwerp: Re: [PLOT] ENDGAME di aug 15, 2017 4:49 pm
Een dun laagje zweet lag op haar karamelkleurige huid. Haar donkere ogen had strak voor zich gericht. Achter haar kon ze de zware ademhaling van Sverrir horen. Iedere keer dat zijn poten de grond raakten was een doffe dreun hoorbaar. Mia liet haar pas iets vertragen, greep een tak vlak boven haar hoofd vast en trok zich er soepel aan op. Zonder enige moeit klom ze iets verder de boom in, om uiteindelijk een meter of vier boven de grond op een tak te gaan zitten. Haar benen liet langs een zijde bungelen, met haar handen langs haar lichaam en rustend op de tak. Lichtjes buiten adem keek ze naar de enorme pantserbeer die onderaan de boom stond. Een haast triomfantelijk lachje stond op haar gezicht. Sverrir was er niet in geslaagd haar aan te vallen. Iets wat leek op een semi-gefrustreerde zucht verliet de bek van de ijsbeer. Waarna hij nog iets dichter naar de boom toe liep en zich op richtte. Nu hij rechtop stond was hij ineens een stuk groter. Mia trok haar benen op en ging rechtop staan, zich vasthoudend aan de stam van de boom. Gaf Sverrir een zacht knikje, als teken dat hij best mocht doen wat hij in zijn gedachten had. Een siddering trok door de boom op het moment dat Sverrir zijn lichaam er tegen aan gooiden. Mia verplaatste haar voeten wat dichter naar de stam van de boom. Nogmaals gooiden Sverrir zijn lichaam tegen de boom. Een angstvallig gekraak klonk en Mia moest zich stevig vast houden om niet uit de boom te vallen. Terwijl ze zich vast hield liet ze haar mutatie de boom in treden en richting de barsten bewegen die het geweld van Sverrir in waren verschenen. Een paar snelle veranderingen in het DNA van een aantal cellen, was genoeg om er voor te zorgen dat de cellen zich sneller en sneller begonnen te delen. Een proces wat zich voort zo zetten tot zij de aanpassing in het DNA om zou keren. Dat tegen die tijd al in veel meer cellen zou zitten.
Juist op het moment dat Sverrir zijn lichaam weer tegen de boom aan wou gooien, leek iets zijn aandacht te trekken. Als versteend bleef hij staan en hief zijn snuit iets verder in de lucht alsof hij naar een bepaalde geur zocht. Mia keek hem onderzoekend aan, liet haar mutatie afdwalen naar zijn hersenen. In een poging uit te vogelen wat er door hem heen ging. Adrenaline, angst, woede, twijfel. Iets van herkenning? Soepel klom Mia wat naar beneden, om vervolgens de laatste drie meter te springen. Sverrir was ondertussen weer op vier poten gaan staan en Mia legde haar hand zachtjes op zijn nek, vlak achter zijn hoor. “Wat is het?” vroeg ze. Nog voor Sverrir kon reageren weerklonken een langgerekte wolven huil, vrijwel direct gevolgd door een brul die enkel van een mythisch wezen afkomstig kon zijn. “Het is zo ver.” zei Mia zacht. De vastberadenheid die ze altijd had, was nog altijd niet uit haar stem verdwenen. Dit is waar ze voor hadden getraind. Sverrir, Max, zij en alle anderen met wie ze af had gesproken dat ze meer zouden doen dan datgene wat de leraren van hen vroegen. Sverrir drukte zijn natte snuit tegen haar hand. “Ben je er klaar voor Sverrir?” Haar vraag werd beantwoord met een zacht knikje, waarna de ijsbeer zijn snuit zacht tegen haar been duwde. “Zeker?” Weer duwde hij zijn snuit tegen haar been, waarna hij verder liep zodat zij bij zijn middel stond. Ondanks alles kon Mia een licht grijnsje niet onderdrukken op het moment dat ze op de rug van de ruisachtige ijsbeer klom. Met haar benen aan weerzijde van zijn lichaam geklemd en haar handen stevig drukkend op het metalen schild dat zich rondom zijn lichaam had gevormd.
Met een rotgang stormden ze door het bos. Mia hing laag over Sverrir’s rug, hield zich zo goed en zo kwaad als het ging vast aan het pantser. Terwijl ze haar ogen voor zich gericht hield, liet ze haar mutatie afdwalen naar het strand. Zoekend naar mutanten die haar bekend voor kwamen. Als eerst vond ze Topaz, wiens lichaam bedekt werd door hetzelfde skelet als bij het sprookjesbal. Het bal waarbij ze zowel hem als Sverrir te hulp had moeten schieten. Zou ze hem vandaag weer kunnen helpen of was er dit keer geen weg terug. Haar mutatie zocht verder, naar Niklaus, die ze uiteindelijk ook wist te vinden. Elf mutanten, geleid door één andere mutant. Mira. Mia kon het voelen, de invloed van Mira op alle elf de mutanten. Hun gevoelen, hun vrije wil, alles leek onder controle te staan van die ene mutanten.
Net als haar leek Sverrir precies te weten waar Topaz was. Met een noodvaart gingen ze zijn richting uit. Zand stoof op onder Sverrir’s poten op het moment dat ze het strand op denderden. Met haar mutatie kon Mia zien hoe Topaz zich klaar maakte voor een aanval. Als reflex liet Mia haar mutatie op Sverrir los en liet ze zijn passen stoppen. Net op tijd. Nog een paar stappen en zij hadden gestaan waar nu een enorme krater in het zand zat. Mia had haar mutatie weer terug getrokken uit Sverrir. Die angstvallig een paar stappen bij de krater, waarvan de randen leken te koken, vandaan deed. “Sorry dat ik het even over nam.” zei Mia zachtjes. Waarna ze zich van zijn rug liet glijden en naast hem ging staan. Zacht liet ze haar hand weer op zijn schouder rustte, deed een paar kleine aanpassingen in het DNA in zijn lichaam die het mogelijk iets robuuster zouden kunnen maken tegen de radioactieve straling. Echt, zeker weten deed Mia het niet omdat ze nergens echt een sluitend antwoord had kunnen vinden omtrent natuurlijke bescherming tegen radioactieve straling. “Wees voorzichtig oké?” zei ze, met een zacht bemoedigend glimlachje. Waarna ze dezelfde modificaties in haar eigen DNA maakte. “Het is tijd.” zei ze zacht.
Onderwerp: Re: [PLOT] ENDGAME di aug 15, 2017 11:19 pm
De training die ze binnen waren gestart, had zich uiteindelijk naar buiten verplaatst. Ze gingen allebei akkoord dat dat iets realistischer was om te trainen. Ook al wisten ze niet waar ze uiteindelijk terecht zouden komen, een trainingszaal waar alles zo ingericht was dat ze optimaal konden vechten zonder zich al te erg te verwonden, was waarschijnlijk niet één van de opties. Een bos, dat kon prima. Wie wist het namelijk zeker? Momenteel waren ze een soort tikkertje aan het spelen, maar dan wel met de bedoeling dat hij haar tegen de grond werkte eenmaal hij haar had ingehaald. Maar ze was leniger, kon zich makkelijker tussen de bomen bewegen dan hij met zijn gestalte. Net toen hij dacht haar te hebben ingehaald, was ze in een boom verdwenen. Dammit. Hij liet een semi-annoyed zucht/brom horen. Ze was hem te slim af geweest. Maar er was nog een optie. Hij ging op zijn achterpoten staan. Hij wist dat ze te hoog zat, zelfs voor zijn enorme lengte, maar de boom was wel binnen zijn bereik.
Sverrir zette zijn voorpoten er tegenaan en keek nog even omhoog. Het was een lange val naar beneden, maar ze had zich al klaar gezet en knikte hem toe. Met de toestemming die hij had begon hij tegen de boom aan te rammen, die vervaarlijk kraakte maar nog niet echt brak. Net toen hij nog een keer zijn gewicht er tegenaan wilde gooien, pikten zijn verbeterde zintuigen iets op. Een soort trilling in de lucht, meegevoerd met de wind. Hij liet zich weer op zijn vier poten vallen en draaide zich richting het strand, waar de dreiging vandaan kwam. Mia was ondertussen uit de boom geklommen en legde haar hand op zijn gespierde nek, waar zijn vacht tussen het pantser uit stak. “Wat is het?” Vroeg ze, maar hij hoefde al niet meer te antwoorden. Een lange huil weerklonk, gevolgd door een brul. Als zijn vacht al niet zo wild piekte, stond hij nu waarschijnlijk recht overeind.
“Het is zo ver.” Concludeerde Mia. Hij keek opzij, voelde toch iets van onzekerheid opspelen. Waren ze er wel klaar voor? “Ben je er klaar voor Sverrir?” Vroeg ze, alsof ze zijn gedachten kon lezen. De ijsbeer maakte de klik, voor zichzelf. Als hij er nu niet klaar voor was, dan nooit niet. Hij wilde zijn vriend terug. Daarom knikte hij zachtjes. Vervolgens maande hij haar aan om op zijn rug te klimmen. Zo konden ze er sneller komen. “Zeker?” Vroeg ze, waarop hij wat aan drong en ze uiteindelijk op zijn rug klom. Hij hield zich zo stil mogelijk tot ze zich goed vast had geklemd, en stond toen voorzichtig op. Ze had wel vaker op zijn rug gezeten, maar de eerste minuut ofzo bleef hij toch altijd wat rustiger. Vervolgens voerde hij het tempo op, waardoor het bos aan hen voorbij schoot. Waar zijn poten neer kwamen, bleven er kleine bevroren plekjes over, een duidelijk spoor dat richting het strand ging.
Eenmaal daar aangekomen, pikte hij meteen de aanwezigheid van Tobias op. Uit reflex liep hij op hem af, tot hij ineens.. Niet meer liep? Verward schudde hij met zijn kop, sprong vervolgens wat angstig achteruit toen er iets niet zo heel ver voor zijn poten ontplofte. Mia had voorkomen dat hij er in was gelopen. “Sorry dat ik het even over nam.” Zei ze nog, waarop hij lichtjes bromde. Iets wat ze eerder zou voelen aan de trillingen van zijn lichaam dan het lawaai maakte. Ze gleed vervolgens van hem af en nam naast hem plaats. “Wees voorzichtig oké?” Zei ze, met een glimlachje. Hij draaide zijn massieve kop even opzij en keek haar aan met een veelzeggende blik. "Jij ook", Leek die te spreken. “Het is tijd.” Zei ze toen. De ijsbeer draaide zijn kop terug richting Tobias en focuste zich toen op de nog smeulende hoop troep. Die bevroor binnen de seconde, waarna hij zijn uitdaging naar hem brulde. Ondertussen positioneerde hij zich zo dat hij eender welke aanval die richting Mia kwam zou kunnen opvangen met zijn ondoordringbare pantser.
Onderwerp: Re: [PLOT] ENDGAME wo aug 16, 2017 9:00 pm
De laatste keer dat ze op Genosha was geweest was in haar dromen. Niet dat ze heel veel kon slapen in haar cel maar ze kon fantaseren. Ze droomde het liefst over een redding, terug naar Genosha en weg van haar cel. En nu zou ze eindelijk terug gaan. Het strand kwam al in zicht. Alleen zag het er niet uit als in de goede dromen. Iedereen was gesloopt en compleet onder de invloed van hun ontvoerster. Niemand kon er wat tegen doen en het was overduidelijk wat hun opdracht was. De opdracht die haar goede dromen veranderde in een nachtmerrie. Het was geen verrassing maar dat maakte het niet minder erg. De blonde trut had niet de zwaksten gekozen om als soldaatjes te gebruiken. Ze hoopte maar niet dat het genoeg zou zijn om heel genosha te verslaan. Dat zou onmogelijk zijn toch? Aurélia wist het niet. Zonder controle zou ze met haar enhanced speed en haar telekinese binnen seconden iemand de nek om kunnen draaien.
En het bleef niet bij wat Aurélia alleen kon doen. Er stonden nog tien anderen aan haar zijde waaronder een wolf en een draak.. Het was lastig om nog optimistisch te blijven. Aurélia was daar sowieso geen ster in. De lijn was gevormd en er verschenen donkere wolken boven hen. Mutaties werden getriggerd en het viel op. Leerlingen kwamen naar het strand om te kijken. Dom. Zo Dom. Eerst tuurde ze nog rond. Het duurde ook niet lang voordat er voor haar neus ook iemand verscheen. Ze zag hem dichterbij komen en op dit punt wilde ze nog liever terug naar haar cel dan nog een stap verder zetten. Maar dat ging niet en verder denken over hoe naar dit was wilde ook niet. Hoe dichterbij hij kwam hoe meer haar gedachten vervaagden en ‘kill and attack’ het enige was waar ze aan dacht. Ze hoorde haar naam, waardoor ze nu helemaal gefocust was op de jongen. Cecil, het was een tijd geleden maar ze wist zijn naam nog wel. De enige onenightstand die tot nu toe gelukt was om uit haar buurt te blijven na afloop. Maar hij had niet dezelfde Aurélia voor zich. Fysiek misschien maar niet mentaal. Zijn volgende woorden gingen het ene oor in en het andere weer uit. Ze luisterde er niet naar, er was maar één ding waar ze op gefocust was. Vechten. Ze stond stil maar meer hoefde ze niet te doen. Zonder iets te zeggen keek ze haar tegenstander aan. Haar telekinese richtte ze op zijn keel. Ze kneep zijn luchtpijp dicht, net zo lang totdat het niet meer mogelijk was voor hem om nog verder te ademen.
Onderwerp: Re: [PLOT] ENDGAME wo aug 16, 2017 11:48 pm
If this has to end in fire THEN WE SHOULD ALL BURN TOGETHER
De dag was zo goed begonnen. Zahra was net als veel andere mutanten in de training ruimtes te vinden. Er waren elke dag wel meer sinds de dag dat er mutanten waren ontvoerd. Iedereen wilde zich voorbereiden op de oorlog die er aan zat te komen. Voor Zahra was trainen altijd al een dagelijkse bezigheid geweest. Ze had zich haar leven lang al voorbereid. Ze was grootgebracht als vechtmachine. Goed, nu hoefde ze niet meer per sé te vechten, maar het veranderde haar houding niet. Dat ze Spyro niet meer hoefde te vermoorden had veel veranderd maar het trainingsritme was iets waar ze niet mee was gestopt. Dat wilde ze ook niet, zeker niet met het gevaar dat de plek waar ze dacht dat ze veilig was elk moment kon worden aangevallen. Al ging het haar helemaal niet om haar eigen veiligheid. Haar eigen leven of die van vele anderen op het eiland konden haar weinig schelen. Tuurlijk gunde ze niemand marteling, gevangenschap of erger.. Maar er was wel iemand die het waard was om voor te vechten.
Zahra had net haar training achter de rug en toen ze terugkwam uit de trainingsruimtes merkte ze meteen een hoop onrust. Een hoop mensen liepen naar binnen en iedereen leek zenuwachtig te zijn. Haar nieuwsgierigheid leidde haar meteen naar buiten. De lucht in de richting van het strand werd donker en vogels in de lucht vluchtten weg van de kust. Ze kreeg er een slecht gevoel bij. Snel keek ze in het rond tussen alle leerlingen die ook naar de lucht stonden te staren. Ze haalde even opgelucht adem toen ze Rayan spotte en liep meteen op hem af. “Rayan.” zei ze om zijn aandacht te trekken. Ze kwam bij hem staan en keek hem aan maar ze wist niet meteen wat ze moest zeggen. “Het is zover.” zei ze. Ze liet geen bezorgdheid in haar stem horen of angst in haar ogen zien. Ze wist dat ze moest gaan. Afscheid nemen had nog nooit zo zwaar gevoeld. Maar ze moest juist dapper blijven. Ze had het gevoel dat ze hem wilde omhelzen zoals veel anderen deden, maar dat durfde ze niet. “Ik ga er heen” zei ze vastberaden en shifte meteen naar haar drakenvorm. Ze keek hem nog een keer aan en haalde een keer diep adem. “Pas alsjeblieft goed op jezelf Spyro” sprak in het Noors als afscheid waarna ze haar vleugels sloeg en opsteeg.
Ze vloog richting het strand en hoe dichter bij ze kwam hoe meer ze zag. Ze bleef wat laag vliegen en bij de duinen nam ze nog een goede blik op haar tegenstanders. Grote wolf, enorme draak en ehm ja. Het waren de mutanten die waren ontvoerd. Maar ze vochten niet aan hun kant. Ze waren onder invloed van iemand. Zo moeilijk was het voor haar niet om dat te zien. Deze mutanten gingen zich niet inhouden, dus Zahra ging dat ook absoluut niet doen. Toen ze dichterbij kwam kreeg ze in de gaten wie de leiding nam over de mutanten. Doelgericht ging ze naar één van de drie die het dichts bij haar stonden. Als ze die konden uitschakelen dan was het makkelijker om bij de blondine te komen. De draak had duidelijk al tegenstanders, de wolf leek ook al in het vizier van iemand dus Zahra landde bij de jongen met halflange haren en een baard. Haar ogen gloeiden paars en ze keek hem even diep in de ogen. Ze stond al in aanvalspositie en de donkerpaarse rook steeg op om haar heen. Klaar voor elke aanval.
Het ijs wat een krakende, blauwe gloed op het zand achterliet was bij de jongen aangekomen en wikkelde zich om zijn voeten. Dit was niet meer dan een bevestiging van haar aankomst, want ze had wel meteen zijn aandacht. Wat hadden ze met hem gedaan? Er stond een lege blik in zijn ogen, alsof hij een soort van bezeten was. Die Mira moest hen wel gehersenspoeld hebben, wie weet nog wel iets wat veel erger was dan dat. In elk geval leek het erop dat ze niet met de Robb te maken had bij wie ze een Harry Potter marathon had zitten kijken. Niemand die hier uit de hovercraft was gekomen leek de oude.
Voordat ze het wist had hij zijn voeten losgetrokken uit het ijs en kwam hij haar kant op zetten. Op een kleine twee meter bij haar vandaan bleef hij abrupt stilstaan. Toen begon de grond te trillen. De blondine schoof haar voeten een beetje uit elkaar om te blijven staan en kneep haar ogen kort samen. Zigzaggend kwam hij haar kant op en haalde hij uit naar haar hoofd. Uit een reflex trok ze haar hoofd naar achter, maar handig schopte hij haar onderuit waardoor ze met haar kont in het zand terecht kwam. Marilyn had nooit één op één vechttraining gehad, dus het zag er naar uit dat het de eerste keer meteen serieus zou zijn. Ah wel, misschien kwam haar ervaring in boxen nog wel van pas.
Robb was weer verdwenen en terwijl ze overeind krabbelde zag ze hoe hij een glimmend zwaard tevoorschijn haalde. "You got to be kidding me.." gromde ze zachtjes terwijl ze diep ademhaalde en keek hoe hij weer op haar af kwam zetten. Marilyn bewoog kort met haar arm en op het moment dat hij naar haar uithaalde blokkeerde ze zijn zwaard met een stuk ijs wat vast gestold zat aan haar hand, waar zich een soort ijs-handschoen had gevormd die haar zelfgemaakte zwaard eraan vast had zitten. Dat had weinig gescheeld, maar ze had nog lang niet gewonnen. Nu moest ze het slim aan gaan pakken. Haar lichte ogen richtte ze op hem, het leek erop dat het doden of gedood worden was. Een stuk of vijf ijspegels ter grootte van een flink schaap werden met een noodgang zijn richting opgestuurd, terwijl ze met haar telekinesis probeerde om aan zijn zwaard te trekken.
Wat hij aan het doen was wist ze niet, maar ze had wel door dat hij aan het spelen was met haar hoofd. Bepaalde gevoelens die niet van haar waren gingen er in vlagen doorheen, en echt fijn was het niet. Een kleine ijsstraal die gericht was op zijn hoofd schoot nu dan ook op hem af, een poging om hem te laten stoppen waar hij mee bezig was met zijn hersenen. De koude zou het namelijk wel eventjes kunnen verstoren - mocht het zijn hoofd raken dan.